Geert van Itallie: A2A en Conamus moeten samenwerken

"Een gemiste kans om overheidsgeld goed te gebruiken"

Geert van Itallie is niet op oorlogspad. Toch heeft hij, nu het evenement voorbij is, behoefte om de ware reden van zijn snelle vertrek als A2A directeur toe te lichten. En dus kwam hij op bezoek bij 3VOOR12 en deed zijn zegje: A2A kan alleen slagen als het samenwerkt met Conamus.

"Een gemiste kans om overheidsgeld goed te gebruiken"

De kranten stipten het in hun recensies nog eens aan. Het vertrek van de directeur van A2A, die begin dit jaar na een maand het al weer voor gezien hield. Toen nog vanwege privé-omstandigheden. Op bezoek bij 3VOOR12 in Studio Amstel vertelde Geert van Itallie de ware reden: het spaaklopen van de samenwerking tussen het Nederlands Popinstituut (NPI) en Conamus. De samenwerking tussen de twee organisaties was de belangrijkste eis die Van Itallie op tafel legde toen hij werd benaderd als directeur van A2A. De eis werd ingewilligd. Maar al snel na zijn aantreden bleek dat van samenwerking helemaal geen sprake was. Integendeel, Conamus voelde zich “overvallen” door de nieuwe conferentie. Peter Smidt (Conamus): “We hebben nooit echt over A2A gesproken met het NPI of A2A zelf. We kregen het op ons bord als een kant en klaar plan.” Van Itallie trok zijn conclusies en vertrok nog geen maand later. Ook Conamus organiseert elk jaar twee muziekconferenties. In januari is er traditiegetrouw Noorderslag / Eurosonic. En normaal gesproken in oktober, maar dit jaar noodgedwongen een maand later, het Amsterdam Dance Event. Op de organisatie van A2A na is vriend en vijand het er mee eens dat beide evenementen gevaarlijk veel raakvlakken hebben met het nu gelanceerde A2A. Van Itallie verbaast zich nog over de manier waarop alles is gelopen. “Als je zo’n evenement begint, kijk je natuurlijk eerst wat er al bestaat op dit moment. Wat is de markt, wat zijn de moeilijkheden en de mogelijkheden. Er was twee jaar lang onderzoek gedaan door Wim Reijnen en Louis Jay Meyers, twee mensen in wiens deskundigheid ik vertrouwde. Ze hadden een analyse gemaakt. Er werd mij verzekerd dat de nieuwe directeur van Conamus erg enthousiast was.” Nog steeds is hij ervan overtuigd dat een evenement als A2A niet levensvatbaar is zonder samenwerking met Conamus. “Nu zijn er drie evenementen die het van dezelfde bezoeker moeten hebben in een betrekkelijk korte tijd. Ik vrees voor een conferentiemoeheid.” A2A is vooralsnog verzekerd van een overheidssubsidie voor de komende vier jaar. Maar die is volgens Van Itallie niet onvoorwaardelijk: “Het kan best zijn dat de subsidiegevers na het eerste, tweede of derde jaar zeggen ‘laten we er maar mee stoppen’. Dan is er een gouden kans gemist voor de popmuziek om nuttige dingen te doen met dat overheidsgeld. En dat is eeuwig zonde.”