In de bewierookte ruimte van Kunstpodium T staat een tafel met twee synths. Nils Quak gaat rustig zitten en begint met langzame audiofragmenten van golvend water en een vertraagde stem. De stemming doet denken aan vervlogen tijden. Halverwege de set wordt de sfeer onheilspellend. In de kleine ruimte weergalmt snoeiharde witte noise, in een wolk van feedback klinken er storende radiogolven en kwetterende vogels. De muziek verandert langzaam, de intensiteit neemt weer af en er verschijnen verzachtende tonen in het geheel. Als een warme deken na een koude nacht. De set eindigt met een net iets vertraagde tekst over inspiratie en toewijding. De tekst ‘for your longings’ wordt versneld in een accelerando, eindigend in stilte. We zijn wakkergeschud voor een tweede inspirerende dag Murf/Murw. [JL]
De tweede dag van het Murf/Murw festival belooft ons wederom een avontuurlijke duik in het muziekprogramma, waarbij elke act de festivalbezoekers uitdaagt om hun muzikale horizon te verbreden en open te staan voor alles. Vandaag is ook de dag van de Poolse invasie: vijf undergroundbands uit de Poolse stad Wroclaw zullen vandaag de Tilburgse podia betreden.
NILS QUAK
MŁYN
Anders dan eerder aangegeven, is het niet Ślina dat in Paradox rond de klok van vieren het bal mag openen, maar het eveneens uit Wroclaw afkomstige Młyn, een drietal al dan niet bebrilde geeks met een duidelijke fascinatie voor oudere elektronische apparatuur. In de omschrijving op de festivalsite zien we dat ze onder andere beïnvloed heten te zijn door ambient, maar hoewel er hier en daar wel een kort bedachtzaam intermezzo te beluisteren valt, willen deze jongens duidelijk vooral knallen. De drummer legt daarbij met een bij vlagen behoorlijk op drum-'n-bass en andere 'off-beat' genres geënte stijl een prima basis voor de spacey toetsen en vreemde elektronische geluiden van zijn bandmakkers.
Zoals we bij de hieropvolgende undergroundact uit de Poolse stad met deels Duitse wortels ook mogen constateren, is humor een belangrijk ingrediënt in deze muzikale soep; zo worden we richting het einde van de set vergast op een soort hondengeblaf dat de zichtbaar vergenoegde knoppendraaier uit zijn oude doosjes weet te peuren. Het spelplezier spat er bij deze ludiek ingestelde kereltjes sowieso vanaf, wat het enthousiasme van de langzaam bij kennis komende zaal ook aanwakkert. Geinig. [MdW/WdW]
ZDRÓJ
Door naar de landgenoten van Zdrój in de sfeervolle kelder annex expositieruimte van BSO Monopole. Ook hier eist de drummer een hoofdrol op, deze keer met meer repetitieve en dansbare ritmes van krautrockachtige allure. De gitarist weet daarover de meest vreemde geluiden uit zijn instrument te toveren, die soms zelfs wel wat weg hebben van het menselijk stemgeluid, wat een onmiskenbaar komisch effect geeft. Met de bedwelmende, stuwende ritmes weet de zo te horen oorspronkelijk uit Nederland afkomstige slagwerker (hij spreekt accentloos Nederlands) de danslustigen onder de toehoorders al snel tot enthousiaste lichaamsactiviteit aan te zetten.
Ook voor de minder tot beweging geneigden valt er echter genoeg te beleven in de subtiel verschuivende grooves en het eigenzinnige gitaarwerk. Had men wat meer geluidsdragers in een geliefd format meegenomen, dan hadden deze waarschijnlijk gretig aftrek gevonden. Een buitengewoon onderhoudend duo. [MdW/WdW]
DUOT & ANDY MOOR
Geen undergroundfeestje is compleet zonder een bandlid van The Ex. Deze keer zijn er maar liefst twee van de partij: Zondag treedt Arnold de Boer op met Zea, maar voor vandaag is het Andy Moor die de honneurs waarneemt, waarbij hij de muzikale confrontatie aangaat met het Catalaanse duo Duot, bestaande uit saxofonist Albert Cirera en drummer Ramon Prats. Over het psychologisch profiel van deze Nederengelse muziekveteraan laten we ons niet uit, maar zeker is wel, dat zijn muzikale karakter hoekig en weerbarstig is; een recept voor schurende, soms ongemakkelijke passages, die zowel oorverdovend luid als muisstil kunnen uitvallen, wat goed aansluit bij zijn muzikale wapenbroeders, die ook het hele dynamische geluidsspectrum beheersen.
Niet alle toehoorders zijn in staat of bereid de vrij geïmproviseerde muzikale reis van deze mannen met al haar zijpaden en kronkelwegen tot het einde toe te volgen, maar de overgeblevenen trakteren de mannen aan het eind van de set op één van de meest enthousiaste applausmomenten van dit festival. Met recht een 'feast for the specific' dus. [MdW/WdW]
KASZEL
De Devil is zo goed als leeg wanneer Kaszel begint aan hun sonische reis vol duistere vervormde geluiden van gitaren en YouTube-videos met geluiden uit de natuur, vogels en kuchende mensen, aangevuld met zachte hypnotiserende drums. Kaszel, wat 'hoest' betekent in het Pools, is een trio dat de grenzen van muzikaliteit opzoekt en verkent, en maakt deel uit van de Poolse Invasie uit Wroclaw. Vanavond nemen ze ons, in het vrijwel verlaten zaaltje, mee op een LSD trip met psychedelische soundscapes die worden opgebouwd tot een euforische, soms bijna noiseachtige, geluidsmuur. Het is als zweven door een droom waar de grens tussen realiteit en waanzin vervaagt. Kaszel heeft een ongebruikelijke bron van geluid gevonden in mobiele telefoonopnames en effecten, en ze laten ons zien dat er muziek te halen valt uit de meest onverwachte bronnen. Het geluid begint langzaam te muteren, als een bijna satanistisch kuchend ritueel. Het is een opbouw naar een climax die je kippenvel bezorgt, een sonische storm die je wakker schudt uit je muzikale trance. Kaszel is geen doorsnee band en de structuur in de set is ver te vinden, maar de band staat garant voor waar Murf/Murw voor bedoeld is: ze dagen de luisteraar uit om buiten de gebaande paden van de muziek te denken. [RZ]
COWBOY BUILDER
In de Rode Salon treffen we in de vroege avond het kwartet Cowboy Builder, dat twee volledig met gevonden materiaal in elkaar gedraaide percussie-instrumenten heet te tellen. Wie nu verwacht een soort kleurrijk ensemble van vuilstortobjecten aan te treffen, komt enigszins bedrogen uit; blijkbaar heeft men ook gewoon trommels en bekkens weten op te scharrelen, aangevuld met wat spreekwoordelijke potten en pannen.
De muziek die dit gezelschap maakt is er echter niet minder buitenissig om. Op een basis van ingenieus in elkaar geweven drumpatronen toveren de gitarist/frontman en bescheiden in een hoekje weggedoken toetsenist/effectenman de meest obscure klankwerelden tevoorschijn, die soms associaties oproepen met hallucinante woestijnlandschappen, om dan weer een inkijkje te geven in de muzikale gedachtewereld der buitenaardsen. De vocale uitingen van de eerdergenoemde frontman blinken niet altijd uit in toonvastheid, maar passen wel altijd in het geheel. Gaaf optreden. [MdW/WdW]
UBU IMPERATOR
Hoe goed je alles ook voorbereid denkt te hebben, op een festival gaat helaas vrijwel altijd een keer wat mis. Zo kun je als Zuid-Duits trio bijvoorbeeld net begonnen zijn aan een door mooie zelfgemaakte animaties opgesierde set van opzwepende nummers vol catchy synth- en gitaarhooks, wanneer de techniek je opeens in de steek laat. Na een behoorlijke poos wachten kun je dan nog snel ongeveer anderhalf nummer afraffelen, maar hoe het afloopt met die 'amour fou' voor een prachtige zwarte uil (deze verhaallijn menen we althans uit de projecties te mogen destilleren) zal wel voor altijd in nevelen gehuld blijven.
Hoewel, voor altijd? Gelukkig niet! Het toeval schiet ons te hulp, want Ubu Imperator blijkt ook de verrassingsact van zondagavond in Hall of Fame. Liefhebbers van deze markante kruising van Jarry en puntige rock krijgen dus een herkansing. [MdW/WdW]
ATOL ATOL ATOL
De foyer van de Hall of Fame loopt rond 23.00 uur langzaam vol voor één van de bands die onderdeel is van de Poolse invasie op Murf/Murw dit jaar: Atol Atol Atol. De band bouwt de spanning langzaam op voordat het onverwachts openbreekt in een dansbare track met hoekige synthgeluiden en groovy bass. Maar schijn bedriegt. Aanstekelijke melodieën maken soms ook plaats voor een wat donkerder en licht agressief postpunk geluid. De zangeres, die met haar Poolse teksten een welkome afwisseling is in een genre dat vaak gedomineerd wordt door mannen, wordt perfect aangevuld door de bassist, die ook de toetsenistenrol op zich neemt. Overgangen tussen nummers zijn vloeiend en creatief, en wanneer je denkt dat je het trucje van Atol Atol Atol wel gezien hebt is daar een verrassende tempowisseling en horen we duidelijke jazzhints. De band mixt stijlen als (post)punk, avant-garde en no-wave moeiteloos tot een explosief geheel. De liedjes zijn kort en krachtig, en zorgen ervoor dat je steeds weer benieuwd bent naar welke kant het volgende nummer opspringt. Zelfs als je de Poolse teksten niet begrijpt, lukt het Atol Atol Atol om je mee te slepen in hun aanstekelijke melodieën en indringende vocalen. [RZ]