Gooien met bier en microfoon bij onstuimig Claw Boys Claw

De Kling ontstijgt 'voorprogramma van'-status

Marco van Hoof ,

Nieuweling De Kling liet met een heerlijk onweerstaanbare vette bak punkrock blijken niet van plan te zijn een eendagsvlieg te worden. Het publiek had er dientengevolge volkomen terecht graag meer van gehoord. Claw Boys Claw, en dan met name voorman Peter te Bos, maakte er een dampende, natte en vuige avond van waarbij zowel de rock als het bier de zaal vulden.

De Kling ontstijgt 'voorprogramma van'-status

Nieuweling De Kling liet met een heerlijk onweerstaanbare vette bak punkrock blijken niet van plan te zijn een eendagsvlieg te worden. Het publiek had er dientengevolge volkomen terecht graag meer van gehoord. Claw Boys Claw, en dan met name voorman Peter te Bos, maakte er een dampende, natte en vuige avond van waarbij zowel de rock als het bier de zaal vulden.

DE KLING
Bezoekers van de optredens omtrent de Lucas Dec Bokaal 2010 een paar maanden geleden zal het niet verbazen, maar voor velen is het Tilburgse De Kling een bijzonder aangename verrassing in een strak en fris jasje. Dat ze nog niet enorm veel podiumervaring hebben (dit is hun zesde gig), deert de drie geen moment en onder aanvoering van de met een aangenaam franjeloze stem uitgeruste zangeres en bassiste Lotte van Riel is het enige jammere dat de band niet zo lang speelt. De kleine 25 minuten die ze hebben, zijn er gewoon te weinig.

CLAW BOYS CLAW
Al vrij snel - maar niet voordat gitarist John Cameron vakkundig een snaar breekt en doorspeelt - doet zanger Te Bos (die wel iets weg heeft van de eveneens zeer authentieke Martin Šimek) een huishoudelijke mededeling aangaande het rookverbod. Hij legt uit dat het juridisch zo schijnt te zijn dat er alleen op het podium gerookt mag worden. Dus eenieder die de lokroep der sigaret niet kan weerstaan, staat het vrij de bühne op te klimmen en er eentje op te steken.

Dat de (punk)rocknummers van de viermansformatie uitermate dansbaar zijn, ontgaat de volle Kleine Zaal allerminst. Vooraan wordt enthousiast gedanst als Te Bos de microfoon naar iemand toegooit die het voorwerp tot verbazing van de forse frontman (“je moet zingen lul”) meteen weer terugwerpt. Nadat Te Bos zich hardop afvraagt hoe het komt dat de PVV in deze contreien zoveel stemmen heeft gekregen, helpt hij een burgerlijk ongehoorzame rookster het podium op.

Naast allerlei vlotte composities waarin Cameron zich met regelmaat volledig mag laten gaan op zijn gitaar, is er ook nog tijd voor een lieve ballad als 'Rosie', de enige top 40-hit van de Amsterdammers. Terwijl Cameron wederom een snaar naar de verdoemenis weet te werken, resulteert 'Bite The Dice' daarna in een pit van behoorlijk formaat. Te Bos besluit het publiek eens van wat dichterbij te gaan bekijken, stapt de zaal door en eindigt erbuiten. Na een paar minuutjes komt hij langzaamaan weer terug richting podium en gooit uiteindelijk de microfoon, waar hij de hele tijd in was blijven zingen, voor de voeten van zijn band om zelf via de zijdeuren het podium weer op te gaan.

De hele avond is bier een terugkerend element. Te Bos kreeg er een paar uit de zaal, gooide het goudgele goedje over de hand van iemand die zijn bier jatte en vele halfvolle plastic bekertjes waren al richting podium gegaan. Maar de alcoholclimax komt als de brede beer van een zanger twee biertjes de zaal ingooit. Als een soort Pavlov-reactie op groepsniveau vliegen er wat liters richting podium en Te Bos is in luttele seconden zeiknat. Met een nog veel grotere pit dan zo-even en als afsluiter de Iggy Pop-klassieker 'I Wanna Be Your Dog' wordt vervolgens een formidabele avond voortreffelijk beëindigd.