De Zeeuws / Vlaamse samenwerking tussen troubadour Broeder (Tonnie) Dieleman en de metalgrootheid Colin H. van Eeckhout (Amenra) ziet eind vorig jaar het levenslicht onder de naam De Mannen Broeders. Met de plaat ‘Sober Maal’, gaan deze twee vooruitstrevende artiesten terug naar de tijd dat religie nog een rol speelt in hun leven. In vervolg op deze release is een aantal live-shows, ter promotie van de plaat. Een ervan is in podium N9 in Eeklo. Aangezien deze show een samenwerking is met De Spot Middelburg, is er alle reden om eens een kijkje te gaan nemen in de hoofdstad van het Meetjesland.

Wie eens rondkijkt in de goedgevulde zaal ziet een mooi gemêleerd gezelschap van nieuwsgierige aanwezigen, allemaal benieuwd naar wat er komen gaat. Mooie grijze permanentjes van statige dames, naast in zwart gehulde types met Amenra bandshirts. Een dominee, een black metal fanaat. En veel Zeeuwen. Eeklo is dan ook vlakbij. Wie zou wat verwachten? Want hoe religieus het album ‘Sober Maal’ ook lijkt, het heeft in essentie niets met welke kerk dan ook te maken. De muzikanten Dieleman en Van Eeckhout keren dogma’s juist de rug toe, maar laten het geloof niet compleet los. De zoektocht van beiden naar wie ze zijn, hoe ze geworden zijn en hun onderzoek naar zingeving loopt al jaren parallel, alleen op verschillende, soms smalle  paden. Dieleman spit in de krochten van zijn jeugd en maakt er singer-songwriter folk van. Van Eeckhout dompelt zijn zoektocht normaal gezien onder in gitzwarte en loodzware metalsongs.   .

Aleer we de hoogmis aanvangen, worstelen we ons langs de mooie gitaarpartijen van Venediktos Tempelboom: het alter ego van de Gentse nomade Benoit Monsieurs. Hij richt zich vooral op zijn gitaar. Er is geen uitleg of hallo aan de zaal, hij heeft enkel contact met zijn snaren en effectenbord. Spelen kan hij zeker. Al wordt het wat langdradig op den duur. 
Op ‘Sober Maal’ geven De Mannen Broeders hun eigen draai aan bijna alles wat ze fascinerend vinden aan de symboliek van religie. Vanavond is dat inclusief sacristiebel en parochiekoor: vanuit de katholieke hoek. Vanuit de protestantse hoek is er een meezingmoment, ‘schriftlezing’ en zegen. Zo minimalistisch als de plaat is ingeblikt, zo wordt hij ook live gebracht. De N9 verwordt tot een tempel. De draailier van Van Eeckhout zorgt voor de donkere ondertoon. De banjo van Dieleman voor de spaarzame melodie. Janine van Osta zorgt voor de minimale piano- en kerkorgelpartijen.

Het voorlezen van ‘Onaf Pad II’ vormt de opening van de mis. Dit gedicht gaat naadloos over in het machtige ‘Alle Roem Is Uitgesloten’ waarbij ook het driekoppig koor voor het eerst zijn opwachting maakt. Het is donker in de zaal en in het hart. Maar niet somber. Na ‘Van Licht Ontdaan’ valt het heel even dood. Het is sereen en spannend stil. “Mooi he?”  breekt Van Eeckhout ineens de stilte. Hij vraagt het aan z’n bandmakker en breekt daarmee het ijs.  Gelukkig mag er ook gelachen worden. Er is chemie op het podium, vertrouwen en liefde en de band straalt dat de zaal in. “Wij omarmen de duisternis, maar bezingen het licht.” Broeder Colin vertelt het terloops, maar heeft daar een grote waarheid te pakken. Het licht wordt daarna vooral bezongen in het hemelse ‘Onze Lieve Vrouwe’. Mooi lang uitgesponnen en met een prachtige hoofdrol voor het koor. ‘Verteere Heel’ en  ‘Grafschrift’ zijn dan al gepasseerd.  ‘Omer III’ is de schriftlezing over de legendarische Zeeuws-Vlaamse priester Omer Gielliet, die door Dieleman vaak benoemd en gequoot wordt. Opdat hij niet vergeten mag worden. “Alleen wie dood was, kent het echte leven”, schrijft Gielliet.  We knikken dat het zo wel moet zijn. 

Wie zich afvraagt wat nu het hele idee is achter deze niche band, waar draait het om? Broeders, zusters. Mensen. Daar draait het om, om mensen. Om liefde, om samenzijn. We raken de kern samen, met band en zaal. Als Tonnie ons uitnodigt om mee te zingen met zijn ‘psalm’, ‘Al wat goed en heilig is.’ Het galmt na als we de zaal uitlopen, het kerkpad op. De steentjes knisperend onder de schoenen, terwijl we de tekst nog zachtjes neuriën. Hier, kan overal zijn. Waar jij op dat moment bent. Dat mag in een kerk zijn, op je werk, in de dierentuin. Maar ook thuis op een stoel. De Mannen Broeders maakt het niet uit. Hun dienst staat niet ver af van wat een ouderwetse kerk ook predikt. Behalve dat er hier geen hokjes zijn en geen vastgeroest patroon. Deze mannen blijven vooral heel dicht bij zichzelf en wie zich daarin herkent, heeft een topavond. Dit is muziek voor discussie. Dat weten de muzikanten en zo willen ze het. Pionieren kan niet zonder.  Nieuwe paden moeten gebaand worden. Mannen Broeders moet intens beleefd worden. En dat lukt. Misschien niet voor iedereen. Maar het lukt wel. Het is prachtig. Experiment geslaagd.