Adrian Belew illustreert eigen muzikale weg in uitverkocht Paradox

Stergitarist speelt en geeft uitleg bij geavanceerde composities

Wouter de Waal ,

Dankzij Frank Zappa kwam hij in de late jaren zeventig in de internationale schijnwerpers te staan. Daarna zorgden tours en opnamen met rockinstituten als David Bowie, Talking Heads en King Crimson voor verdere beroemdheid. Afgelopen zondag deelde gitarist extraordinaire Adrian Belew zijn expertise in woord en daad met het Paradoxpubliek.

Stergitarist speelt en geeft uitleg bij geavanceerde composities

Dankzij Frank Zappa kwam hij in de late jaren zeventig in de internationale schijnwerpers te staan. Daarna zorgden tours en opnamen met rockinstituten als David Bowie, Talking Heads en King Crimson voor verdere beroemdheid. Afgelopen zondag deelde gitarist extraordinaire Adrian Belew zijn expertise in woord en daad met het Paradoxpubliek.


Belew mag met vele groten der aarde samengespeeld hebben, hij blijft een kerel zonder kapsones. Om dat nog even extra te benadrukken start hij zijn soloset vanavond met het heerlijk eenvoudige ‘Love Me Do’ van The Beatles, de band die hem als tiener tot snarenplukken heeft aangezet. Later op de avond blijkt trouwens dat ook het feit dat hij rond die tijd de ziekte van Pfeiffer opliep een doorslaggevende rol heeft gespeeld in zijn ontwikkeling tot gitaarheld. Hij toch iets om handen moest hebben terwijl hij weken platlag en zich derhalve op het snarenspel stortte. Een toepasselijk bizar begin van een eigenaardige internationale carrière.

Hoezeer hij in de jaren daarna als muzikant geëvolueerd is, blijkt meteen uit het navolgende complexe ‘Walk Around The World’ en meer nog het grootse ‘Variations Of Wave Pressure’ (genoemd naar Einsteins omschrijving van muziek, aldus Belew). Door live loops in te spelen en die vervolgens op elkaar te stapelen creëert de gitarist een soort van eenmansorkest. Dat zijn recente samenwerking met het Metropole Orkest hem uitstekend is bevallen, valt dan ook heel goed te begrijpen en hij laat niet na dat veelvuldig op te merken.

Praten doet Belew vanavond namelijk welhaast evenveel als spelen. Niet alleen omdat hij zijn stukken uitgebreid aankondigt,  het komt ook doordat een kort interview en een vraaggesprek met het publiek zijn soloconcert doorsnijden. Daarin kan hij zijn lof voor zijn verse orkestrale avonturen en zijn hoogtechnologische lichtgewicht Parker gitaar kwijt en tevens schenkt hij het publiek wat inzicht in hoe hij muzikaal te werk gaat. Zo ontdek je bijvoorbeeld dat hij zijn instrument min of meer als een synthesizer benadert, waaruit hij allerhande klankkleuren tovert, bijvoorbeeld een sitarachtige klank voor een uitgebreide quote uit George Harrisons ‘Within You Without You’. Kenmerkender voor zijn stijl is echter misschien nog wel zijn imitatie van geluiden die hij uit zijn leefomgeving oppikt en die geen duidelijke toonhoogte hebben, maar eerder door een cluster van tonen benaderd kunnen worden (iets waar de gitaar zich beter voor leent dan de traditionele aan toetsen gebonden synthesizer).

Klinkt misschien allemaal wat technisch, te meer als je Belews voorkeur voor het combineren van aparte maatsoorten in de ingewikkelde som betrekt, een procedé dat hij vanavond onder meer aan de hand van het King Crimson nummer ‘Three Of A Perfect Pair’ demonstreert. Toch is Belew eerst en vooral een intuïtieve speler, iemand die zelf niet eens noten kan lezen en bij wie het kinderlijke plezier van lekker raar doen op de gitaar duidelijk voorop staat. Als zodanig is de vrolijk rockende toegift van de avond een prima en aanstekelijke samenvatting van zijn muzikale intenties – en bovendien een fijn einde van een geslaagde bijeenkomst.