Anderson, hét Nederlandse indiepop en subtiele elektronica en electro tweetal, wist met hun frisse en warme deuntjes het toegestroomde publiek in De Spot prima te vermaken. De toeschouwers werd even daarvoor al in de stemming gebracht door de Zeeuwse band Minor Dance.

Dansbare indiepop luidt vrolijk paasweekend in

Het beloofd een warm paasweekend te worden. Een prima reden dus om een beetje energieke en dansbare muziek op te snuiven en alvast goed in de stemming te komen voor de zomerfestivals. Het affiche van de zaterdagavond in kunst- en cultuurcentrum De Spot lijkt daar uitstekend geschikt voor, met op het podium Anderson en Minor Dance. De zaal is dan ook al snel goed gevuld.

Minor Dance is een jonge Zeeuwse band onder aanvoering zanger en gitarist Sjoerd Bin. Het viertal speelt nog geen jaar samen, en zijn duidelijk nog op zoek naar een eigen geluid. Ze combineren naar eigen zeggen invloeden uit de dance en trance met indierock en orgelspel. In de eerste instantie ziet de band er echter uit als een Adidas modeshow. Sjoerd breekt in het eerste nummer al een snaar, wat de moeizame start illustreert. Van de danceinvloeden is niet veel te merken, want de band is vooral veel indierock met synthesizers, graag refererend aan Johan en Interpol.

Minor Dance heeft zeker wel goede melodieën en de toetsenist schudt de ene naar de andere aanstekelijke klank uit zijn mouw. Het probleem is vooral de ritmesectie. De drums komen niet goed uit de verf en lijken te verdwijnen in een warboel van geluid. De bassiste kan vooral heel lief lachen, maar in plaats van aan haar kapsel te frunniken, zou ze beter wat actiever haar instrument beroeren. Nu mist Minor Dance een heleboel energie. Daar verandert ook de zang van de volhardende Sjoerd niets aan.

Na een kort intermezzo, opgeleukt door een prima dj, is het de beurt aan Anderson. Dit Rotterdamse duo, bestaand uit Bas van Nienes en Jeroen van der Werken, heeft vorig jaar een prima tweede album uitgebracht op het Nederlandse platenlabel Volkoren. It Runs In The Family vertelt het verhaal van de tien familieleden van de fictieve familie Benson. Ze beginnen het optreden meteen met het eerste nummer van die plaat, Michael. Het is meteen duidelijk dat Anderson het geluid een stuk beter voor elkaar heeft dan het voorprogramma. De muziek is een energieke combinatie van subtiele indie zoals The Postal Service en warme eighties electropop van bijvoorbeeld Pet Shop Boys en Royksopp.

Als bij het derde nummer de gitaar erbij wordt gepakt staat er al heel wat mee te bewegen en –klappen, een teken dat Anderson goed bevalt. De verhouding tussen de warme keyboards en zang aan de ene kant en de hardere electrobeats en gitaren aan de andere klopt dan ook precies. Met een swingend en funky einde van het optreden kan het niet anders dat het publiek om meer vraagt, een oproep die door het tweetal wordt beantwoord met nog twee songs, waaronder het prijsnummer Trevor – On The Dancefloor. De titel zegt het al: niets voor stilzitters. Het is een heerlijke afsluiter van een uitstekend en enthousiast optreden.

Bekijk de video Trevor - On The Dancefloor hier.