Stukafest 2011 bewaart het best voor het laatst

Gevarieerd programma eindigt in kolkend Studio

Johan van Berkel, Nelleke Arnout en Lisa Ruskus ,

De tweede editie van Stukafest Tilburg was er een voor de muziekliefhebbers. In tegenstelling tot het jaar ervoor, was muziek dit jaar de hoofdmoot. Niet erg, gelet op de kwaliteit van de bands en afsluiter Chef' Special deed in een volle Studio een open sollicitatie voor een optreden op Lowlands.

Gevarieerd programma eindigt in kolkend Studio

De tweede editie van Stukafest Tilburg was er een voor de muziekliefhebbers. In tegenstelling tot het jaar ervoor, was muziek dit jaar de hoofdmoot. Niet erg, gelet op de kwaliteit van de bands en afsluiter Chef' Special deed in een volle Studio een open sollicitatie voor een optreden op Lowlands.

Treed binnen in het rookhol aan de Primus van Gilsstraat waar Audiofeel in een hoog tempo zijn dansbare Britpop / -rocknummers het publiek insmijt. Deze niet meer zo piepjonge band, krijgt het jonge, studentikoze publiek binnen no time aan het dansen. Deze Limburgers klinken zeer Brits met een randje eighties en fijne overstuurde, hier en daar wat hysterische zang. Audiofeel is leuk, heel leuk maar nét niet bijzonder, vernieuwend en energiek genoeg om je echt bij de kladden te pakken. Maar het publiek is niet kritisch en schreeuwt om een toegift.! (LR)

In een prachtige kamer aan de Noordhoekring bracht de Utrechtse formatie Yesterday's Men een uniek optreden. Door het gebruiken van een boel verschillende instrumenten – op een gegeven moment kwam er zelfs een emmer aan te pas –  ontstond er een bijzonder soort muziek. De muziek op zichzelf is al vrij intiem, maar door de bijzondere setting waar het optreden plaatsvond, kreeg het een extra close tintje. Er kon heerlijk weg gedroomd worden bij de prachtig verhalende muziek. Zeer overtuigd van hun eigen kunnen (wat niet onterecht was) kwamen de heren in deze studentenkamer volledig tot zijn recht. Het bandje boeide het publiek de volledige tijd en dat zorgde voor een ultiem StukaFest gevoel. (NA)

In de kamer waar de lokale helden van Daybroke spelen is het gezellig krapjes door het volledig instrumentarium wat op luttele vierkante meters gepropt staat. Zonder soundcheck zet ze haar eerste optreden van de avond op goed geluk in en dat blijkt goed gelukt: vanaf aftrap tot eind trakteert Daybroke op lekker energieke en uiterst dansbare rock, waarbij de zang live notenswaardig beter uit de verf komt dan op plaat. Ook qua presentatie is de band sterk: ondanks het weinige publiek is de band enthousiast, goedlachs en spraakzaam. Een verkeerde inval bij de cover van Garbage en wat ander technisch kleinzeer is ze dan ook op voorhand vergeven. (JvB)

Singer/Songwriter Bart van der Lee kiest voor een kwetsbaar en duister spel. Hij bouwt zijn nummers op slechts een enkel herhalend thema. De kaalte die hierdoor ontstaat verveelt niet, maar sterkt juist de droefenis van zijn stem en teksten nog nog verder aan. De kwetsbaarheid van de Utrechtenaar zit niet slechts in zijn nummers: met timide stem vertelt hij bij de meeste nummers de persoonlijke lading die het nummer voor hem draagt. De eenvoud, kwetsbaarheid en geladen stem van Bart zorgt voor een sterke spanning in de lucht en dwingt een stilte af bij zijn publiek waar alleen een vergeten kookwekker doorheen waagt te piepen. (JvB)

De bewoners van de Forelstraat hebben duidelijk werk gemaakt van de sfeer in hun studentenhuis. En dat is zeer goed gelukt, de achterkamer met kaarsjes en zachte kussens op de grond past perfect bij Peter Katz. Deze Canadese singer-songwriter mag absoluut een van de hoogtepunten van Stukafest worden genoemd. Een sympathieke kerel met een akoestische gitaar die misschien het best kan worden vergeleken met Damien Rice, maar dan met ballen. Prachtige nummers, een héle fijne stem en een vlotte babbel (zelfs een beetje in het Nederlands). Katz verovert de harten van het publiek, dat van harte met hem meezingt, en dan is het opeens jammer dat de optredens tijdens Stukafest maar een halfuur duren. (LR)

Eigenlijk lag het optreden van Tangerine & Friends in een kamer aan het Burgemeester van de Mortelplein compleet van de route en dat was zonde. De band had een klein publiek maar speelde daarom niet onder hun kunnen. Welk instrument er ook bespeeld werd, het kwam goed naar voren en zorgde voor een unieke 'Mumford & Sons meets Bob Dylan met een flinke scheut country' sound. Hoogtepunt was het nummer 'Never to remind', waarbij voorman Arnout Brinks gebruik maakte van zijn pas gekochte iPhone met de Xylophone-applicatie. Elk lid gaf alles wat hij of zij op dat moment in zich had en zette zich volledig in om het optreden tot in de puntjes perfect te maken. En dat lukte: na het laatste nummer werd er door het publiek gesmeekt om nog een liedje. En nog een. (NA)

Corné van Sprundel brengt cabareteske liedjes ten gehore. Zoals vaker bij cabaret fungeert ook nu de muziek vooral als drager van de tekst. Textueel kiest Corne de weg van klein leed(vermaak) vermengd met malligheden: Ambtenaren moeten het ontgelden en een balzak wordt geschoren, een huwelijk loopt bij aanzoek al op de klippen en Indianen worden geëerd. Helaas weet hij zijn publiek deze ronde slechts tot grinniken te verleiden. "Deze ronde", want het puntje van kritiek is niet zozeer de inhoud, maar de consistentie van zijn optreden, aangezien bij navraag blijkt dat Corné bij de voorgaande show wel de lachers op zijn hand kreeg. (JvB)

Het afsluiten van Stukafest Tilburg gebeurde door Chef' Special in Studio en dat deden ze goed. Vanaf het begin knalden ze met een ongelooflijke hoeveelheid energie van het podium. Die energie bleef het hele optreden zo goed hangen dat het publiek wild werd. Dat het publiek de teksten van de nummers niet kende en de meesten de muziek nog nooit gehoord hadden maakte niet uit. Hiermee bewijst het bandje zo goed als klaar te zijn voor Lowlands waar ze dit jaar mogen spelen en ze het grote publiek krijgen wat ze verdienen. Chef' Special was eigenlijk te groot voor Studio. Gelukkig trokken ze zich daar niets van aan en bleven van begin tot eind losgaan. (NA)