Verzwakkers voor Marah

Een speling van het lot en de reputatie van de VPRO

Een speling van het lot en de reputatie van de VPRO

Een topdag in de studio vandaag. Allereerst Scott McClatchy. Een uiterst enthousiaste jongeman uit de New Jersey regio (tegenwoordig in New York wonend) wiens tweede cd Redemption onlangs op zijn eigen LIB label uitkwam en niet onderdoet voor het beste werk van Peter Case, John Hiatt en de latere Springsteen. Hij was speciaal voor ons naar KUT gekomen, en toen we vroegen wat hij verder nog deed in Texas bleek dat hij eigenlijk hoofdzakelijk voor ons programma naar Austin was gekomen. Wat een reputatie heeft die VPRO toch? Helaas trok halverwege de set gitarist Chris Erikson bleek weg en strompelde de studio uit. Kater? Of gewoon nog niet gegeten. Geen enkele muzikant lijkt overdag te eten hier, overbodige luxe. Gelukkig konden we na een half uurtje de set afmaken, want de Supersuckers stonden al ongeduldig voor de deur te trappelen, inclusief een bonte stoet van vrouwen, vriendinnen en kinderen. Wat een pro is die Eddie Spaghetti toch. Hij regeert de band, dit keer met twee invallers, met harde doch rechtvaardige hand. Een mooie selectie uit de nieuwe live-cd Must've Been Live deden ze, plus een cover van weer een ander nummer van Steve Earle, Don't Wanna Lose You Yet. Groeten aan Jaap Boots, en deze zomer komen ze weer naar Nederland. Daarna naar een party ter ere van oude vriend en Elvis-biograaf Peter Guralnick die hier een van de geïnterviewde gasten was op het dagpodium. Peter's kinderen Nina en Jake waren er ook, allebei ook volwassen ondertussen en werkzaam in de muziek. Jake hoofdzakelijk met Nick Lowe, Nina voor Dreamworks met o.a. Rufus Wainwright. Hier veel slecht nieuws over de keynote speech van Robbie Robertson, gisteren, die na vijf kwartier college over de geschiedenis van The Band nog maar heel weinig toehoorders over had. Daarna naar Marah in Stubbs. Iedereen had gewaarschuwd voor de nieuwe sound van de band, die met de producer van Oasis in de studio zijn gegaan voor hun nieuwe cd (deze maand uit, nog niet gehoord) en ook heel graag Oasis-achtig willen klinken ('de Gallaghers moeten niet denken dat ze de enige nare broertjes in de business zijn'). Aldus gewaarschuwd konden we opgetogen vaststellen dat het behoorlijk meeviel. Gespierde noise-pop waar een jong publiek op afkwam zoals de jongens van Marah het graag zien. We mochten opnemen maar helaas; zelfs met de instellingen op -20 dB en het niveau iets boven 0.1 klonk het nog overstuurd. Volgende keer extra verzwakkers meenemen. Daarna was het kiezen en een erg moeilijke keuze ook: Pigfaced Meg Lee Chin in Elysium, Astrosoniq in de Red Eyed Fly of Neil Finn in de Austin Music Hall. Maar parkeren was a bitch dus moesten we in de buurt blijven en dat leverde uiteindelijk Dan Bern op in the Gingerman. En wat een fantastische speling van het lot, want hij was het live-hoogtepunt tot nu toe. Een intens Joods jochie met wat nummers van zijn laatste cd New American Language, maar ook nog nieuwere nummers waaronder een aan de allervroegste Dylan refererende Talkin Blues over de terroristenfobie in dit land. If you know somebody who knows somebody who knows somebody whose name is Al Qaeda, you're probably a terrorist too! Heel erg geestig. Het werd koud daarna en het bier schuimde niet meer. Naar huis toe en proberen te slapen. Morgen voetballen.