Tweede editie Lovefields geslaagd na aarzelende start

Maar hoeveel bezoekers zouden er zijn geweest zonder Tiësto?

Dansen in Landgraaf: het publiek wordt laat wakker en hult zich in eenvoud. En goede muziek wordt te weinig genoten. Lovefields moet meer liefhebbers van muzikaal avontuur aan zich zien te binden om ambitie als festival voor fijnproevers waar te kunnen maken.

Maar hoeveel bezoekers zouden er zijn geweest zonder Tiësto?

Het Limburgse Lovefields komt deze tweede editie langzaam op gang. Het terrein, ongeveer de helft van de ruimte die Pinkpop doorgaans inneemt, blijft aan het begin van de dag behoorlijk leeg. Dat moet vooral voor Sven van Hees vervelend zijn, want hij staat met zijn Svengali Squad op de Love Stage voor een man of tien te spelen. Ook de drie tenten - Return To New York voor de liefhebber van een eclectische mix, de Mind Stage voor de techno- aanhanger en de Soul Stage voor de trance en progressive fan - hebben te kampen met een traag ontwakende meute. De eerste dj’s moeten het met weinig publiek stellen. Alleen bij het Spirit Stage waar de liefhebbers van house aan hun trekken komen, is het van meet af aan druk, maar misschien komt dat door de ligging naast de vip-ruimte. Halverwege de middag stroomt het terrein vol en begint de sfeer er goed in te komen. Mensen worden losser en krioelen door elkaar heen. Ook in Limburg blijken trance en progressive het populairst te zijn, want bijvoorbeeld de tent van de Soul Stage puilt uit van de mensen die een vleugje hopen mee te pikken van wat er zich binnen afspeelt. Maar voor de liefhebber van een avontuurlijker geluid zijn het artiesten als FC Kahuna, Speedy J en Secret Cinema die uitblinken. Wat op Lovefields opvalt is de soberheid van het publiek. Waar enkele weken geleden op Dance Valley de extravagantie van het publiek nog de toon zette, is het nu de eenvoud die sfeerbepalend is. Spijkerbroeken en andere dagelijkse kleding bepalen hier het beeld. Een enkele pruik, een paar verdwaalde roze beenwarmers, hier en daar een kek hoedje, daar blijft het bij. Geen extreme verkleedpartijen op Lovefields. Overigens ook geen massale danspassen. Het publiek houdt zich opvallend op de vlakte. Zoals het een goed festival dezer dagen betaamt, is Lovefields meer dan muziek. Hier wordt bijvoorbeeld gehakt op de lokaal traditionele wijze. Creatief met mergelsteen. Gewapend met beitels, schroevendraaiers en verfkrabbers zijn kunstenaars druk in de weer om beeldhouwwerken te maken met als thema Lovefields. Ook bezoekers kunnen hun liefde loslaten op de mergel. Dat kan ook met behulp van spuitbussen in de Love Car Area, waar iedereen naar hartelust een drietal auto’s onder mag kliederen. En voor wie daar niet genoeg aan heeft, is er voor waaghalzen onder het publiek een openbare les vuurspuwen. Of een gelegenheid om zowel moderne computergames als traditionele familiespelletjes te spelen. Erg leuk is de Lovewall, een groot doek dat bestaat uit stukjes stof die bezoekers hebben meegebracht. Tegen het eind hangt die, geflankeerd door twee zuilen van rood licht, liefde uit te stralen. Deze aanvullende elementen gaven Lovefields kleur, maar nog beter zou het zijn geweest als de mix van muziek en andere cultuur op het podium meer zichtbaar zou zijn geweest. Trekkend langs de tenten, valt op dat de dj’s nogal eens dezelfde platen in hun koffer meesjouwen. Sommige nummers komen wel drie a vier keer voorbij. Vooral het nummer met een sample van Coldplay scoort in verschillende tenten enorm goed en ook Plastic Dreams van Jaydee blijft na al die jaren een vloervuller. Mega-act Tiësto blijkt op het eind van de dag natuurlijk de grote trekker. Vooral Darren Price heeft daar op de Soul Stage onder te leiden. Zijn muziekkeuze en technische vaardigheid zijn beter dan die van de hoofdact, maar het publiek heeft daar nauwelijks oren voor. Het publiek trekt massaal naar het hoofdpodium voor de Hollandse trance. Tegen elven blijkt het strenge Limburgse beleid. Net als bij Pinkpop mag na de klok van elven geen noot muziek meer klinken. Halverwege de laatste plaat van Tiësto wordt de muziek plompverloren weggedraaid. Het feest is voorbij. Het publiek roept nog wel om een toegift, maar de organisatie is onverbiddelijk. Tijd om naar huis te gaan en te genieten van een welverdiende nachtrust. De conclusie: Lovefields is een leuk festival met kwalitatief sterke acts, maar er is nog overduidelijk winst te behalen door meer integratie tussen muziek en cultuur (ook op het podium!) en door een evenwichtiger programmering. Tiësto is nu de grote publiekstrekker die het evenement een ‘mainstream’ karakter geeft terwijl Lovefields er voor de fijnproever wil zijn. De aanwezige fijnproevers kwamen weliswaar aan hun trekken, maar percentueel waren ze ruim in de minderheid. Lovefields moet meer liefhebbers van muzikaal avontuur aan zich zien te binden. Want hoeveel kaarten zouden er zijn verkocht als Tiësto niet op de affiche had gestaan?