Gehuld in een strakke zwarte spijkerbroek, zwarte spijkerjas en getooid met een zonnebril zit David Eugene Edwards er rustig bij. De bandleider van de alternatieve folk band Wovenhand maakt zich niet druk. Hij is rustig, want de Heer is bij hem. In 2010 speelde hij al eerder in De Spot. 3voor12/Zeeland interviewde hem toen. Ter ere van het komende concert aanstaande woensdag publiceren wij het interview nogmaals.

Als je de charismatische zanger hoort praten, is er een oprecht mens aan het woord. Iemand die weet wat hij wil. Namelijk het evangelie brengen, maar wel op zijn manier.
“Ik ben een kunstenaar. Had ik goed kunnen schilderen dan hadden mijn schilderijen dit thema’s gehad. Was ik een kok geweest dan maakte ik recepten over het onderwerp. Maar ik ben nu eenmaal muzikant. Dus maak ik muziek die Het Woord verkondigd. Want dat is het verlangen in mij. Maar ik bewandel wel verschillende paden om dat doel te verkrijgen. Of daar toch een poging voor te doen.”

De vijfde plaat van zijn band is net uit. Het album heeft als titel The Threshing Floor
“Er zijn verschillende thema’s in het album verwerkt. Maar het basisidee is dat de wereld is de dorsvloer is van God. Voor wie in Hem gelooft en voor wie niet in Hem gelooft. Hier wordt het kaf van het koren gescheiden. Er zijn natuurlijk verschillende soorten uitleg maar dat is maar net hoe diep je er over na wil denken. Het zijn verschillende gedachten over God. En de relatie die je met God hebt. Of juist niet. En hoe dat je leven beïnvloed.”

Je schrijft altijd een liedje speciaal voor je vrouw Leha. Welk nummer is het nu geworden?
“Om eerlijk te zijn gaan ze op een of andere manier allemaal over haar. Haha. Er is er niet een speciaal deze keer. Ze is in elke toon aanwezig op het album.”

Zit er in alle donkere klanken zoveel liefde verborgen?
“Natuurlijk. Juist dat is liefde. Want ook triestheid en verlies horen bij liefde. Maar ook hoop en geluk. Dat is het leven. Het maakt niet uit voor wie. Deze dingen raken je en maken wie je bent. Ik probeer ze ook allemaal terug te laten komen in mijn teksten en muziek. Ik ben geen depresieveling ik blijf niet hangen in somberheid of troosteloosheid. Ik weet dat deze emoties er zijn en ik wil weten waarom ze er zijn. Wat is het doel ervan. Want er zijn veel mensen die er wel in blijven hangen Dan zijn ze in hun leven veel depressieve momenten tegengekomen. En deze mensen vinden het moeilijk om hoop te hebben en geluk te kennen. Ik voel het mijn verantwoordelijkheid om ze in die depressie te ontmoeten en ze te laten zien dat het leven mooi is.”

Wat is voor jou het belangrijkste in het leven?
“Het belangrijkste in mijn leven is het evangelie. Want dat is het leven. Ik geloof dat er buiten het geloof geen echt leven kan zijn. Er zijn wel vormen van leven buiten het geloof maar geen echt leven. Mensen verworden daar tot lege omhulsels. Het geloof en de bijbel maken mensen vol en maken ze tot een reflectie van Jezus. En dat is ook wat de bijbel vertelt: Leef zoals Jezus deed. Maar de meesten van ons zijn geen reflectie van Jezus maar zijn verworden tot een reflectie van zichzelf. We moeten het evangelie geloven. Want Jezus heeft er voor gezorgd dat we wel die reflectie van God kunnen zijn. Zonder dat is er geen leven. Ik probeer dus leven te brengen.”

Je probeert leven te brengen. Dat is wel een erg grote opdracht.
“Dat is het ook. En als het aan mij had gelegen was het niet nodig geweest want God is het leven. God zit in mij en geeft ook om de mensen rond mij. Hij geeft en houdt van mensen. Dat doet hij, via mij. Ik doe dat niet zelf. Het heeft zelfs niets met mij te maken. Ik vergelijk het graag met een lamp. Een lamp zonder stroom is nog steeds een lamp. Alleen doet hij niet wat hij moet doen, namelijk licht geven. Je moet een lamp aan stroom aansluiten en dan geeft hij licht. Dat is zijn doel. Mensen zijn het licht van God maar als ze zich niet op zijn stroomnet aansluiten zullen ze geen licht geven en missen ze het doel in hun leven. Ze huizen dan altijd in het donker.”

Is de muziek van Wovenhand ‘aardser’ dan bijvoorbeeld echte kerkmuziek.
“Nee dat denk ik niet. Al deze muziek is aardse realiteit. Ik vind mijn muziek ook geen gospel in de zin van dit nummer zingen we in de kerk tijdens een dienst en loven God. Je kunt God er wel mee loven maar het kan net zo makkelijk niet.

Als je er niet om geeft maakt het niet uit hoe blij of vrolijk gospel is of wat je van mijn muziek vindt. God is in elke emotie van iemands leven. Dus in blijheid maar ook in triestheid of depressie. Zoals in de bijbel staat Jezus was een man vol met verdriet. Hij was een serieus man. Hij identificeerde zich met de leiden rond hem. Met de lammen en de blinden. De melaatsen en de armen. Er was niemand die zich daarom bekommerde behalve hij. En niemand wist waarom hij dat toch deed. Maar dat is wat God doet.”

Hoe omschrijf je jou muziek.
“Ik omschrijf mijn muziek niet qua stijl. Het is Wovenhand muziek. Het is natuurlijk een mix van stijlen waar ik van hou. Ik luister graag naar traditionele muziek. Naar heftige muziek maar ook traditionele gospel en bluegrass. Ik kan overal goede muziek vinden in welke stijl dan ook die ik leuk vind. En dat heeft allemaal zijn uitwerking op de muziek die we maken. Mensen stoppen ons in het alternatieve country hoekje, ik doe dat niet maar ik vind het ook niet erg dat ze ons daar stoppen.”

Zou je ook een mierzoet popliedje kunnen schrijven?
“Oh geen idee. Ik ga nooit zitten zo van, nu ga ik eens deze stijl muziek maken. Ik laat slechts de muziek die in me zit los. En het is wat het is. Ik wil het ook niet controleren. Dat moet zijn weg zelf vinden en dat gaat nog altijd goed.”

Maar jou muziek is vaak wel donker van toon.
“Ja dat klopt. En waarom dat is weet ik niet. Heeft deels met mijn eigen gemoed te maken natuurlijk. Ik hou van serieuze muziek. Het hoeft echt niet altijd ingewikkeld of triest te zijn. Als het maar eerlijk is. Ik hou niet van muziek die alleen voor de lol is. Niet dat het niet goed is. Mijn kinderen luisteren voor de lol naar muziek en dat is oké. Maar ik maak nu eenmaal de muziek die ik maak. En die klinkt zoals het klinkt. Ik kan het ook niet helpen.”