Samsonic lijkt laatste rook uit te blazen

Niemeyer trekt stekker uit muziektijdschrift

Deze week meldde 3VOOR12 dat de rechtbank in Den Haag het gebruik van de namen Samsonic en Javaanse Jongens Eetcafés heeft verboden. De rechter oordeelde dat het hier om verkapte reclame voor rookwaren ging. Dit besluit heeft grote gevolgen voor de sponsoring van festivals als Crossing Border en Lowlands. Maar de shagfabrikant trekt ook de stekker uit het blad Samsonic.

Niemeyer trekt stekker uit muziektijdschrift

Het Groningse bedrijf Niemeyer, producent van onder andere Samson shag, stopt met het muziekblad Samsonic. Het muziektijdschrift is eigendom van de tabaksfabrikant, dat de titel in licentie gaf aan de Nederlandse Tijdschriften Groep, de NTG. Het is nog onduidelijk of en in welke vorm het blad kan blijven bestaan. Cees Foet van Niemeyer: “We hopen het lopende seizoen af te kunnen maken. Daarvoor moeten we wel toestemming krijgen van de Keuringsdienst Van Waren. We praten nu over de mogelijkheden. Maar wij moeten in ieder geval de sponsoring stopzetten. een boete kan oplopen tot 450.000 euro.” Ook de NTG kon woensdag nog geen duidelijkheid scheppen over een eventuele voortzetting van het tijdschrift met een andere sponsor onder een andere naam. Zowel NTG-uitgeefmanager van het muziekcluster Paul Evers als hoofdredactrice Suzanne de Goeij wil niet reageren op het stopzetten van het blad door Niemeyer. Met de ondernemers van de eetcafés bekijkt Niemeyer de mogelijkheid om onder een andere naam door te kunnen gaan. Niemeyer is altijd tevreden geweest over Samsonic, dat zes keer per jaar verschijnt en in eerste instantie Samson All Areas heette. Foet: “Het blad heeft een goede formule en verschijnt in een oplage van 10.000, waarvan 8.000 abonnees. Er is dus duidelijk behoefte aan. Dat is wel wat waard.” Het nieuws van de uitspraak kwam voor Foet als een donderslag bij heldere hemel. Niemeyer moet de stekker uit de restaurants en Samsonic trekken als gevolg van de uitspraak van de rechtbank in Den Haag, vorige week. Die oordeelde dat het in deze gevallen om verkapte tabaksreclame gaat, wat sinds 2002 verboden is.