Als je, net als ik, ‘Tellurion’, voor het eerst op je koptelefoon beluistert, dan komt ie wel binnen, zeg! Moddervette drums, strak precisie gitaarwerk, lekkere bassen en mooi gebalanceerde zanglijnen. De band Tellurion zet zichzelf hiermee direct op de kaart. Gemakkelijk is ie niet geworden, wel energiek.

Superstrak, dat was het, toen vorig jaar de band The Monolith Deathcult hun cd ‘Tetragrammaton’ uitbracht. Mathematisch strak, maar hier houdt dan meteen de vergelijking met Tellurion op, want waar TMD erg elektronisch klinkt, klinkt dat bij Tellurion modder, moddervet. Met progressieve invloeden uit groove metal en djent zet de band een indrukwekkend debuut neer. Het is goed te horen dat de bandleden zich hebben laten inspireren door Machine Head, Lamb of God en Periphery. Het is geenszins een kopie geworden en Tellurion heeft al het mooie uit de genres gemêleerd tot een ongenadig lekker album.

Laten we eens kijken naar het resultaat. Het album opent met ‘Apex Predator’, een nummer dat er gelijk goed inhakt. Direct valt in de intro het ontzettend vet afgemixte drumwerk op. Een geluid dat het hele album niet zal verdwijnen. Net als de zang van Elton Boussen, die mooi varieert van growl naar clean, wat een prettige afwisseling is. Boussen maakt indruk en geeft daarmee iets extra’s aan de nummers.

Dissonante ritmes

Na een eerste luisterbeurt buitelen de nummers over elkaar heen. ‘Tellurion’ is zeker geen gemakkelijk album geworden, maar na enkele malen de cd beluisterd te hebben, krijgen de nummers meer vorm. De catchy riffs van nummers als ‘Stones Break The Water’ (mooie off-beat zang), het heerlijke progessieve/melodramatische ‘The Architect’en het indrukwekkende ‘Ruined’,waarin de band nog even alles uit de kast haalt, blijven hangen. Nergens wordt het echt saai en dat komt door het gebruik van tempowisselingen, diverse maatwisselingen en spannende dissonante ritmes.

Met ‘Left for Dead’heeft de band een nummer dat gegarandeerd een moshpit oplevert. Meeste indruk qua opbouw en gelaagdheid zijn de nummers ‘22-7’ en het ruim 6 minuten durende ‘Portal of the Sun’. Overal klinken de vette drums doorheen en hoewel Matthijs Quaars supergoed drumt en mooie ritmes bij elkaar roffelt, klinkt het allemaal wel erg op de voorgrond. Het had hier en daar even iets minder gemogen om de rest van de sound beter de aandacht te geven. De nummers ‘Mountain Crumble’ en ‘The Gift’ zijn het meest mainstream, voor zover je in de metal van mainstream kunt spreken.

Tellurion lijkt met deze cd een grote sprong naar een doorbraak te maken. Het zou mij erg verwonderen als deze cd geen aanleiding is voor diverse programmeurs om de band te programmeren. Het is goed te horen dat Tellurion enorm veel energie heeft gestoken in dit album en alles is tot in de puntjes verzorgt. Die energie spat er vanaf, de productie is prima in orde en ook het artwork ziet er geweldig uit. Kortom, dit album is een echte aanrader.