Interview nieuwe heavy metal band Harbour of Souls

“Wanneer muziek maken eenmaal in je bloed zit, kan je dit niet meer ineens naast je neerleggen. Het blijft altijd aan je trekken.”

Agnes van den Herik ,

De Zeeuwse Hard Rock/Heavy Metal formatie Harbour of Souls, speelt na zes maanden noeste arbeid, voor de eerste keer samen op het podium van ’t Beest te Goes. 3voor12/Zeeland spreekt met de bandleden...

Dat de band uit Goes pas zes maanden in de huidige formatie samen speelt, is niet op te maken uit de ontspannen, humoristische en vanzelfsprekende manier waarop de leden met elkaar om gaan. De vijfkoppige band bestaande uit: Martin de Jong (Vocals), Jesper van Hoften (Lead Guitar), Daniël Suykerbuyk (Rhythm Guitar), Robbert van Hoften (Bass) en Rick Schuitemaker (Drums), lijken op elkaar ingespeeld te zijn alsof ze nooit anders hebben gedaan. Na het repeteren van zo’n vijf nummers, neemt de band plaats op de banken om onder het genot van een biertje onder andere het ontstaan van de band, het creatief proces en het komende eerste optreden te bespreken. Martin werpt zich op als spreker namens de band nadat er gekscherend wordt geroepen: “Martin praat wel, wanneer hij eenmaal begint stopt hij toch nooit meer! Wij vullen wel aan mocht het niet kloppen wat hij zegt..!”  

Komende vrijdag spelen jullie voor het eerst in deze formatie, als de band Harbour of Souls op in ’t Beest te Goes.
Martin: “Ja dat klopt, in deze samenstelling gaan we het vrijdag 20 september eens wagen op het podium. We spelen in het voorprogramma van Peter Pan Speedrock. Robbert en ik hebben al ongeveer tien jaar samen in een band gespeel en Rick en Daniel kennen elkaar van ‘A Generation After’, dus de ervaring met optredens is er wel, alleen is het nieuw dat we nu gaan optreden als ‘Harbour of Souls’!”  

Hoe is de ontstaansgeschiedenis van Harbour of Souls eigenlijk?:

Martin: “Jesper ken ik omdat we samen hebben gespeeld in een Death Metal band. Nadat de band eigenlijk op z’n gat ging, heb ik Jesper gevraagd of hij zin had om gewoon eens te jammen samen, dat vond hij goed. Tijdens het jammen is eigenlijk het nummer ‘Harbour of Souls’ ontstaan. Dit beviel zo goed dat we meerder nummers zijn gaan maken, totaal niet met de intentie om er verder iets mee te gaan doen. Thuis heb ik een oefenhok waar we samen anderhalf jaar bezig zijn geweest om nummers te maken. We hebben zo’n tien nummers geschreven, ingespeeld en opgenomen.”
 “Daarna zei Jesper zullen we iets met de nummers gaan doen, ze op het podium brengen. Uiteindelijk had ik zoiets van ach waarom ook niet! Wanneer muziek maken eenmaal in je bloed zit, kan je dit niet meer ineens naast je neerleggen, het blijft altijd aan je trekken.”  
“Robbert en ik zaten toen in een band waar het niet meer zo goed mee ging en ben uiteindelijk toch maar overstag gegaan om een band te vormen. Ik kende één goede bassist en dat was Robbert en ik vond het ook leuk dat hij dan met zijn eigen broer Jesper in een band zou gaan spelen!” “Verder spraken we Rick een keer in ‘de Vrijbuiter’ en in een aangeschoten stemming hebben we gevraagd om ook eens te komen jammen. Ik heb in andere bands ook gedrumd, maar wilde me nu eens compleet op de zang richten, dus Rick erbij! Omdat onze muziek om een tweede gitarist vraagt hebben we Daniel ook uitgenodigd, dat beviel ook prima. We hebben de tien nummers voorgelegd en zijn deze gaan spelen. Tijdens het jammen met elkaar, hebben we als band ook nog een aantal nummers geschreven.

En nu zitten we hier en staan we over een paar dagen op het podium, best spannend dan!” Rick: “Voor ons is het allemaal vrij snel gegaan, maar Martin en Jesper hebben natuurlijk al een hele aanloop gehad van bijna twee jaar.” Martin: “Ja dat klopt ook, je hebt het hele proces van bandje beginnen en nummers schrijven al gehad, dat scheelt toch een hoop.” Rick: “Dat is heel relaxt hoor! En de ruimte is er gewoon om je eigen invulling te geven aan een nummer. Ik drum heel anders dan Martin en kan dit ook binnen de bestaande nummers kwijt.” Martin: “Wanneer het ritme en de beats maar kloppend zijn ben ik blij, de verdere invulling moet Rick gewoon zelf weten, dat kan hij beter dan ik, dus daar is hij totaal vrij in. Ook de bas lijn bijvoorbeeld, daar heeft Robbert ook de vrije hand in. Ik kan dingen wel gaan voor spelen, maar daar heb ik helemaal geen trek in, hij doet dit gewoon naar eigen inzicht, capabel genoeg hoor!”  

En de naam ‘Harbour of Souls’ hebben jullie tezamen bedacht? Of hoe is dit gegaan? Martin: “Nou, dat is eigenlijk ontstaan toen Jesper en ik dat eerste nummer opnamen, dat ook ‘Harbour of Souls’ heet! Ik was wat klanken aan het produceren met mn stem, nog niet eens een tekst ofzo en uit die klanken kwam ineens het woord Harbour naar boven, dit werd uiteindelijk Harbour of Souls en dat vonden we wel lekker klinken. Ook voor een band naam. En tja een verdere diepere betekenis heeft het niet eens zozeer.”    

Hoe zou je jullie band omschrijven, stel je mag een paar regels kwijt over Harbour of Souls?

Martin: “Dan is het Hard Rock/ Heavy Metal, niet meer of minder dan dat denk ik.”  Robbert: “We denken niet echt in genres, we hebben nu samen als band een aantal nummers geschreven, maar hangen daar geen bepaald genre aan. We maken de muziek en werken aan een vet nummer!” Martin: “Ja je geeft wel eens dingen een naam, omdat het makkelijker is om het te snappen. Bijvoorbeeld: “Speels eens die Alice in Chains riff, ja dan weet iedereen welke ik dan bedoel.” “Ik denk dat heel veel muzikanten, vooral de niet ‘geschoolde’ zo praten met elkaar: “Waar begint het nummer ook alweer? Oh ja, vakje zeven..!” “Verder qua stijl pik je natuurlijk altijd invloeden van andere bands mee en je probeert je eigen geluid te creëren waarmee je je misschien toch onderscheidt van de rest. Wanneer je je nummers aan iemand anders laat horen, is het toch meestal: ‘Oh, dat lijkt op die en die band of het heeft iets weg van..’ dat hou je toch.”  

Nu komen jullie uit verschillende richtingen, hebben jullie andere achtergronden en interesses, hoe vinden jullie elkaar in de muziek, hoe vindt deze ‘klik’ plaats?

Martin: “Nou ja, we kennen elkaar. We hebben allemaal wel een eigen smaak, maar weten elkaar op een overlappend stukje muzikaal te vinden.” Rick: “We hebben ook een aantal dezelfde interesses en bands die we goed vinden.” Martin: “Ook buiten de band doen we dingen samen, naar concerten gaan bijvoorbeeld. Je moet het gewoon met elkaar ‘maken’ en dat we toch veel dezelfde dingen leuk vinden, werkt ook in ons voordeel natuurlijk.” Robbert: “Dat zijn ook dingen zoals hetzelfde gevoel voor humor en je instelling. Op persoonlijk vlak klikt het gewoon goed.” Martin: “Tja, verder je neemt iemand zoals hij is en je kent z’n goede en slechte kanten. Verder heb je er maar gewoon mee te leven denk ik, zij met mij ik met hen. Ik denk er eigenlijk nooit zo over na…” Robbert: “Ook ik heb al in meerder bandjes gespeeld en je weet gewoon of iets werk of niet, het is een bepaald gevoel. Zo voel je dus ook heel snel wanneer iets niet werkt. Dat heeft vaak ook helemaal niets te maken met het feit dat iemand wel of niet aardig is. Maar de klik komt er niet, de chemie ontbreekt. Binnen ‘Harbour of Souls’ is die klik er wel, het voelt goed. Je kan het uitdiepen of analyseren, maar het voelt goed of niet.”

Wat is verder nog kenmerkend van de band, of in de manier waarop jullie (samen)werken? Martin: “Ik vind dat we uiterst kritisch zijn en ook de dingen weggooien waarvan we niet helemaal zeker zijn. Ook vragen we anderen naar hun mening en dat nemen we mee in onze ontwikkeling.” “We vinden dat de muziek duidelijk moet zijn, geen progressieve rock ofzo. Couplet, refrein, een solo erin, het moet kop en staart hebben, drie á vier riffs maximaal, gewoon echt een liedje! Dat is een afspraak die we hebben gemaakt. Niet dat je uren moet zoeken naar de clou. En hé, we zijn een stel houthakkers en daarbij moet je het ook nog eens allemaal onthouden!!” Rick: “Een duidelijk nummer met veel energie gebracht is heel lekker en het heeft niet teveel ‘gedoe’ nodig dan. Het moet blijven hangen vind ik.”  Martin: “De nummers ontstaan meer uit klanken, een melodie en zanglijn dan dat de tekst er eerst is. De klank vind ik belangrijker dan de inhoud van een tekst, ik ga dan ook niet zitten en denken: ‘nu ga ik over dit onderwerp eens een nummer schrijven’. Tijdens het jammen gebeurt er heel veel, dan komen er flarden van teksten naar boven en misschien heb je dan vier zinnen en bouw je dit later uit tot een tekst. Soms roep je wat woorden of klanken tijdens het jammen hier komt een idee uit voort.” Robbert: “Het moet oprecht, intens en eigen zijn dat wat je maakt en geen ‘verantwoorde muziek’ zoals Coldplay, wat kan ik daar chagrijnig van worden!”  

Nu we een beetje een beeld hebben bij de band ‘Harbour of Souls’, wat kan het publiek van jullie verwachten? Wat zouden jullie willen neerzetten of meegeven?

Martin: “In ieder geval wel dat er ook echt een band heeft gestaan, misschien dat we het publiek kunnen verrassen of enthousiast maken met ons muziek. Je gaat wel eens naar een concert toe en dan word je aangenaam verrast door een onbekende band, door de muziek of de energie en dat je het achteraf nog eens gaat opzoeken op internet bijvoorbeeld. Dat je blijft hangen bij het publiek, dat zou tof zijn. In het half uur dat we spelen in ’t Beest te Goes gaan we knallen. Het is ons allereerste optreden en natuurlijk zal dat even raar zijn. Je hebt ineens te maken met allerlei gepiep en gekraak en dat is wennen.”  

Wat is het lastige aan live optreden, waar heeft het publiek geen weet van?
Martin: “Het komt keihard binnen en klinkt anders. Je hoort elkaar ook niet altijd even duidelijk. Het zoeken naar het geluid is best moeilijk en vervelend. Dit moet je dan loslaten en vertrouwen op de anderen en jezelf en zorgen dat je duidelijk over de monitor kan horen waar je zelf houvast aan hebt. Het kunnen communiceren met de geluidsman is cruciaal!”
 “Ook speelt een bepaalde spanning mee, dat lekker kan zijn maar ook klote. Wanneer je na vier uur wachten en tien bezoekjes aan het toilet eindelijk kan gaan spelen is dit geweldig.” Jesper: “Vanaf het allereerste moment moet je eigenlijk alles loslaten en gewoon gaan. Ook wanneer je zelf een noot verkeerd speelt of je hoort dat bij een ander, het is een kwestie van doorspelen.” Rick: “Ik heb nu zoiets van laat maar komen, ik voel nu ook totaal geen spanning. Dat gebeurt wel in de vijf minuten voor het optreden!” Martin: “Dat wordt nog druk op de wc binnen die vijf minuten als iedereen moet poepen! Een mooie kop voor boven het artikel trouwens! Dat zou Willem Alexander vast ook hebben gedacht voor zijn eerste optreden op Prinsjesdag; Ik ga nog eerst even naar de wc..!” “Maar verder kunnen we ons na komend optreden weer verder gaan voorbereiden op andere optredens zoals die van acht november. Ook hebben we nieuwe ideeën en gaan we deze verder ontwikkelen, het is echt waanzinnig om zo samen te kunnen creëren.”