Negură Bunget brengt een vleugje Transsylvanië naar de Little Devil

Folk metal avond trekt een select maar fanatiek gezelschap

Maarten de Waal ,

Soms is er gewoon te veel te doen in Tilburg. Dezelfde avond dat de Roemenen van Negură Bunget ons nederige plaatsje aandoen, begint in 013 de muzikaal opgeluisterde voorverkoop van Roadburnkaarten... met als gevolg dat vrijwel de hele klantenkring van Little Devil zich in de stromende regen in een eindeloze rij ter hoogte van de Veemarktstraat bevindt. Gelukkig blijken er nog enkele echte fans van Roemeense folk metal te bestaan die te jong, te arm of te onwetend zijn om zich voor het Roadburngebeuren te interesseren, waardoor de zaal geen volledig lege aanblik geeft.

DIN BRAD
Die jongelingen zullen misschien enigszins verbaasd hebben gestaan over het voorprogramma Din Brad. Deze volksgenoten en vrienden van de hoofdact maken in het geheel geen metal, maar, zoals de Devilsite het bondig stelt, ¨Traditional Romanian Soundscape¨ (de gebrekkige beheersing der Engelse taal voegt wat ons betreft altijd veel toe aan de sfeer die bands uit meer afgelegen streken met zich mee brengen). Op basis van deze drie woorden kregen wij het akelige vermoeden waarschijnlijk met een eenzame ziel te maken te hebben, die met behulp van een modern elektronisch toetsenapparaat ´traditionele´ klanken probeert voort te brengen. Dat is ieders goed recht, maar als podiumact is zoiets niet per se geslaagd. Zoals zo vaak bleek onze inschatting echter te pessimistisch: Uiteraard is een toetsenist van de partij (geen soundscape zonder toetsen- of knoppenman), maar daarnaast vinden we een ernstig kijkende kerel die authentiek aandoende trommels en later ook een soort van cimbalom bespeelt, en last but not least een kleine, schriele vocaliste met grote ogen die men, afhankelijk van smaak en voorkeur, een diepe angst dan wel grote occulte krachten zou kunnen toeschrijven. Haar zang is niet altijd loepzuiver te noemen, maar haar uitstraling van eenzame heks uit een onherbergzaam gebied (waarbij de Roemeense taal zeer goed aansluit) maakt alles goed, en de muzikale begeleiding is uitstekend. Een sfeervolle en originele start van de avond, en het feit dat deze twee adjectieven ook op de hoofdact van toepassing zijn, bewijst dat het ook een passende keuze was.

LAYMENT
De Duitsers van Layment zorgen vervolgens voor de lichte toets van de avond. Onze oosterburen zijn, zoals genoeglijk bekend mag worden verondersteld, doorgaans behept met een conservatieve of zo u wil oerdegelijke instelling, en het mag dan ook geen verbazing wekken dat de muziek van deze donkerharige & enigszins ijdele bierdrinkers stevig in de traditionele heavy metal geworteld is. Folkinvloeden zijn aanwezig (niet in de laatste plaats in de soms wel driestemmige zang, die doet vermoeden dat men in andere tijden en streken graag deel had uitgemaakt van een mannenkoor), maar zeker niet dominant, en hoewel hun liederen goed en knap doortimmerd zijn (zoals het echte vakmannen betaamt), is dit vooral fijne muziek om het hoofd bij te schudden en een biertje te drinken. Van die gelegenheid wordt dan ook ruim gebruik gemaakt tijdens de niet te krap bemeten speelduur van deze rakkers (en dat ondanks de duidelijk zichtbare verkoudheid van de frontman, klaarblijkelijk een echte doorzetter).

NEGURĂ BUNGET
Het Turkse Moribund Oblivion heeft tot onze spijt blijkbaar verstek laten gaan, waardoor we meteen door kunnen met de hoofdschotel van deze avond, Negură Bunget. Als er een band is geweest die Roemenië als metalland op de kaart heeft gezet, dan is het wel deze blackfolkmetaloutfit afkomstig uit het tot de (metal)verbeelding sprekende Transsylvanië. Al sinds halverwege de jaren negentig zendt men vanuit deze afgelegen streek geluidsdragers de wereld in, maar het is met name het in 2006 uitgebrachte epos ´Om´ dat op uw recensent een onuitwisbare indruk heeft achtergelaten – het is een van die zeldzame platen die zo´n eigen sfeer uitwasemen dat men het gevoel kan hebben voor de gehele speelduur in een ander universum te verkeren. Sedertdien heeft men de nodige line-upperikelen achter de rug, maar de typische sound is ook in het nieuwste werk behouden. De basis van hun muziek is zeker black metal, maar de originele sfeer wordt in belangrijke mate bepaald door het gebruik van in de metal ongebruikelijke blaas- en percussieinstrumenten, waarbij de eerste variëren van een simpel soort herdersfluit tot een enorm gevaarte dat wel wat wegheeft van een alpenhoorn, maar dan zonder kromming aan het einde. Die verschillende typen toeters blijken live bespeeld te worden door een Roemeen met kroeshaar (een echte inlander, kortom), die nog heel wat moet passen en meten om zijn grote gevaarte op het drukke podium voor een microfoon te posteren. Net als de eerste band, is men volledig gehuld in folkloristische kledij, en dit geeft in combinatie met de ernstige en (in het geval van de frontman althans) ook gegroefde gelaten een fijne gedragen sfeer. Door de aderen van de aanwezigen stroomt inmiddels al de nodige alcohol, waardoor de band reeds vanaf het begin een enthousiaste respons krijgt. De speelduur is bij deze band wat ons betreft aan de korte kant en ook een toegift wordt niet gegeven, maar niettemin was het een zeer geslaagd samenzijn, dat zelfs enkele (niet-betalende) dronken blagen met een identiteitscrisis niet werkelijk wisten te verstoren (in de LD is men veel te vriendelijk, dat soort types moest men eigenlijk niet binnen laten). Hopelijk spelen onze vrienden uit het land van Dracula een eventuele volgende keer voor een iets beter gevulde zaal.