Incubate 2015: Het iets minder grote donderdag-blog

Met recensies van onder andere YAK, Shining en Dead Neanderthals

Mabel Zwaan, Wouter de Waal en Freek Verhulst ,

De ware Incubater weet wat de donderdag betekent: lekker heavy metal bowlen. Omdat de redactie van 3voor12/Tilburg traditiegetrouw met een afvaardiging aanwezig is, moeten we het op de donderdag stellen met iets minder woorden, maar met meer foto's van de donderdag.

Eegah cockrockt als "fucking Bon Jovi"

Ze staan niet in het programmaboekje, maar Joep Schmitz en William van der Voort, samen Eegah, kunnen duidelijk prima hun eigen PR verzorgen. Het BKKC staat namelijk aardig vol voor de tweede show ooit van Tilburgs eigen stone-age-themed cockrockband. Vijf 'hits' schreven de mannen in een week tijd, en vanavond komen ze allemaal voorbij.

We horen rechttoe-rechtaan cockrock, à la Eagles Of Death Metal, met de attitude van Royal Blood en de primitieve botheid van een stel holbewoners. Dat laatste is ook niet verwonderlijk, want alle teksten gaan over leven in het stenen tijdperk. Een - misschien wel onbewuste - slimme keuze, want de verheerlijking van de agressief dominante mannelijke seksualiteit die cockrock in essentie is, past niet meer in een tijd waarin elke suggestie van het voorstaan van het in stand houden van het patriarchaat je een orkaan aan boze reacties van feministische tumblr-bloggers oplevert. Cockrock is zodoende al een tijdje overgeleverd aan een hele vette, ironische knipoog, want inderdaad: die thematiek hoort in het stenen tijdperk thuis, toen volgens Eegah er alleen nog seks en geen liefde was.

Met Schmitz op drums, Van der Voort op gitaar en beiden op vocals, spat het plezier van de net twintig minuten durende set af. Eegah beschikt in ieder geval over de juiste dosis humor om muziek als deze leuk te houden. De heren hebben het structureel over hun 'hits', die rocken als 'fucking Bon Jovi'. Dit is simpel, maar goed uitgevoerd vermaak voor zowel publiek als band. Applaus voor deze 'alpha males'. (FV)

YAK creëert een onsamenhangend zooitje in de Cul

Het gruizige podium van de Cul staat tijdens Incubate vol met al evenzo gruizige bandjes. Zo ook de Londense band YAK, die eerder dit jaar nog in de buurt op Best Kept Secret te vinden was. De band valt onder de leiding van Oliver Burslem, die met gemak het jongere broertje van Mick Jagger zou kunnen zijn. Zijn vette lokken, gouden ketting en haaiengrijns glimmen in het gele licht. Hij ramt demonstratief op een orgelding, aait het plafond met zijn snaren en perst de meest bizarre geluiden uit zijn strot. Hij gromt, sist, grunt, kreunt, fluistert, schreeuwt en zingt (soms). En dat dan in één nummer.

Dit maakt de show tot een onsamenhangend zooitje. Zijn band lacht en knikt, maar het is Burslem die de show steelt. Tegen het einde van de show verdwijnt hij en keert terug met zeiknat ex-vet haar. Het water stroomt over zijn geducktapete gitaar en vernachelde jas, waarna hij iets brabbelt. Iets over iets dat gratis is (wat uiteraard de aandacht van ons dutchies trekt) en iets over iets waar ze goed in zijn. Whatever. (MZ)

Jeff The Brotherhood brengt rock ’n roll naar de 'kerk'

“Let’s bring some rock ’n roll into this church!” aldus Jeff The Brotherhood. Dat hadden de Amerikaanse bandleden al verzorgd voordat zij überhaupt de wannabe-kerk met apres ski dak betraden toen ze - lekker rock ’n roll - vier minuten te laat kwamen. Dit geldt ook voor een groot deel van het publiek, de zaal staat bij de eerste tracks namelijk nog praktisch leeg. Hier trekken de hippe, geforceerd slordige gasten met lange haren en snorren zich bijzonder weinig van aan. Ook het begrip ‘hele broek’ is de complete band onbekend.
 
De muziek die zij vervolgens ter gehoren brengen hikt tegen psychedelisch aan, is vooral instrumentaal maar bovenal 13-in-een-dozijnrock. De band doet niks vernieuwends maar weet toch de hartjes van het publiek te stelen met de oldskool sound. Ondanks dat de tracks de kleding om je ledematen laten vibreren, geeft Jeff The Brotherhood toch een bijzonder aandoenlijke performance waar glimlachjes tussen de bandleden hun ware aard verraden. Maar laten we de rock-’n-rollbelofte niet vergeten. Frontman Jake Orrall drijft de spot met synths terwijl hij zijn gitaar stemt, waarna een fles wodka alle handen van de bandleden ontmoet. Rock ’n roll in een kerk it is. (MZ)

Grindjazz Dead Neanderthals onverminderd verpletterend

Als er één band in de loop der jaren vergroeid is geraakt met Incubate, dan is het het Nijmeegse blaas- en ramduo Dead Neanderthals wel. Sinds Otto Kokke en René Aquarius in 2011 een overvol Buitenbeentje in een kwartier afbraken om vervolgens hun 'We Are Dead Neanderthals' minischijfje vrijelijk uit te delen, zijn deze gasten ieder jaar wel in de één of andere hoedanigheid op het festival en/of tijdens Incubated-bijeenkomsten te zien geweest.

Geen wonder dat men ditmaal gevraagd is om onder de noemer 'Dead Neanderthals Invites' een eigen avondprogramma in Midi samen te stellen, waarbij men overigens niet alleen twee andere bands (Three Trapped Tigers en Shining), maar ook Noorse herriemaker en mede-Incubateveteraan Sten Ove Toft uitgenodigd heeft. Derhalve verschijnt Dead Neanderthals vandaag niet als tweetal, maar als trio op het podium, in een set die volmaakt contrasteert met de eerdergenoemde Buitenbeentje-performance: in plaats van een lading compacte brisantbommen krijgt het publiek nu één langgerekte oerkreet voor de kiezen.

Toft bijt het spits af met een hoop woeste elektronische ruis, welke gaandeweg gezelschap krijgt van hypnotisch repetitief drumwerk en eindeloos loeiende diepe saxofoonklanken. Zo ontstaat laag voor laag een ondoordringbare geluidsmuur, die weliswaar een heel andere textuur heeft dan de oude vertrouwde grindjazz, maar waarvan het effect niet minder verpletterend is. Prima gedaan. (WdW)

Noorse Shining vaart nieuwe koers

Het Noorse Shining is net zomin als Dead Neanderthals een onbekend fenomeen op dit festival: in 2008 speelde de groep reeds op het toenmalige ZXZW. Dat is overigens niet de enige overeenkomst tussen deze twee blazende acts – stilzitten lijkt aan hen beiden niet besteed, waardoor ze iedere keer weer met een ander geluid op de proppen komen.

Toch is onze verbazing aanzienlijk wanneer we bij binnenkomst in Midi constateren dat de progressieve Noren tegenwoordig zijn overgegaan op het schrijven van ronduit pakkende composities in een enigszins aan Rob Zombie herinnerende beukstijl. Wat men er verder ook van moge vinden, ritmisch meebewegen wordt zo wel een heel stuk makkelijker, en een groot aantal bezoekers maakt daar dan ook grif gebruik van. Onveranderd is overigens de technische precisie waarmee de nummers op de zaal worden afgevuurd, een ferme strakheid die nog altijd weerspiegeld wordt in de coiffure en kledij van de bandleden.

Shining zou Shining ook niet zijn als men niet die prachtig gedeformeerde cover van King Crimsons klassieker '21st Century Schizoid Man' zou spelen, hoewel men het vanavond niet kan laten er nog een nieuw raggend stuk achteraan te gooien. Een ietwat onverwacht, maar zonder meer ook knallend einde van deze door Dead Neanderthals gecureerde donderdagavond in Midi. (WdW)