Punkrock-powerpopchicks in catsuits bij Dollsquad

In optreden groeiende “rock'n'dolls” spelen kort en kittig

Marco van Hoof ,

Alsof ze in wilden spelen op de op handen zijnde Oranjekoorts, waren dinsdagavond in de Little Devil twee helften te onderscheiden bij het optreden van DollSquad. Een soms wat tamme eerste, waarin het net-niet-gevoel af en toe opdook en een groovy tweede, waar wat meer bewogen werd.

In optreden groeiende “rock'n'dolls” spelen kort en kittig

Alsof ze in wilden spelen op de op handen zijnde Oranjekoorts, waren dinsdagavond in de Little Devil twee helften te onderscheiden bij het optreden van DollSquad. Een soms wat tamme eerste, waarin het net-niet-gevoel af en toe opdook en een groovy tweede, waar wat meer bewogen werd.

De constant streetwise-arrogante blik van bassiste Aleks en het ongeïnteresseerde gelaat van drumster Ash (die later een glimlach blijkt te hebben waardoor ze alles gedaan kan krijgen bij hetero mannen) niettegenstaande, lijkt DollSquad in het begin van hun eerste optreden in Nederland nog niet helemaal overtuigd van zichzelf. De outfits van de zes Australische dames zijn dientengevolge soms spannender dan de wat weifelende performance.

Met The Runaways-cover 'Cherry Bomb' en bijpassende uitdagende gedragingen van zangeres Joey wordt het stoere meisjes-imago gecultiveerd en eventuele twijfel goeddeels weggewuifd. Hetzelfde geldt voor een van de langere nummers van de avond, '(I Didn't Mean To) Turn Him Bad' en het  aansluitende opgewekte powerpopnummer 'Dreaming'. De jolige opmerking van Joey dat iedereen in het publiek een “little devil” is, komt echter terecht niet echt aan. Het is meer een witz die je zou verwachten van een zwaar aangeschoten bebierbuikte kalende veertiger dan van een onversaagde rockchick.

De sambaballen en tamboerijnen van Joey en backing vocals Lulu (afgetekend het meest onschuldige koppie van de band) komen regelmatig voorbij en zijn een prettige jaren zestig aandoende meerwaarde. Hetzelfde geldt voor de eveneens frequent terugkerende tweede stem van Lulu en gitariste Yolanda, die behalve puik spel ook de tofste dansbeweginkjes aflevert.

In 'Rock'n'Roll Boy' worden The Ramones geëerd met een tekst als “I wanna guy like Joey Ramone” en met 'Bad News Travels Fast' gaat de band in de versnelling. Zowel het publiek als de dames worden steeds beweeglijker en Ash schudt haar hoofd vrolijk heen en weer zodat haar lange haar een druk bewegend niet nader te identificeren exotische diersoort lijkt. Terwijl de zaal helemaal nog niet aan stoppen denkt, is het na drie kwartier bijna mooi geweest en tijd voor de toegift.

Deze is met een goede vijf minuten net zo kort als krachtig. Het bijzonder aanstekelijke 'I Don't Need No Doctor' wordt gevolgd door afsluiter 'Hot Generation', waarin toetseniste Alice los gaat en en passant haar grootste muzikale stempel van de avond kan drukken. Terwijl de stuk voor stuk lang- en donkerharige dames nog geen uur gespeeld hebben, stappen ze daarna nonchalant van het podium. Het moet gezegd: Dit is stoppen op je hoogtepunt.