Vier jaar geleden brachten ze hun debuut-ep ‘This Was My Worst Decision’ uit, twee jaar later tourde ze door het land met de Popronde en nu weer twee jaar later komt Andy & the Antichrist eindelijk met een volwaardig debuutalbum: ‘Awful/Awesome’. Muzikaal gezien zweeft het viertal tussen harde garagerock en dansbare poppunk, met snerpende gitaren en rauwe vocalen. Geen snoeiharde hardcorepunkers dus, maar gewoon een stelletje good guys die houden van rammelende muziek. Wij gingen bij de heren op bezoek en spraken met ze over het ontstaan van de band en natuurlijk hun debuutalbum.

Om terug te gaan naar de oorsprong van Andy & the Antichrist moeten we naar Limburg: Horst aan de Maas om precies te zijn. Zowel gitarist en vocalist Sjoerd Cox als drummer Stef Cleuren waren actief als vrijwilliger bij jongerencentrum OJC Niks, tevens jarenlang de vaste repetitieplek van de band en de plek waar over twee weken hun officiële releaseparty plaats vindt. Stef ontmoet op de skatebaan vervolgens bassist Mart van de Logt en hij ontmoet op zijn beurt gitarist en frontman Andy Greenwood. Over de ontmoeting van die twee laatstgenoemden wordt er wat gegeniffeld, Mart vertelt: “Ik kwam Andy tegen op een familiebarbecue, want hij was destijds aan het daten met mijn zus. Ik wist dat hij een beetje bezig was met gitaar spelen en vroeg hem of hij zin had om een keer mee te komen.” Andy reageerde niet meteen enthousiast: “Maar toen hij mij eenmaal overgehaald had, kon ik uiteindelijk ook niet meer zonder ze.” 

De roots van de band liggen dus in Limburg, maar inmiddels wonen alle bandleden in Tilburg. Tijdens de corona-pandemie konden ze niet meer repeteren bij OJC Niks en zo kwamen ze terecht bij Club Smederij, wat tot op de dag van vandaag nog altijd hun vaste repetitieplek is. “Dat was uiteindelijk ook veel makkelijker dan elke zondag met zijn allen afreizen richting Horst. We maakten er ook altijd een sport van om repetities zo lang mogelijk te rekken. Dan hadden we biertjes gedronken zaterdagavond en hadden we op zondag om 14.00 uur afgesproken. Dan kwam Andy altijd pas rond 15.00 uur aan, en dan gingen we eerst een uur lang chillen, tussen het repeteren door nog even te eten. Het waren altijd hele inefficiënte repetities, maar wel hele leuke tijden.”

De stap van Limburg naar Tilburg lijkt nu zijn vruchten af te werpen, want afgelopen donderdag verscheen het debuutalbum Awful/Awesome. Het is geen album wat even snel uit de grond gestampt is, maar er is ook geen duidelijk begin of eindpunt. Zo stamt één van de hardere tracks van het album, ‘Dreadful Morning’, al uit 2018: “Dat nummer speelden we al voordat onze vorige EP uitkwam en dat nummer heeft ook echt iets van zes verschillende versies gehad. Er waren ook mensen die het nummer geen volwaardig liedje vonden en het werd ons toen ook afgeraden om het op de EP te zetten. Soms heb je gewoon nog wat oude nummers liggen die goed bij een album passen en daarom hebben we deze toch op de plaat gezet.” Het album begon pas echt vorm te krijgen toen de heren bezig waren met het schrijven van ‘Living Vine’ en ‘Crawl Back’, twee singles die we al konden beluisteren in aanloop naar het album toe. “Toen we met die tracks bezig waren, kregen we echt een lekker tempo te pakken en daarmee de gedachte dat we hier echt een goed album mee kunnen neerzetten.”

Het opnemen van het album duurde een stuk langer dan de band had voorzien. De plaat zou eigenlijk vorig jaar al uitkomen, maar omdat Stef tijdens de opnameweek corona opliep, moesten de opnamen worden uitgesteld. En ja, dan moet je ook nog de mixing en mastering doen, het album artwork bedenken en maken, voordat je het weet ben je bijna een jaar verder. De mastering van het album werd trouwens gedaan door een niet geheel onbekende: Jasper Boogaard, de frontman van Nagasaki Swim. Hij deed al eerder de mastering voor bands als Tramhaus en The Super Soakers, en ook de producer Thijn Moons is geen onbekende, je kunt hem wellicht kennen als gitarist bij The Super Soakers en Bumble B. Boy.

Vooral het nummer ‘Crawl Back’ is de grote favoriet van de band zelf, op het nummer horen we een koor van vrienden terug: “Ik kijk met heel plezier naar de dag dat we dat nummer hebben opgenomen, toen hebben we al onze vrienden uitgenodigd om mee te komen naar Studio Het Lab in Arnhem, dat helaas niet meer bestaat. Dat was echt een geweldige dag, om dat zo met je vrienden te kunnen delen. We vinden het gewoon altijd super leuk om onze vrienden bij dingen te betrekken. Dan staan er rond de 20 vrienden te zingen en elke keer als ik nu naar dat nummer luister denk ik alleen maar, yes wat vet!.”

Tijdens liveshows in de buurt van Tilburg en Horst zijn hun vrienden vaak in grote getale aanwezig. Hun vrienden zijn, naar eigen zeggen, de rode draad in hun carrière: “Onze shirts zijn door een vriend ontworpen, alle artwork wordt door vrienden gedaan, foto's worden door vrienden gemaakt. Onze eerste videoclip die we hebben opgenomen, die van ‘Crownmountain Man’, was ook eigenlijk een soort introductievideo van onze vrienden. We zijn altijd bezig geweest met het betrekken van onze vrienden bij de band, ook omdat we gewoon heel veel aan hen te danken hebben.”

Het artwork van dit album is dan ook wederom gemaakt door een vriendin van de band, Luna Ouweneel. We zien op de albumcover een foto van een skelet en een hond, die symbool staan voor de albumtitel en de overkoepelende thematiek van het album. Het skelet beeldt Awful uit, terwijl de hond de belichaming van Awesome moet voorstellen. Het album draait dus om tegenstellingen aldus frontman Andy: “Bijvoorbeeld ‘Cold Diners’, die gaat eigenlijk over de verschillende manieren van mensen om naar een situatie te kijken. Of juist binnen jezelf, dat je op twee manieren naar een situatie kan kijken en dat het soms moeilijk is om die twee visies te rijmen. Dat je denkt te weten hoe je ergens in staat, maar toch eigenlijk ook weer niet. Maar ook online is het heel vaak het één óf het ander en is middengrond vaak moeilijk te vinden.”

Het siert de jongens, hoe ze hun vrienden aanprijzen en hen zo dankbaar zijn, hoe ze serieuze onderwerpen aansnijden in hun nummers, maar ook hoe bescheiden ze zijn wanneer Mart zegt dat hij zich afvraagt hoe uniek ze zijn in wat ze maken. Stef stemt in, maar voegt toe: “Hetgeen wat ons uniek maakt is denk ik toch dat wij onszelf niet super serieus nemen. En dat is bij onze shows ook wel te merken, wij zijn ook maar gewoon een stel vrienden die het publiek met stomme grapjes probeert te entertainen. Maar muzikaal heb ik niet het idee dat we inderdaad echt heel uniek zijn. We vinden het allemaal gewoon heel leuk om dit te doen en we hopen ook dat we dat een beetje overbrengen.” Ondanks dat de heren zichzelf misschien niet al te serieus nemen zijn er wel duidelijke dromen, zo vertelt Andy: “Ik heb nog altijd wel een droom om een verre Oost-Europa tour te doen. En het festival Jera on Air is misschien wel echt de grootste droom voor ons als band. We zijn daar misschien wel één van de ‘softere’ bands, maar soms is dat juist wel een lekkere verademing.”

Wanneer we ze vragen naar de gekste ervaring die de band heeft meegemaakt vertellen ze over die keer dat een man van 50 een eigen t-shirt had laten drukken voor een show: “Hij had dus een shirt met een felle oranje opdruk waarop te lezen was: 'Andy & the Antichrist @ Cafe de Dwaas' Hij had gewoon een eigen shirt gedrukt en de cafébaas vertelde ons later nog dat hij al een week lang met dat shirt rondliep om reclame te maken voor onze show. We kenden hem helemaal niet, dat was wel echt bijzonder en heel grappig. Dat moedigen we trouwens echt aan, maak alsjeblieft bootleg shirts, haha.”

29 april viert Andy & the Antichrist hun albumrelease bij OJC Niks in Horst, op 2 juni zijn ze te bewonderen in de Little Devil en in het najaar nog eens in de Hall of Fame.