Incubate mei 2016: de zaterdag-blog

Dwarsdoorsnede van eerste officiële dag nieuwe stijl

Redactie 3voor12/Tilburg ,

Incubate in een nieuw jasje: het is even wennen of ie past, maar als het goed zit, dan zit het goed. Ook voor 3voor12/Tilburg is het verfrissend, want weg is het live-verslag dat wij normaliter in september doen, hallo semi-liveverslag waarbij wij alles een dag later plaatsen. En mogen wij al voorzichtig concluderen dat het niveau van de bands ook in de nieuwe stijl van Incubate nog even hoog is als voorheen? Jazeker.

Bonne Aparte organiseert reünie in stadskelder

Neem vijf behaarde mannen met schaars schoeisel en een hele hoop verdwaalde vaders in een stadskelder: dan heb je Bonne Aparte. Met een combinatie van toetsen, heel veel gitaarwerk en een hoop gezwaai met hun lange lokken, headbangt het publiek de pakjes shag uit hun borstzak. Terwijl de zweetvlekken in hun 90’s spijkerblouse zich uitbreiden, lijkt de band zelf voornamelijk in hun eigen bubbel te zitten. Hun ragbubbel, wel te verstaan. De mannen passen namelijk zoveel gitaargeweld toe, dat er herhaaldelijk uit het publiek klinkt hoe er een snaar is gesprongen. Onvervalste hardrock van een band, herrezen uit de dood.

Herrezen uit de dood? Quoi? Pasen is toch al geweest?
Al doet hun kapsel wel nogal denken aan de jongeman uit een kribbe, voor Bonne Aparte betreft het simpelweg hun lange afwezigheid. Na één jaar aan activiteit, zijn de mannen na hun absentie voor een reünie gegaan.

En de stadskelder, goeie plek om je wederopstand te vieren?
Ideaal. De sfeer is er lekker en de duisternis maakt niks uit: de mannen zagen toch al vrij weinig met dat haar voor hun ogen.

Moet dat nou allemaal weer zo stereotype?
Nee, want voor de detailliefhebbers onder ons, staat er in de hoek een knul op de bas. Gewoon met een fris koppie en motoriek waarmee hij zich nog niet zoveel raad weet. (CK)

Cul op charme-tour met Olivier Heim

De late avond begint in de Cul met een wild gecoupte jongen in een vosjesblouse. Samen met zijn gitaar vult hij de klanken aan die hij via zijn drumpad tot stand brengt. Een eenmansband dus, gevormd door een jongeman met dromerige teksten en een hoop gebruik van zijn tremolo arm. Het zijn fijne indieklanken, waarnaast Heim zich ook bewijst zonder zijn drumpad. Alles met een fijne soul erin, denkend aan de 70’s. Een aandoenlijke verschijning, in combinatie met kneuterige zelfspot en een hoop sympathie.

Maar wacht, waar komt hij nou vandaan?
Goed. De beste knaap is Nederlands, geboren in de VS, opgegroeid in Luxemburg en inmiddels woonachtig in Warschau. Waar we overigens allemaal welkom zijn, vertelde Heim.

En alles in je eentje doen op het podium, werkt dat wel?
Het ziet er enigszins imponerend uit, maar Heim bewijst zichzelf als koning van het multitasken. Misschien dat daarom de cul vol staat met dromende dames.

Volgende keer weer Cul?
Ondanks dat de zaal niet overladen stond met volk, lijkt meneer Heim de ideale artiest voor intieme clubshows. Door zelfs de Cul in te pakken met een persoonlijk sfeertje, bewijst hij zichzelf als charmante alleskunner, die dus ook best een trapje hoger mag dan het Cul-podium. (CK)

The Drowning keert metalgenres ondersteboven

Uit de donkere krochten van Wales komt het buitengewone The Drowning, dat zich met melodische ondertonen en droge doom gigantisch populair weet te maken bij een welwillend Incubate publiek. Little Devil is al flink gevuld op de vroege zaterdagavond, en blijft dat ook de gehele set.

“The weather is shittier, the women are uglier. Apart from that it’s all the same.” Zo vergelijkt frontman James Moore Wales met Tilburg. Hij zal het wel weten, want het is niet de eerste keer dat de duistere metalband zich waagt aan het knusse zaaltje van de Devil. The Drowning stort zich fanatiek op een set vol onvoorspelbare bridges en omslagen. Denk je eindelijk gewend te zijn aan de kunstelige doom, vervormt de muziek zich tot een vlakke tentoonstelling van atmosferische death metal met belegen blackinvloeden. Een knappe prestatie die ook nog eens retestrak klinkt. De sterke performance van de Britten kenmerkt zich door serieuze blikken, een gloomy uitstraling en gevoel voor ritme. De opbouw van de gevarieerde nummers is gigantisch, onheilspellend en The Drowning speelt dan ook kundig met het brede metalscala dat ze op zich nemen.

Wacht even, hoor ik daar nou Ierse folkinvloeden?
Ja. Lichtjes, en op de achtergrond, voegt de band net wat meer diepte toe aan de muziek door onvoorspelbare sfeergeluiden te verwikkelen met een gevarieerde metalset.

Een goede combi met doom?
Onverwachts, maar absoluut.

Valt daar dan wel op te headbangen?
“Feel free to bang your heads. Or not, it’s a free country”, aldus James. (EvdV)

The Tubs als country talent tussen de glitterslingers

Concertavond Nightbirds zet zich voort in Extase, terwijl het publiek nog aan het natrillen is van het feestje van Tacocat. De dames (en heer!) hebben het publiek heerlijk klaargestoomd voor een verdere nacht aan bandjes, met The Tubs als volgende. Een viermans countryband, waarvan de eerste aanblik wordt gevormd door een steel guitar, waarachter een man zit wiens haar nog strakker zit dan zijn snaarwerk. Samen produceert het viertal onvervalste country, dat per nummer afwisselt met wat rock. Met de kenmerkende ritmes en de schrijnende klanken van de steel guitar, wordt het publiek even ontnomen van de sferen van Tacocat’s menstruatienummers en gaat de zaal mee in de klanken die achter de zanger zijn snor vandaan komt.

Mumford and Sons, anyone?
De zanger heeft er zeker wel wat weg van, met die knusse rups op zijn bovenlip en een half ingestoken overhemd. Voor de rest, nee.

Staat dat verder niet vervelend, zo’n podium bekliederd met feminisme?
De gehele zaal ligt vol met glitterslierten en het publiek bevat meer glitterhoedjes en bierhaar dan iemand lief is, maar ach; er wordt genoten.

Dus, kan dit op een veranda in Texas?
Dat kan het zeker, maar op het podium van Extase staat het ook meer dan prima. (CK)

Tacocat: leukste palindroom van Incubate staat garant voor feest

Aan de aankleding zal het in ieder geval niet liggen. De Nightbirds-organisatie heeft de Extase voorzien vlaggetjes en glitterslingers waardoor de zaal feest ademt. En dat kunnen ze krijgen ook. Aan poppunkformatie uit Seattle, Tacocat, de taak om deze Nighbirds Incu-nacht af te trappen. 

En dat doen ze van begin af aan vol overtuiging. Hun kleurrijke repertoire bevat teksten die lijken geïnspireerd op het dagboek van een puberend tienermeisje. Liedjes over katten, menstruatie, paardenmeisjes, ze komen allemaal aan bod. Niet voor niets schreef deze band de nieuwe Powerpuff Girls themalied! Het publiek smult ervan. Er wordt flink wat afgedanst in de zaal, maar niemand die kan tippen aan de wavey dansmoves van frontvouw Emily Nokes. Als kers op de regenboogtaart worden er ook feesthoedjes uitgedeeld. Met glitters uiteraard. De show is een compleet plaatje. De uitvoering is zowel muzikaal as qua styling ontzettend on point. Van pastelgekleurde kapsels tot de psychedelische discopants van de drumster. Tacocat is ook nog eens de meest fotogenieke band van de dag.

Liedje over menstruatie? Ew…
Twee zelfs! In FDP (‘first day of period’) en Crimson Wave bezingt de band op een verassend aanstekelijke manier that time of the month. En dat zijn ook meteen dé jams van deze set. Want kom op, als je de stoerste jongens uit de zaal aan het crowdsurfen krijgt tijdens een nummer dat over ongesteld zijn gaat, dan ben je gewoon de bom. 

The Powerpuff Girls, bestaan die nog dan?
De animatieserie maakt een comeback (tot grote vreugde van uw recensent van dienst)! En wie kan je het beste een themesong laten schrijven over deze drie superstoere bubblegumsuperheldinnen? De bubblegumsuperheldinnen van Tacocat zelf uiteraard.

Incubate is fan?
En of. Dat blijkt ook uit de hoeveelheid merch die de band na de show verkoopt. Extase kleurt gaandeweg de nacht langzaam roze door alle fans die zich hullen in Tacocat-shirts. (JJ)

Natte dromen met The Super Soakers

‘’Het is allang bedtijd geweest, zowel voor jullie als voor deze mannen’’, klinkt als aankondiging voor de afsluitende band van het nightbirdfestival. Geen woord van gelogen, blijkt wanneer de jongemannen het podium van Extase beklimmen. Bijna aandoenlijk, wanneer de heren hun biertje erbij pakken en er massale verbazing heerst. Maar daar wordt het publiek al vlug op gecorrigeerd. De heren uit Boxmeer starten een vlekkenloze set, waarin ze –met wat kekke anekdotes tussendoor- netjes laten zien wat ze in hun korte bestaan al aan muzikale kennis hebben opgedaan. Ondanks dat hun adamsappels met vlagen nog niet compleet volgroeid lijkt te zijn, is de zaal er compleet dol op en genieten de mannen net zo hard mee. ‘’Hartstikke leuk, goed geoefend in de garage’’, volgt dan meestal als conclusie, maar ook hier gaan de heren fel op in. Het plafond wordt betreden, de zaal wordt ingerend en een saxofoonsolo volgt als climax. De mannen pakken Extase compleet in en spelen de hormonen uit hun lijf.

En na die saxofoonsolo, was het toen dan wel bedtijd?
Nee jongens, zelfs toen niet. Om er nóg een schepje bovenop te doen, sloten de heren af met een cover van Meatbodies. Tijd van hun leven. Iedereen.

Zullen ze hierna ooit nog kunnen slapen dan?
Laten we het erop houden dat optredens zoals deze hoogstwaarschijnlijk een paar natte dromen op zal leveren voor de tieners. Maar he, geef ze eens ongelijk.

Kan mijn oude kop zoiets wel nog een keer handelen?
Als je oude kop een beetje gevoel heeft voor een feestje, dan wel ja. De potentie druipt met het puberzweet van het podium af. (CK)