Kaizers Orchestra overtuigt, maar verrast niet

Noorse hoempa-rockers geven in Tivoli wederom een keizerlijk optreden

Tekst: Machiel Coehorst / Fotografie: Esther Lutgendorff, ,

Echt verrassend zijn de shows van de Noorse hoempa-rockers Kaizers Orchestra eigenlijk niet meer te noemen, aanstekelijk blijft het wel. Een enthousiast Tivoli kreeg dan ook waar het voor gekomen was: een smakelijk en vermakelijk optreden van de stoere Noren.

Noorse hoempa-rockers geven in Tivoli wederom een keizerlijk optreden

De zelfbenoemde 'Jewish drinking songs' van Geoff Berner vormen de prelude van de avond. Berner is een jonge Canadees met joods bloed die melancholische klezmer combineert met een zwierig zeemansgeluid. Zichzelf begeleidend op accordeon maakt Berner zeker geen slechte indruk. Een goede stem, een zelfverzekerde, licht-ironische presentatie en deinende dronkemanslyriek, een avond kan slechter beginnen. Kaizers Orchestra speelt de laatste twee jaar ook buiten thuisland Noorwegen en sinds de optredens op Eurosonic, Lowlands, Pinkpop en niet te vergeten het Utrechtse Zinin in 2003 (na EKKO hun tweede Utrechtse optreden) is ook het Nederlandse publiek in de ban van de Noorse furie. Zanger Jan Ove Ottesen bracht enige tijd geleden een solo-album uit met meer ingetogen werk, vanavond maken de keizers er weer ouderwets een feest van. Gewapend met een fles wijn bestijgt Ottesen het podium en met veel bravoure en met volop ruimte voor improvisatie werkt de band zich door oud en nieuw materiaal. Muzikaal gezien is de verrassing er na de eerste cd Ompa Til Du Dør er wel een beetje af, maar bij Kaizers vierde Utrechtse show werkt de mix van zigeunermuziek, rock en het gebruik van allerhande schrootmateriaal weer prima; Tivoli is getuige van een energieke live-show vol pathos en branie. Frontman Jan Ove 'Sjakalen Kaizer' blijkt opnieuw een bekwaam publieksmenner, Helge 'Omen' zit weer met een mallotig zuurstofmasker achter het traporgel en de gitaristen Terje 'Killmaster' en Geir 'Hellraizer' belanden regelmatig bovenop de felrode olievaten die aan weerszijden van het podium zijn geposteerd. Ferme meppen op die vaten en op afgedankte auto-onderdelen zijn eveneens al jaren een vast onderdeel van de Kaizers-show. In Tivoli komen uiteraard veel nummers van hun nieuwe schijfje 'Maestro' voorbij, aangevuld met oudere werkjes als Ompa Til Du Dør, Resistansen, Sigøynerblod en Di Grind. Zelden zo'n enthousiaste respons op een band gezien, praktisch elk nummer wordt onthaald op een daverend applaus. Er is muziek die je niet hard genoeg kunt beluisteren, maar aan het begin van de show staat het geluid wel erg hard. Gaandeweg het optreden wordt dit euvel gelukkig verholpen. Vlakbij het podium wappert de hele avond een Noorse vlag; blijkbaar volgen de trouwste fans hun band tot in de uithoeken. Typisch Noors kun je de muziek van de Kaizers niet noemen, de eigenzinnigheid van de formatie zou misschien een Scandinavisch trekje kunnen zijn. Ruim anderhalf uur duurt het feestje en dan krijgt de zaal waar het recht op heeft: twee ruime toegiften met als hoogtepunt het fraaie Iers aandoende '170' vol met tromgeroffel en bombast. De gitarist maakt op de rug van een de zanger nog een rondje door de zaal, ondertussen stoïcijns doorsolerend. Voorman Ottesen waagt zich zelfs aan een potje stagediven - was dat niet verboden? - en meldt tegen het eind vol trots dat ze aan hun 24e nummer van de avond toe zijn. Van het publiek hadden er best nog 24 mogen volgen. Kaizers Orchestra & Geoff Berner Gezien: Tivoli Oudegracht, maandag 3 oktober 2005