Black metal is helemaal hip de laatste jaren, en Wolves In The Throne Room is een van de vaandeldragers van de nieuwe golf van blackmetalbands. Enkele jaren geleden stonden ze nog in een niet eens zo heel volle Batcave, maar na een tussenstop op Roadburn mogen ze nu spelen in een goed gevulde Kleine Zaal. Het spits wordt afgebeten door het veel onbekendere, eveneens noord-west-Amerikaanse Wolvserpent.
WOLVSERPENT
Het voorprogramma blijkt te bestaan uit een jongen en een meisje, afkomstig uit de bosrijke omgeving van Boise, Idaho. De omgeving van de Veemarktstraat is helaas niet zo lommerrijk, maar deze lacune heeft men proberen aan te vullen door enkele doeken neer te hangen met daarop vele aansprekende bosdieren, zoals het Hert, de Uil, en natuurlijk de Wolf. De bezetting mag origineel genoemd worden: Een meisje dat viool speelt, dat zien we natuurlijk wel vaker, een drummend meisje een stuk minder, maar een meisje dat zowel viool speelt als drumt, dat is een zeldzaamheid. Dat doet ze overigens niet tegelijk - bij de eerste song begint ze een stukje viool te spelen, dat vervolgens geloopt wordt en als drone onder het drumspel doorklinkt. Meneer komt er met de gitaar overheen, en mag later ook nog wat in de microfoon brullen. Helaas gaat er aanvankelijk wat mis met de techniek, waardoor men opnieuw moet inzetten en de vibe een beetje gebroken wordt, maar een en ander kan niet verhinderen dat we de indruk krijgen hier met een goed opgebouwde compositie van doen te hebben - zware drone metal met een hint van minimal music.
Hetzelfde geldt waarschijnlijk voor het volgende nummer, maar dat begint erg rustig en barst pas na ettelijke minuten werkelijk goed los - zoveel geduld kan een deel van het publiek helaas niet opbrengen, waardoor het gebabbel de impact van de muziek voor een goed deel tenietdoet. Jammer, maar dat laat onverlet dat dit duo ons positief verrast heeft.
WOLVES IN THE THRONE ROOM
Dan is het de beurt aan misschien wel de meest gehypte black metal band van de laatste jaren. We kunnen er lang of kort over praten, maar de drie wolfjes doen precies wat men van ze mag verwachten - men speelt een lange aaneengerekte set met vrijwel geen pauzes, die goed recht doet aan de esthetiek die men de laatste jaren heeft opgebouwd. Men heeft zich laten inspireren door enkele groten van de Europese black metal, maar daar duidelijk een eigen draai aan gegeven. Wat ze gemeen hebben met hun continentale soorgenoten, is het romantische natuurgevoel en de daaruit voortvloeiende voorkeur voor heidense riten en matriarchale bedoeningen (deze bekommernis om de 'onderdrukte natuur' verklaart ook de op het eerste gezicht wat vreemde combinatie van wat men eerder wel - nogal ongelukkig - met ecofascisme heeft aangeduid en hun 'feminisme'). De gewelddadige levensstijl van veel van hun Europese vakbroeders hebben ze zich echter zeker niet eigen gemaakt. De muziek is in de grond van de zaak, wanneer men door al het metalgeraas heenprikt, zeer lieflijk - de wolven in de troonzaal zijn eigenlijk schapen in wolfskleren (of, wanneer je die kudde-associatie werkelijk te gortig vindt, vredig grazende berggeitjes).
Mag dat, een blackmetalboomknuffelaar zijn? Natuurlijk mag dat, maar de muziek wordt er naar onze smaak soms wel wat tandeloos door. Ze hebben wel wat weg van een Drudkh, maar dan zonder het overweldigende blut&boden-gevoel, of van een Burzum zonder de innerlijke gekweldheid en morele verwarring die zich in het verleden op zo'n gewelddadige wijze geuit heeft. Wel zo veilig voor het publiek, maar misschien niet zo gunstig voor de muziek. Hoe dit ook zij, gehypt en modieus of niet, ze zetten neer wat ze willen neerzetten en brengen over wat ze willen overbrengen. Drink biologische melk, en luister daar Wolves In The Throne Room bij.
Kwispelend wolvenpak dringt Kleine Zaal binnen
Wolvserpent verrast met originele dronemetal
Black metal is helemaal hip de laatste jaren, en Wolves In The Throne Room is een van de vaandeldragers van de nieuwe golf van blackmetalbands. Enkele jaren geleden stonden ze nog in een niet eens zo heel volle Batcave, maar na een tussenstop op Roadburn mogen ze nu spelen in een goed gevulde Kleine Zaal. Het spits wordt afgebeten door het veel onbekendere, eveneens noord-west-Amerikaanse Wolvserpent.