Tortoise is een band met een bijna legendarische status in bepaalde kringen. Misschien wel in de hoek van de zogenaamde ‘hoornen-brillen’-schare onder de muziekliefhebbers. Niet voor niets geven vooral de mannelijke exponenten van deze sectie acte-de-présence vanavond. Het lijkt wel alsof Tortoise muziek maakt voor de intimi, de ingewijden, de kenners. Niets is minder waar; niets blijkt verder van het veelzijdige gezicht van Tortoise te liggen.
Tortoise ondergaan kan namelijk op ongeveer vier manieren. Dan denkt de geachte lezer wellicht: “O, God, daar gaan we; krijgen we een lesje muziekleer.” Nee, vrees niet: dat valt wel mee. Het is namelijk vooral frappant op hoeveel fronten Tortoise de toehoorder weet aan te spreken.
Nemen we de eerste laag, dan blijkt dat als fundament en alom tegenwoordige pluspunt de ritmesectie een duchtige duit in het zakje doet. Vaak dubbelloopse drums gaan met elkaar én met de onnavolgbare bas in duel, maar toch is de combinatie nét geen freak-jazz voor gevorderden alleen.
Er is immers altijd nog enig houvast te vinden voor ons gewone stervelingen; zij die de hogere mathematische ritmiek niet helemaal kunnen bijbenen, of bij-calculeren. Net boven die horizon biedt een veelal galmende gitaar soelaas. In de sexy swing die daarvan uitgaat, mogen de heupen best gewiegd worden.
De toplaag wordt gevormd door een altijd aanwezige melodielijn. Of die nu door een vibrafoon, een keyboard of een melodica gebracht wordt; ook daarop kan de luisteraar zich laten meevoeren. Een verhaallijn die au fond weinig tot geen inspanning vereist, maar wel uitnodigt tot amechtig meedeinen.
Toch excelleert Tortoise ook vanavond weer in het verenigen van eerder genoemde deelgebieden. Vooral omdat de vierde verdieping in de show, de ‘visuals’, je laat zien waar het bij dit kwintet uit Chicago eigenlijk om gaat: een briljante synergie tussen abstractie en organische natuurlijkheid.
Vreemde blokkenpatronen, warrige lijnvoeringen op het grote scherm achter de band; ze lijken misschien weinig handvatten te bieden. Maar toch: tussen de hoekige en berekende perfectie van ritme en performance enerzijds en de menselijke ‘touch’, de veelal aards-getinte beeldvoering anderszijds staat Tortoise er ineens helemaal.
Hoe vaak ze ook wisselen van instrument, hoe vaak complexiteit je omver lijkt te blazen, steeds weer trekt iets in het brede bandgeluid van Tortoise je met beide voeten terug naar basaal niveau. Naar puur genieten, naar een combinatie waarin abstractie ineens heel natuurlijk lijkt en blijkt. Naar een moment waarop alles samenvalt en je je verliest in de klanken die je helemaal inpalmen.
Daarin toont Tortoise zijn klasse, want er is tussen alle genres die de band bestrijkt, tussen allen technische perfectie, steeds voor elk wat wils te ontwaren. Nu-jazz? Present! Avant-lounge van de laidback-soort? Present! Tegen postrock en mathrock aanleunende exercities? Present!
Als je die presentielijst koppelt aan technische perfectie én stemmige – meerwaarde biedende – ‘visuals’ heb je aan deze show een briljante mix. Een combinatie die als geheel staat als een huis, maar in elk van de delen pure klasse ten toon spreidt. Zelden was een ‘som der delen’-concert zo exemplarisch als bij het daarin excellerende Tortoise. En dat zónder hermetisch te worden: meesterlijke band!
Tortoise
Gezien: Tivoli de Helling, 26 mei 2005
Organisch-abstract Tortoise kent voor elk wat wils
Meesterlijke band excelleert tussen nu-jazz, avant-lounge en mathrock
Vorig jaar toerde Tortoise door Europa en waren de magistrale vijf te zien op Rock Werchter en in Paradiso. De volgende ronde brengt hen naar Utrecht, waar Tivoli de Helling kennis mag maken met hun hoogst originele raakvlakken-idioom. Immers: deze band raakt aan velerlei stromingen, maar staat toch vooral op zichzelf. En is daarin een klasse apart.