Gemeente Amsterdam hanteert eigen brandveiligheidregels

Gevolgen voor popcentra niet te overzien

De Melkweg is het slachtoffer van een gemeente die zich niet houdt aan de wet als het gaat om de toepassing van de regelgeving rond brandveiligheid in clubs en andere zalen. Dat stelt Nico Scholten van TNO tijdens de derde aflevering van Salon Fantasio.

Gevolgen voor popcentra niet te overzien

“Het keizerrijk Amsterdam stelt veel hogere eisen dan het Koninkrijk der Nederlanden. De Amsterdamse regels zijn drie keer zo streng als die van het rijk. Dat kan niet. Dat is bezijden de wet.” Dit stelt Nico Scholten, werkzaam bij TNO als adviseur aan overheden, over de Amsterdamse regelgeving tijdens de derde aflevering van Salon Fantasio. Amsterdam hanteert volgens de heer Scholten adviezen van het Nederlands Instituut voor Brandweer en Rampenbestrijding (Nibra). De stad gaf dit instituut onlangs opdracht beleidsregels op te stellen over hoe er in de gemeente Amsterdam moet worden omgegaan met de nieuwe rijksregelgeving rond brandveiligheid in bestaande gebouwen. Deze adviezen pakken volgens de heer Scholten dus een stuk strenger uit dan de landelijke regels. De Amsterdamse concertzaal de Melkweg is hiervan een eerste slachtoffer. Deze zaal moet op last van de gemeente een aantal kostbare aanpassingen doen op het gebied van brandveiligheid. Bij weigering zou de Melkweg nog maar een beperkt aantal bezoekers mogen toelaten, waardoor het met sluiting zou worden bedreigd. Amsterdamse brandveiligheidsnormen zeggen namelijk dat er op de 90 bezoekers één meter uitgang moet zijn, iets waar de Melkweg niet aan voldoet. Scholten: “De rijksregel voor nieuwe gebouwen is dat er voor 135 bezoekers één meter uitgang moet zijn. Voor bestaande zalen als de Melkweg mogen er zelfs 270 personen op een meter uitgang zijn. Een fors verschil met de Amsterdamse regels dus.” Volgens Willem van de Bospoort van de Gemeente Amsterdam is er niets onwettelijks aan de Amsterdamse regelgeving. De door Scholten genoemde getallen komen namelijk uit het (nieuwe) bouwbesluit, dat uitgaat van de gewenste situatie in een bepaald pand. Van der Bospoort: “Maar een gemeente is vrij de regels van de gebruikersvergunning voor een pand naar de feitelijke situatie te modelleren. Dat staat ook in de toelichting van het nieuwe bouwbesluit.” En de feitelijke situatie is dus dat er in gelegenheden als de Melkweg vaak meer mensen aanwezig zijn dan in het bouwbesluit is voorzien. Iets wat met de brand in een Volendamse discotheek –nu bijna twee jaar geleden- pijnlijk duidelijk werd. En sindsdien zijn gemeentes in het hele land dus eens goed naar hun gebruikersvergunningen gaan kijken. Met de eerder genoemde gevolgen voor de Melkweg. Cor Schlösser, directeur van de concertzaal: “Ik kan me best voorstellen dat regelgeving verscherpt wordt. Maar geef ons dan de tijd om de boel aan te passen en het hiervoor benodigde geld te zoeken.” Schlösser heeft het idee dat de problemen het gevolg zijn van politieke verantwoordelijkheden die op een relatief laag ambtelijk niveau terecht komen. Betrokken ambtenaren zouden het zekere voor het onzekere nemen en overdreven strenge regels opstellen zodat ze in een later stadium niet op fouten aangesproken kunnen worden. Het probleem ligt momenteel bij de inspectiedienst van het VROM, dat op dit moment nog geen uitsluitsel kan geven.