Tom ter Bogt zal nooit een popquiz winnen

Van DJ tot popprofessor

Tom ter Bogt, van huis uit cultuurpsycholoog, is de nieuwe popprofessor van Nederland. Maar hij is zeker geen alwetende popkenner. "Dat is mijn functie ook niet."

Van DJ tot popprofessor

Te weinig tastbaar resultaat, dat lijkt de conclusie te zijn van het NPI en BUMA over het werk van Nederlands eerste popprofessor René Boomkens. Als initiatiefnemers van de bijzondere leerstoel voor popmuziek kozen zij deze keer dan ook voor een popprofessor die zich naast het nodige doceren vooral zou gaan toeleggen op het doen van onderzoek. Met als belangrijkste doel het publiceren van dat onderzoek. Want de studie moet meer zichtbaar worden. Wat dat betreft lijken ze aan Tom ter Bogt een goede te hebben. Op het moment dat hij voor de aanstelling gevraagd werd, was hij al bezig met onderzoek naar de relaties tussen popmuziek en jeugd(culturen). Waarom luisteren jongeren naar popmuziek? Wat voor effect heeft het op hun individuele ontwikkeling? En gebruiken jongeren muziek om zich ergens tegen af te zetten, of juist om zich te conformeren. Tom: "Iedereen heeft daar natuurlijk zijn ideeën over, maar het is nooit goed onderzocht. Natuurlijk speelt muziek een rol bij de identiteitsvorming, maar hoe werkt dat precies? Voor een meisje dat naar Anastacia luistert, zal dat heel anders in zijn werk gaan dan voor een jongen die voor Limp Bizkit gaat of van gabber houdt." Doel van het onderzoek is echter niet een handleiding waarmee de overheid eventuele risicogroepen, bijvoorbeeld gabbers met hun al dan niet vermeende drugsgebruik, makkelijker zal kunnen traceren. Evenmin zullen er tips voor platenmaatschappijen uit voortkomen, die immers maar al te graag willen weten wat er allemaal in de hoofden van de koopgrage jeugd omgaat . Tom: "Ik heb niet de illusie dat ik met echte antwoorden zal komen. De enige pretentie die ik heb, is dat ik straks iets meer kan vertellen over de motieven van jongeren om wel of niet naar bepaalde muziek te luisteren. En ik hoop natuurlijk dat er een aantal mooie boeken uit voortkomen. En dan niet alleen voor academici. Je houdt je tenslotte bezig met populaire cultuur, dus moet het ook voor iedereen interessant zijn om te lezen." Maar als het aan Tom ligt blijft het hier niet bij. Als hij geld los kan krijgen wil hij er nog een paar mensen bij hebben. Een soort minifaculteit oprichten. Want er zou in tegenstelling tot het hiervoor genoemde sociaal wetenschappelijke onderzoek ook veel meer aan cultuurhistorisch onderzoek gedaan moeten worden. Tom: "Er moet een goede academische encyclopedie komen van de geschiedenis van popmuziek in Nederland. Het zou mooi zijn als daar iemand mee aan de slag gaat." Als het geld er eenmaal is, zou het volgens hem ook zeker moeten lukken daar iemand voor te vinden. Er is immers niets leuker dan van je hobby je werk te maken, aldus Tom. Want naast het doen van onderzoek is muziek wel degelijk zijn hobby. Tom is tien jaar lang dj geweest ("een van de allerleukste dingen die ik ooit heb gedaan"), maar zijn liefde voor muziek begon al veel eerder. Op zesjarige leeftijd was hij al gegrepen door de beatmuziek. Tom: "Ik had ook toen al heel erg het gevoel dat deze muziek de uitdrukking was van een bredere culturele verandering waar ik deel van uit wilde maken, ook al kon ik dat destijds nog niet in woorden uitdrukken. Nou heb ik het geluk gehad dat er in die tijd ook veel gebeurde, maar de beleving blijft hetzelfde. Dat kan nu nog steeds. Als skater, of als hip-hopper. De magie van muziek zal nooit verdwijnen."