LL23: Yungblud geeft geen enkele fuck om je mening
Britse enfant terrible doet lekker wat-ie zelf wil in de Alpha
Yungblud is niet de beste zanger, is vrij cringe voor iedereen boven de vijfentwintig, en is echt wel een beetje een mafklapper. Weet-ie zelf ook. Of het hem boeit? Oh, nee hoor. Dominic Harrison geeft geen ene fuck om wat je van hem vindt, maar waarom zou hij dat ook doen? De Alpha staat stampensvol (toen Yungblud in 2017 voor het eerst op Lowlands stond, waren er ‘only ten of you there!’) en al die tieners en jonge twintigers eten uit zijn handen. Het maakt niet uit wat hij wil dat je doet: keihard moshen, je stembanden naar de gallemiezen schreeuwen of springen tot je iets voelt knakken… iedereen doet het gewoon.
En juist omdat het hem gewoon écht niet boeit, werkt zijn act zo goed. Yungblud lijkt in de Alpha helemaal nergens bang voor te zijn. Niet voor de grootte van het podium, niet voor al die mensen in het publiek die niet bekend met hem zijn, niet voor de gemiddelde muziekrecensent. Het Engelse enfant terrible doet gewoon waar hij zin in heeft, springt over het podium alsof hij een ontsnapte stuiterbal is en krijst in de microfoon alsof zijn leven ervan afhangt. Daarnaast slaan de thema’s in Yungblud’s poppunktracks ook gewoon enorm goed aan bij die angstige Gen Z’ers. Dealen met stomme ouders ('Parents'), kampen met een depressieve episode waarbij je eigenlijk niets wil doen (‘Lowlife’), het gevoel hebben dat je nergens bij past ('Anarchist’)... het is herkenbaar voor het publiek in de Alpha. Ze schreeuwen mee met zijn lyrics, en geven dezelfde energie terug die ze van Yungblud krijgen.
HET MOMENT:
Een stel misfits bij elkaar in de Alpha die met volle overgave de tekst van emo anthem ‘Lowlife’ meezingt? Stiekem is dat eigenlijk best wel hartverwarmend.
Kijk drie nummers van de show van Yungblud terug in de Lowlands-playlist op ons 3voor12 YouTube-kanaal.
Volg Lowlands het hele weekend via onze livestream en kijk op zaterdag- en zondagavond alle hoogtepunten in de Lowlands-uitzendingen op NPO 3.