De gitaarsolo’s vormen een gegrond hoogtepunt in het harde spektakel dat Death Alley heet, zeker wanneer ‘friends’ Jevin de Groot en Ron van Herpen (onder de Roadburner bekend van The Devil’s Blood) – aangekondigd in een roze-paarse gloed en onder akoestische begeleiding - de sound komen versterken. De begeleiding van deze gastmuzikanten voegt net dat extra beetje pit en een theatrale diepgang toe die nog lang nadat de set is geëindigd blijft nagalmen.
Roadburn 2016: Death Alley bruist van denderende hardrock en sex-appeal
Ontkomen is onmogelijk
“We’re Death Alley and these are our friends”, frontman Douwe sluit de set af met de simpele woorden om daarna nog één keer de Green Room ondersteboven te keren. Het is duidelijk: De iconische act heeft een stevig plekje veroverd in de huidige smerige hardrock scene.
HET CONCERT
DE ACT
Aan de uitbundigheid van frontman Douwe is moeilijk te tippen: met sensuele heupbewegingen berijdt hij zijn microfoonstandaard en bedrijft gelijktijdig de muzikale liefde met zichzelf. Hij heeft dan ook het stamina van een jonge puppy en het charisma om een heel publiek te enthousiasmeren. Death Alley is muzikaal te complex om een punkbandje te zijn, al valt dat aan de uitstraling niet af te lezen. De zelfverzekerdheid waarmee de rockers op het podium staan grenst met tijden aan arrogantie, maar dat maakt niet uit: dit is Death Alley. Dit is seks, kontzweet en brutale hardrock.
HET NUMMER
Hawkwind cover Motorhead is het eerste nummer en schudt direct een wakkere rock het publiek in. De rauwe vocalen zetten een vragende toon: bloed? Zweet? Sexy, onverholen protometal c.q. kunstelige rock? Het antwoord is een volmondig ja.
HET MOMENT
Duivels op een aandoenlijke manier: de chemie knettert door de Green Room in een geplande overdosis aan sex-appeal. Daar is geen speciaal moment voor nodig, deze band uit zich in een aaneenschakeling van trillende rock en scheurt prettig tintelend langs de huid van de gemiddelde hardrockfan.
HET PUBLIEK
Death Alley is in essentie eigenlijk niets meer dan een vrij doorgrondelijk hardrockbandje, maar trekt publiek aan van gedateerde punkliefhebbers tot serieus kijkende relrockers – een indrukwekkende prestatie voor een band die wél een heel eigen image hanteert. De Green Room is dan ook krap gevuld met stinkende leren jasjes en ontplofte kapsels. Er zijn ook veel die-hard Death Alley fans aanwezig, maar echt los gaan ze niet.
HET OORDEEL
Waar de achtergrondzang soms te wensen overlaat – de microfoon van de gitarist staat te hard – sjeest de zanger zich vol zelfvertrouwen door een welbewogen set. En dat is precies wat Death Alley tot een eigenwijze live-band maakt die performance als haar ultieme handelsmerk gebruikt. Na een uptempo begin zijn er net iets teveel langzame instrumentale solostukken, waardoor veel mensen de zaal lijken te verlaten. En toch: de excentrieke band blijft besmetten met een virus wat je al vinger likkend en snakkend naar meer achter laat. Death Alley is namelijk vooral een loeigoede live-band en dat weten ze zelf ook wel.