Bij de eerste tonen van de Guy Forsyth band waant de toehoorder zich in New Orleans, in het warme zuiden van Amerika. In de tijd van de katoenplantages en de negerhut van oom Tom. Werkers op het land zingen hun lied: ‘Sink 'Em low (The Holler)’. De a capella tonen zijn als een gospel. Puur en rauw, de zon hoog aan de hemel. Een voet geeft het ritme aan, een stamp een klap, een stamp een klap... Dan vertrekt de trein, langzaam trekt machinist Forsyth op. Het landschap trekt aan ons voorbij, ‘When The Saints Go Marching In’. Een bluesreis volgt, de band zet in:‘The Monkey Speaks His Mind’, een prachtige parabel. Terwijl we voorzichtig koers zetten naar Austin Texas, de woonplaats van de singer-songwriter. ‘Econoline’ is zijn eerbetoon aan Lynyrd Skynyrd. Het geluid van zijn roots komt uit de zingende zaag tijdens ‘Summertime’. Forsythe's stem dondert met vlagen, alsof hij op een kansel staat. Een mooie kruising tussen Fats Domino en Tom Waits.
Guy Forsyth op reis in Terneuzen
Crappy Dog houdt Zeeuwse eer hoog in Porgy en Bess
Stichting Roots organiseert met regelmaat concerten in muziekcafé Porgy en Bess in Terneuzen. Deze keer heeft de organisatie een bluesman pur sang naar Zeeuws-Vlaanderen gehaald. Want vrijdag waren Amerikaan Guy Forsyth en zijn muzikanten te gast, met als voorprogramma de Vlissingse houtje-touwtje bluesband Crappy Dog.
Forsyth kan scatten, drumster Nina Singh trouwens ook. De groep swingt, is rauw maar liefelijk en weet tot het eind te boeien. Af en toe serieus maar nergens zwaar op de hand. Terwijl de trein maar doorraast, grote rookpluimen achterlatend. ‘Mona’ komt de coupe binnen terwijl bassist Jeff Botta lichtelijk verveelt zijn partijen speelt in ‘Things That Matter’. Hij lijkt pas echt te ontdooien als hem een glas whisky wordt aangeboden, of had hij toch liever bier? Als de tocht dan langzaam ten einde loopt en het station in zicht komt, is iedereen het er wel over eens dat het een prachtige reis was. Door een Amerika uit vervlogen tijden, in een strak modern bluesjasje. Terug buiten is het Terneuzense centrum wel erg leeg en koud na zoveel warmte.
Grote bewondering van de Amerikanen is er voor openingsact Crappy Dog. De band van gitarist Eric Vandenberge. De groep maakt muziek van de straat, salt water blues noemt hij het. Daar is niets van gelogen. Puurder kan blues haast niet worden. Doorleeft en verrookt gemaakt in de nacht, zo klinken de nummers van hun LP 'Aint Got No Bone'. Met gitaar, banjo, accordeon en contrabas. Improvisatie is deel van de show maar de band heeft vanavond zowaar een setlist samengesteld. De cover ‘Just Like A Dog’ is goed gekozen en ‘We Do This 'Cause We Have Too’ zegt eigenlijk genoeg. En als het publiek niet naar de band komt, komen de Vlissingers wel naar het publiek waardoor de show eindigt met een kleine bandpolonaise door het café. Tot grote hilariteit van iedereen maar vooral van het trio zelf.