In het voorprogramma een bandje dat, anders dan de naam doet vermoeden, bij lange na niet zo ruig en ongeregeld is als de hoofdact. Het Wild is meer een jaren 50 swing versie van Doe Maar. Zoiets. Een licht psychedelisch orgeltje, blues-riffjes en een trombonist. Hier overheen worden, met cynische ondertoon, scherpe teksten gesproken. Zang is het niet echt, rap ook niet. Hoe dan ook, met de genreoverschrijdende mix van hiphop, blues, rock n’roll, swing en Nederlandstalig lijkt een plekje op Mundial in ieder geval niet heel ver weg. Helaas pasten ze deze avond net niet helemaal bij de rest van het programma. Maar met een ander publiek, misschien iets meer drank (het was nog vroeg) en een andere locatie zou Het Wild best goed werken als feestband.
Tio Gringo: van trailerpark naar Hall of Fame
Country was nog nooit zo vermakelijk
Per persoon gaan er ongeveer vier pullen bier in. De outfits bestaan onder andere uit cowboyhoeden, een shirt van John Deere (grasmaaiermerk) en een baggy tuinbroek. Ja, de leden van Tio Gringo wekken de indruk dat ze het begrip hillbilly hebben uitgevonden. Waarschijnlijk leven ze in een cabin in het bos en zijn ze vooral bezig met het stoken van drank en vermoorden van verdwaalde tieners, maar toch fijn dat ze even de tijd hebben genomen om prettig gestoorde country te spelen in de Hall of Fame.
Het Wild
Tio Gringo
Na een iets te lange soundcheck is het tijd voor Tio Gringo. Muzikaal gezien valt het zooitje op het podium in de categorie Hank Williams III en Johny Cash voordat hij Jezus ontdekte. Voeg hier wat punk en hardrock aan toe en je hebt Tio Gringo. In de States is vooral ‘modern country’ een ding de laatste jaren, maar met die overgeproduceerde, brave troep (voorbeeld) heeft dit niks te maken. Ze komen dan misschien uit Nederland, maar dit zijn onvervalste rednecks. Met als enig verschil dat ze niet allemaal familie van elkaar zijn dan…
Vuisten in de lucht en inhaken
De hele set blijft Gringo de grenzen van het genre country opzoeken en daardoor vervelen ze ook niet als live-act. Hier en daar iets meer punk, verschillende zangers, een typisch lonesome cowboy-nummertje er tussendoor. Echte diepgang hoef je niet te zoeken, maar de show die ze neerzetten blijft zeker boeien. En hoewel het er op het podium soms stevig aan toegaat, zijn er in de zaal geen moshpits te bekennen. Meer een gezellige combinatie van vuisten in de lucht en inhaken.