Wardruna creëert archaïsche sfeer met behulp van hypermoderne middelen

L.E.A.F. maakt authentieke paganfolk van internationale allure

Maarten de Waal ,

Uw verslaggever staat er versteld van, maar blijkbaar is het alweer vier jaar geleden dat Wardruna een diepe indruk achterliet in Natuurtheater Oisterwijk tijdens het Incubatefestival. De debuutplaat van het project rond Einar Kvitrafn Selvik was toen heet van de naald, maar intussen is ook het tweede deel van wat de Runaljod-trilogie moet worden - een poging elk der 24 runen van de oudere Futhark (zeg maar het oudste alfabet van de noordse volken) van een toepasselijke muzikale inkleding te voorzien – voltooid. Deze vrijdagavond moeten we het zonder de sfeer en de omgevingsgeluiden van een openluchttheater stellen, dus de grote vraag is of de Grote Zaal van 013 net zo´n geschikte plek zal bijken voor de oudtijdse klanken van Wardruna...

L.E.A.F.

Maar eerst worden we verrast door de paganfolkformatie L.E.A.F. De naam zei ons niks, de kapitalen en interpunctie waren niet onze eerste keuze geweest (op hun site vinden we dat het een afkorting is voor Lark, Elk And Fable, maar we vermoeden dat de aparte schrijfwijze ook dient om verwarring met andere bands die zichzelf naar gebladerte vernoemd hebben te voorkomen), maar verdorie, lezers & lezeresjes, het is de muziek waar het om draait, en die staat als een rijkelijk met houtsnijwerk versierd huis. Men bespeelt een keur aan traditionele instrumenten – traditioneel voor volkeren die een lange muzikale cultuur hebben, bedoelen we natuurlijk, dus treffen we onnederlandse vreemdsoortig uitziende objecten als de nyckelharpa (een Zweeds snaarinstrument), de Keltische harp, de bouzouki en zelfs een gastmuzikante met een hurdy gurdy. Dat is uiteraard leuk voor het podiumbeeld, maar het zou weinig of niets te betekenen hebben wanneer men er niet in slaagde daarmee pakkende & meeslepende muziekstukjes te maken. Laat dat nu echter net helemaal in orde zijn bij deze band. Net als de hoofdact blijkt deze formatie te zijn bijeengeraapt door slechts één muzikant, in dit geval de hoogblonde nyckelharpaspeelster Kaat Geevers, maar dat laat onverlet dat iedereen ruimschoots de gelegenheid krijgt om zijn kunsten te vertonen. Het repertoire varieert van liefdesballades (over een meisje dat aan de maan vraagt haar geliefde bij haar te brengen) tot een melige Deense ´traditional´ over de verjaging der trollen door drie dansende dieren: een bunzing, een walvis en een sprinkhaan. Reuze amusant en knap uitgevoerd – een onverwacht goed begin van de avond.

WARDRUNA

Vrijwel iedereen zal echter gekomen zijn voor Wardruna, eveneens een paganfolk-act, maar dan een die bepaald uit een duisterder vaatje tapt. De podiumaankleding is in overeenstemming daarmee kaal, en de muzikanten gaan in donkere gewaden gehuld. De instrumenten die bespeeld worden zijn deels uitermate primitief (iets hoornachtigs, waarschijnlijk van het een of andere dier betrokken, bijvoorbeeld, en iets wat er op afstand uitziet als een dunne stam die als slaginstrument gebruikt wordt), maar misschien wel het belangrijkste ´instrument´ van deze band is de oudste van alle: het menselijk stemgeluid. Dat wil echter niet zeggen dat deze runenfreaks geen gebruik maken van de zegeningen der moderne techniek: Integendeel, nog afgezien van de opgenomen natuurgeluiden die hier en daar als achtergrond dienen, vergt de zeer geslaagde samenklank van al deze elementen en het kraakheldere geluid een bijzonder bekwame geluidstechnicus. Ook de lichtshow is bijzonder uitgekiend: van stemmige dof wit licht tot loofgroen tot intense bloedrode kleuren - het is duidelijk dat hier zeer goed over is nagedacht, en dat men de mogelijkheden van een zaal als deze optimaal benut. Al deze zaken zouden echter in het niet vallen, wanneer het niet zichtbaar was dat de muzikanten niet alleen bedreven maar ook zeer gedreven zijn, overtuigd van wat men brengt. Dat Kristian Espedal aka Gaahl een der meest intense frontmannen binnen de black metal is, zal wel geen rechtgeaarde liefhebber van het genre betwisten, maar bandleider Einar Selvik en de eveneens op de voorgrond aanwezige zangeres Linda-Fay Hella doen op dit vlak niet voor hem onder, waardoor het geheel een bezwerende, rituele sfeer uitwasemt waarbinnen de afzonderlijke composities uitstekend tot hun recht komen. Simpelweg een der bijzonderste shows die dit jaar in de Grote Zaal te zien zijn geweest, van een uiterst originele en eigenzinnige act.