Woost is fit en in vorm

'Beginnerszenuwen' van Sanctimonious Minions vallen snel weg

Robin Geurts ,

Muziekcafé Cul de Sac hostte op donderdagavond een fijn avondje met lokale helden. Sanctimonious Minions bewees een goede belofte voor de toekomst te zijn en het immer ondergewaardeerde Woost kwam met nieuw materiaal dat nog minder compromisloos klinkt dan we van haar gewend zijn.

'Beginnerszenuwen' van Sanctimonious Minions vallen snel weg

Muziekcafé Cul de Sac hostte op donderdagavond een fijn avondje met lokale helden. Sanctimonious Minions bewees een goede belofte voor de toekomst te zijn, hoewel de ervaring van de individuele bandleden zich nog niet vertaalde naar een oorspronkelijk geluid. Het immer ondergewaardeerde Woost kwam met nieuw materiaal dat nog minder compromisloos klinkt dan we van haar gewend zijn.

THE SANCTIMONIOUS MINIONS
Cul de Sac experimenteert de laatste tijd vaker met haar prijzen, maar slaat vanavond misschien een beetje door. De entree is vier euro en daar krijgen bezoekers dan ook twee consumpties bij. "Dus als je twee biertjes bestelt, maakt de Cul er al verlies op", merkt frontman Erik van Haaren van openingsband Sanctimonious Minions terecht op vanaf het podium. Of het door de prijsstunt komt of door de kwaliteit van de bands: het café is goed gevuld wanneer Sanctimonious Minions het podium betreedt.

De band bestaat iets minder dan een jaar en speelde al op No Sleep 'Til Burg en op het 3VOOR12/Tilburg jubileumfeestje in september. Deze recensent heeft haar net zo vaak gemist (schande!) en ziet haar vanavond voor het eerst, maar wel na er veel goede verhalen over te hebben gehoord. Sanctimonious Minions begint redelijk voorzichtig. De richting die de band uit wil is meteen duidelijk, maar ze lijkt er nog niet helemaal over uit hoe ze er moet komen. Stoner-adepten zijn het, maar dan in een oer-Hollandse variant die ook DNA deelt met een band als Johan. "We hebben nog een beetje last van beginnerszenuwen," verklaart Van Haaren, maar hij verlet niet te vermelden dat voor het publiek hetzelfde geldt. Een publiek dat moeilijk op gang komt, hebben de bandleden vast vaker meegemaakt. Samen hebben ze al veel ervaring uit andere bands. Dat vertaalt zich in dit geval echter nog niet in een nieuwe, niet te missen groep.

Het is misschien nog te vroeg om er veel over te zeggen, maar het materiaal en de presentatie van Sanctimonious Minions lijken nog niet uitgekristalliseerd te zijn. De zenuwen zijn al snel niet meer te bespeuren, maar ook een duidelijk idee over wat de band wil laten zien en horen, is er niet. (De geluidsmix in de zaal speelt de band ook parten; zo valt het geluid van het keyboard vaak bijna volledig weg.) Na vier ietwat identieke, maar erg goede stonerrocknummers komt de band ineens met een poppy nummer dat aan Green Day doet denken, een ballad die herinnert aan Johan en een aantal bluesy nummers die vooral op muziek van Van Haaren's eerdere bands lijken. Sanctimonious Minions heeft goede nummers, speelt ze goed en pakt ook de pauzes tussen nummers charmant aan: zo wordt gitarist Gijs Coolen van Woost meerdere keren op applaus getrakteerd omdat hij zo aardig is een geknapte snaar te vervangen. Maar een unique selling point, een kwaliteit die de band écht apart zet van de vele groepen die aan de weg timmeren, is nog niet gevonden.

WOOST
De jonge band wordt gevolgd door een groep die, in ieder geval voor dit publiek, niets meer hoeft te bewijzen. Woost is terug na de opnames van een nieuw album en presenteert vanavond voor het eerst de nieuwe nummers. Frontman Koen-Willem Toering heeft een primeur: het album, waarvan de releasedatum nog onbekend is, gaat Point heten. De onthulling is een van de weinige dingen die de band vanavond doet die de bezoekers in Cul de Sac redelijk onbewogen laat. Als Woost simpelweg live muziek maakt, is het namelijk een van de meest sprankelende, boeiende bands om aan het werk te zien.

Het is een verschrikkelijk cliché, maar Woost kan toch echt het best vergeleken worden met een groep als Radiohead. Niet dat ze per se klinkt als de Britse band, maar met hen deelt Woost wel een soort compromisloze aanpak als het op nummers schrijven aankomt: wars van de doorsnee opbouw van een popliedje en overtuigd van de eigen kwaliteiten. (En dat Woost vanavond de vorige albums verkoopt volgens het 'pay what you want' principe, doet die indruk natuurlijk ook niet uitwissen.) Zoveel wordt vooral duidelijk in de nieuwe nummers die de band vanavond speelt.

Woost weet het publiek te raken met songs die juist niet geschreven zijn om 'leuk gevonden te worden'. Hierin schuilt ook de grote tragedie van Woost, de alom bejubelde band die het miljoenenpubliek steeds niet wist te vinden. De poppy uitstapjes van het vorige album Welcome To Teleskopia lijken op het eerste gehoor in het nieuwe materiaal over het algemeen achterwege gelaten, blijkbaar in de overtuiging dat het nu, met album nummer vier, niet ineens wél gaat lukken om bij De Wereld Draait Door te spelen. Zij die wel voor Woost zijn gevallen,zullen het vast toejuichen.

Wat vanavond vooral opvalt is dat Woost een band is die weet hoe je een verhaal vertelt op het podium. De groep begint erg ingetogen en bouwt een spanningsboog op met elk nieuw nummer. De gekozen 'oude' nummers laten het contrast horen tussen Woost toen en nu: de band was nooit echt een leverancier van puntige 3FM-hits met meezingrefreintjes, maar dat besef lijkt ze nu te hebben gesterkt bij het schrijven van de nieuwe plaat.

De band werkt zich zelfs voor dit thuispubliek de longen uit het lijf, zodat aan het eind van het optreden de goodwill is opgebouwd om twee lange, maar meeslepende bluesy nummers uit te zitten. In de toegift wordt vervolgens getrakteerd op Teleskopia, de poppy single van het vorige album die twee jaar geleden heel even Hilversum dreigde wakker te schudden. Als nummer is het bepaald niet representatief voor Woost, maar de band lijkt te willen zeggen: "Als we wilden, hadden we groter kunnen zijn." Dat je het maar weet.