LCD Soundsystem gelukkig geen hitmachine

James Murphy breekt een lans voor mannen met een buikje

Robin Geurts ,

Of het nu hun laatste show in Nederland was of niet, het was bijzonder genoeg dat LCD Soundsystem in 013 stond. De band bepaalde met hun update van punk, funk en 70's disco een groot gedeelte van het geluid van de afgelopen tien jaar. In 013 werkten ze hun uitgekiende set voor de zomerfestivals uit tot een ware happening, die niet van begin tot eind de volle aandacht opeiste, maar knalde op de momenten dat het moest.

James Murphy breekt een lans voor mannen met een buikje

Het is een band die geen extra hype nodig heeft, maar toch gonsde het nogal rond de show van LCD Soundsystem in 013. Na een paar media-uitspraken van eerder dit jaar, waarin frontman James Murphy aangaf zo ongeveer klaar te zijn met de band, werd dit optreden namelijk aangemerkt als 'waarschijnlijk hun laatste in Nederland' (net als hun show op Lowlands vlak daarvoor). Gelukkig heeft Murphy die uitspraken al redelijk ver terug gedraaid en komt er in ieder geval meer studiowerk van de band. Wie ze zag in 013, moet namelijk concluderen dat het verhaal van LCD Soundsystem nog niet af is.

Het is bijzonder genoeg dat LCD Soundsystem in Tilburg optreedt, of ze nu aan het eind van hun Latijn zijn of niet. De band bepaalde met hun update van punk, funk en 70's disco zo'n beetje het geluid van het eerste decennium van deze eeuw en kreeg vele muzikale volgers achter zich aan. Bekend werden ze met ironische dansvloertracks als 'Losing My Edge' en 'Daft Punk Is Playing At My House'. Met hun tweede album Sound of Silver uit 2007 kwamen er meer nummers op de setlist met echte emoties, die toch volledig pasten bij de band en vooral bij Murphy. Hij straalt vaak een attitude uit van een man die alles al heeft gezien en de hippe kids wel even zal vertellen hoe het leven in elkaar zit. Maar in tracks als 'Someone Great' en 'All My Friends' kijkt hij naar zichzelf, zijn vrienden en wat ze allemaal hebben meegemaakt samen. Murphy is steeds directer geworden in zijn teksten, minder onomwonden, maar hij weet al sinds het begin universele gevoelens te raken, bijvoorbeeld over oud worden en de angst en vreugde die daarbij meekomen. Deze muziek begrijpt haast iedereen, of je nu in de leeftijdscategorie van de frontman valt of net oud genoeg bent om een biertje te halen.

Daarom is het zo vreemd om in een kort, anoniem stukje op de site van Brabants Dagblad, gepost minder dan 2 uur na het eind van het optreden, de band weggezet te zien worden als een 'vreemde band die niet de concessies wilde doen om naar het grote publiek door te breken'. Dat kan niet over dezelfde band gaan die dit jaar Paradiso uitverkocht, 013 nagenoeg uitverkocht en in de zomer op bijna alle festivals stond. En het kan zeker niet gaan over de band die we in 013 twee uur lang zagen werken om hun korte, uitgekiende festivalset om te toveren in een ware happening.

Toegegeven, het zal niet de sterkste set ooit zijn geweest van de zeven-koppige band. Murphy waarschuwt ons na het eerste nummer op humoristische wijze dat ze de hele zomer alleen op festivals hebben gespeeld, waar ze normaal gesproken hoogstens acht van hun uitgesponnen nummers in een uur proppen. Dat er vanavond meer dan dat gaat komen, wordt met gejuich ontvangen, maar het betekent ook dat er na het openingstrio al snel een dip te voelen is in de zaal. De rustige, minder bekende nummers worden met respect, maar niet met liefde ontvangen. LCD Soundsystem is niet de eindeloze hitmachine die velen blijkbaar toch hadden verwacht - de band laat bijvoorbeeld na om de grote single 'North American Scum' van het tweede album te spelen.

Maar er blijft een goede anderhalf uur over waarin Murphy en de zijnen weten te knallen en geregeld op een zee van gebalde vuisten in de lucht kunnen uitkijken. De frontman heeft veel praatjes tussendoor en geeft zelf ook toe dat hij daar wat tijd mee opvult, maar het geeft ook aan dat hij blijkbaar lekker in zijn vel zit - al zijn onhandige dansstapjes ten spijt. De lange, groovende tracks worden slim afgewisseld met nummers die meer naar de 'punk' in punkfunk doorslaan, zoals 'Movement' en 'Drunk Girls'. Maar de band valt alle nummers met evenveel enthousiasme aan, waardoor ook songs van het nieuwste album zoals 'Pow Pow' en 'I Can Change' goed vallen bij het publiek. Deze bevatten dan ook een van de beste kenmerken van LCD Soundsystem: lekker simpele, meezingbare refreintjes als tegenwicht voor de soms complete monologen die Murphy schrijft als coupletten. Het hypnotiserende 'yeah yeah yeah' van 'Yeah' is hier het onbetwiste hoogtepunt van en dus het einde van de 'normale' speeltijd.

In de toegift gaat LCD Soundsystem dan nog even de breedte in, met een minimaal riffende versie van 'Losing My Edge' en als afsluiter 'New York I Love You'. De ballade aan hun thuishaven wordt een beetje grappend ingezet, maar al snel transformeert de trage, lieve wals in een muzikale uitbanning vol gitaargeweld. Het is een logisch einde, maar niet voor iedereen even bevredigend, zo blijkt bij het napraten. Het vermoeden dat dit niet het laatste zal zijn wat we gaan horen van de zo veelzijdige band, wordt daardoor alleen maar groter.