Salon Fantasio 7: Mojo vrijwillig onder vragenvuur

Verslag laatste VPRO/NPI discussiemiddag 2002

Gedemoniseerd worden is in. Bij Mojo Concerts weten ze er alles van. De kaartjes zijn te duur, mort het volk. Madonna komt niet meer naar ons land! En Nederlandse bands uit de Mojo-stal spelen niet of nauwelijks in het buitenland. Op eigen initiatief biedt de machtige concertpromotor uitleg van zaken aan tijdens alweer de zevende editie van Salon Fantasio.

Verslag laatste VPRO/NPI discussiemiddag 2002

Bij binnenkomst van de Salon is het direct duidelijk dat het niet zomaar een discussiemiddagje betreft. Geen rondetafelgesprek aan een tafel in het midden ditmaal. Neen, de sprekers zitten achter een tafel op een verhoging. Wonderlijk genoeg ontbreekt het kippengaas. Er wordt immers vuurwerk verwacht deze middag. Via e-mails zijn er voldoende vragen binnengekomen om een ware slachting aan te richten. In de praktijk valt het mee. De aftrap is een veredelde onemanshow van Mojo topman/medeoprichter Leon Ramakers. In het eerste halfuur pareert hij rustig alle vragen. Hooguit wordt er een enkele keer een wenkbrauw gefronst. Zijn Mojo collega’s in het panel, waaronder toch ook Lowlandsdirecteur Eric van Eerdenburg, zitten er min of meer voor spek en bonen bij. Every inch a gentleman, blijkt deze éminence grise van het promotorsgilde bereid om publiekelijk een boetedoening te doen. Jawel, de kaartjes zijn te duur, beaamt hij zonder blikken of blozen. De eerste mea culpa rolt gemakkelijk over zijn lippen. Of toch niet? Dat laatste dus. Het ligt aan de artiesten. “Zodra de artiesten via de zwarte markt hun marktwaarde leerden kennen, vlogen de prijzen omhoog,” wijst Ramakers de ware schuldigen aan. “Ik wilde Madonna graag hebben, maar ‘het mens’ kwam niet!” Wat is er waar van de slechte verhoudingen tussen Mojo/Double You en de boekers en de clubs? De spanning wordt nu toch wat opgevoerd. Er ontstaat enige wrijving tussen de vrijwillige dragers van het boetekleed en de openbare aanklagers in de zaal. Mojo’s Ron Euser doet anoniem ingezonden e-mails af als laf, maar neemt later die woorden toch weer terug. Ook de verwijten uit de zaal zijn niet mals: er is sprake van ‘gedwongen winkelnering.’ Erger nog: wie niet voor deze ‘monopolist’ is, die is tegen. En wie tegenwerkt, kan rekenen op represailles van deze machtigste speler op de livemarkt. Het kleine boekingskantoor Fillin da Gap zegt een dergelijke houding aan den lijve te hebben ondervonden, toen het de euvele moed had om de Freestylers te boeken buiten Mojo om. 013 werd volgens Poppersprijswinnaar Gijsbert Kamer (de Volkskrant) eens de oren gewassen nadat het eigenhandig de Australische weerwolf Nick Cave had geboekt. Een voorbeeld van ‘journalistieke jihad,’ reageert een getergde Willem Venema (Double You) vanachter de interpellatiemicrofoon in de zaal. Kleine zelfstandige Paul van Dijk verwijt Mojo een ‘eigen-bands-eerst’-machtspolitiek op de grote festivals. Mojo ziet evenwel nog voldoende ruimte op de binnenlandse markt. Kijk maar naar Van Dik Hout, De Dijk, Rowwen Hèze, Bløf of Golden Earring, die allemaal niet bij Mojo onder contract staan. Kan allemaal best wezen, maar hoe hangt de vlag er internationaal bij? “Nederlandse Mojo bands spelen niet of nauwelijks in het buitenland,” vat ‘punkagent’ Ton van der Werff zijn kritiek bondig samen. Als marketingmanager van het kledingmerk Converse stuit hij regelmatig op Mojo-bandjes die internationaal op een dood spoor zitten. Ramakers had ook gehoopt op meer synergieën tussen Mojo het nieuwe moederbedrijf om zo meer te kunnen doen voor de internationale carrieres van nationale artiesten. Maar ook na veelvuldig aandringen van Ramakers zelf bleef voor bijvoorbeeld Mojo-artiest Sita de deur resoluut gesloten bij de 1000 Amerikaanse radiostations van Clear Channel. Over de internationale krachten gesproken: wordt de Amerikaanse Mojo-eigenaar Clear Channel niet te machtig, wil het publiek weten. Ramakers komt weer op wat bekender terrein: ‘Clear Channel bemoeit zich niet met ons beleid.’ Maar wat zal er gebeuren als hij over een jaartje de VUT ingaat en wellicht een Amerikaan op de bok komt te zitten? Op deze vraag blijft Ramakers het antwoord op opzichtige wijze schuldig. Een klein pluisje op het boetekleed.