In 2024 bestond Café De Stad maar liefst 25 jaar, een bijzonder jubileum. Maar wat is er nou zo fijn aan deze plek, geliefd bij zo veel mensen binnen de muziekwereld? Wij gingen langs om kennis te maken met de mensen; zowel voor als achter de toog.

Het schemert als op vrijdagmiddag Café De Stad vol druppelt met bekende gezichten. Dat gaat al meer dan 1300 schemerige vrijdagen zo, want het café bestond in 2024 maar liefst 25 jaar. In die tijd zijn er weinig stamgasten van kroegbaas Egbert Aben’s zijde geweken, al zou hij zichzelf helemaal niet als kroegbaas typeren. Uiteindelijk staat Egbert het liefst op de vloer. “Daar gebeurt alles, dit is veel meer dan alleen bier verkopen.”

Achter de bar, naast zijn geliefde barteam, bedient Egbert iedereen die een stap zet in ‘het enige bruine non-trendy café dat nog over is’, aldus een van de stamgasten. “Op de beste manier,” voegt hij lachend toe, “er zijn er gewoon niet veel meer van over in Utrecht!” Bij Café De Stad geniet Egbert van het zorgvuldig bedienen van zijn gasten. “Het is leuk om mensen aandacht te geven, je krijgt het altijd terug”, vertelt hij. Glazen bier krijg je hier standaard met het logo naar je toe gedraaid, koffie zelfs soms met een glaasje Kahlúa.

Nooit alleen

Die aandacht is precies wat deze kroeg nou zo aantrekkelijk houdt. Het is er liefdevol, de sfeer warm. De zorgvuldigheid en het vertrouwen zijn de dingen waar je voor blijft terugkomen. Dat vindt ook Gabriël, de 70 reeds gepasseerd en elke dag aanwezig. Alleen hij drinkt niet altijd een biertje; die zijn alleen voor in het weekend. Vroeger kwam hij al bij café De Leugen, waar Egbert achter de bar stond. Toen De Leugen haar deuren sloot, verhuisde Gabriël mee met Egbert naar zijn eigen kroeg. En daar is hij nooit meer weggegaan. “Ik kom hier iedere dag, even de deur uit of als ik onderweg ben naar huis”, vertelt Gabriël. Hij zit gebogen over een dubbele sudoku (“heel moeilijk maar ik geef niet op!”). Toch mag je hem, ondanks zijn gepuzzel, altijd storen voor een gesprek. “Ik kom hier voor de gezelligheid, de mensen, en eigenlijk ook een stukje sociale controle.” Hij gaat rechter op zijn kruk zitten. “Als ik een dag niet hier ben, krijg ik een appje van hem”, hij kijkt zijdelings in Egberts richting, “dan appt hij: ‘Het is puzzeltijd!’” Gabriël glimlacht. "Ik ben alleen, dus het is wel prettig als er mensen op je letten.”

Beer and music

Beer and music bij Café De Stad, zo profileert de kroeg zich online. De plek is stiekem nog veel meer, maar muziek is wel een essentieel onderdeel van het café. Aan alle wanden staan verschillende platen netjes naast elkaar geëxposeerd. “Die veranderen om de zoveel tijd”, vertelt Beatle Hans de Korte. Hij komt al sinds het begin van de kroeg minstens drie keer in de week langs om een lekker biertje te drinken. Vandaag op het menu: een Bolleke van de Koninck. Hans neemt een slok en vertelt: “Vroeger werkte ik bij Tivoli Oudegracht, veel mensen die ik nog ken van toen komen hier ook regelmatig.” Gasten uit de muziekscene dus: muzikanten, technici, producers, komen vaak genieten van de gastvrijheid van De Stad. Bovendien staat Hans ook zelf zo nu en dan achter de draaitafels in het café (zoals aanstaande 8 maart). Naast dj is hij zelf ook platenverzamelaar, net als Egbert. “Het is leuk om te zien wat hier altijd komt te staan, de platen staan vaak op thema”, vertelt hij. “Alleen The Smiths veranderen niet, die blijven staan.” Dat zal ook niet snel veranderen; het is de favoriete band van Egbert: “The Smiths is de beste band van de jaren ‘80, catchy pop met cynische teksten”. We krijgen er een gratis luistertip bij; Strangeways, Here We Come, hun laatste album. “Al zijn ze wel meer een singles-band hoor!”, voegt Egbert lachend toe.

Stamgasten

“Je bent hier altijd heel welkom”, vertelt stamgast Willem. “De mensen die hier komen, hebben ook echt hart voor het café.” Tijdens corona doneerden veel van hen het bedrag waarvoor ze normaal zouden hebben gedronken. Ook in het café zelf zit het hart van de gasten verweven in het decor. Zo zijn de tekeningen aan de muur gemaakt door vrienden van de kroeg en zelfs de kussentjes op de banken werden door een aantal van de stamgasten gemaakt. Waar al die liefde vandaan komt? “Als iets mooi is, moet het blijven bestaan”, vertelt barman Joost, “en daarbij is Egbert de beste baas die er is.” Dat verklaart de afgelopen 25 jaar. Joost is lid van de band Schamele Troost, die speelde tijdens de viering van het jubileum van het café. Ter ere van dat jubileum bracht de band een EP uit, die ze presenteerden in dB’s, de vaste uitvalsbasis van de kroeg.

“Je weet dat je hier altijd iemand treft die je kent”, vertelt stamgast Edwin. Hij komt hier al jaren voor de muziek, de mensen en de vertrouwde sfeer. “Iedere vrijdag om 17 uur zit het hier vol met gezichten die je kent van vroeger, al hebben ze nu iets meer rimpels”, zegt hij. Een andere stamgast uit de vaste vriendengroep laat vol trots een groepsapp zien: ‘Vrijmibo’, heet het, met het logo van Café De Stad als groepsafbeelding. “Hier is het ongepolijst, gemoedelijk”, vertelt hij, “ik zou bijna zeggen kneuterig, maar dat woord doet deze plek tekort.” Wat hij zou wensen voor de toekomst van Café De Stad? “Dat ik op mijn 82e hier nog naartoe schuifel en een biertje kom drinken!” De groep lacht uitbundig mee.

Bruin en non-trendy

Gelukkig denkt Egbert nog lang niet aan stoppen: “Het mooiste lijkt me, zo zeg ik altijd, te sterven in het harnas.” Hij lacht erbij. “En dan nog heel lang over muziek te blijven lullen aan de bar, dat lijkt me top.” Er wordt grillworst met kaas geserveerd, het gaat over The Smiths. Café De Stad is altijd bruin en non-trendy gebleven, de vaste gezichten onveranderd. Hier mag je als jezelf komen. Je hoeft hier niemand anders te zijn. Toch is geen dag hier hetzelfde, en ook dat hoeft nooit te veranderen.