Bodybuilder vult podium op feestje Cul de Sac

Muziekcafé viert haar 11e verjaardag

Iris van den Boezem ,

Cul de Sac is jarig! Het populaire Tilburgse muziekcafé bestaat 11 jaar. Daarom een feest met twee bijzondere act om het te vieren. De Rotterdammers van El Pino & The Volunteers verzorgen de muzikale aftrap van de avond. De Duitse bodybuilder Rummelsnuff verrast, ontroert, verbijstert.

Muziekcafé viert haar 11e verjaardag

Cul de Sac is jarig! Het populaire Tilburgse muziekcafé bestaat 11 jaar. Daarom een feest met twee bijzondere act om het te vieren. De Rotterdammers van El Pino & The Volunteers verzorgen de muzikale aftrap van de avond. De Duitse bodybuilder Rummelsnuff verrast, ontroert, verbijstert.

EL PINO & THE VOLUNTEERS
De locomotief die El Pino heet moet even op gang komen. Het is vrij rumoerig in de Cul, en het publiek wordt daarom niet direct gegrepen door wat er op het podium gebeurt. Maar als het ritme er eenmaal inzit, rollen de mannen aangenaam door. Tijdens het optreden is goed het verschil tussen het album ‘Molten City’ en het nieuwe ‘The lost art of becoming invisible’ te horen. Na de exit van Harm Goslink Kuiper is de sound een stuk toegankelijker geworden. Het geluid is als het ware verschoven van typische Americana naar relaxte reizigersmuziek. Met het spelen van de poppy single ‘There’s no cure for stupidity’ wordt de aandacht van de toeschouwers definitief getrokken. Absoluut hoogtepunt vormt het juweeltje ‘No one knows a thing these days’, waarbij bassist Ap even de microfoon overneemt van frontman David. Een zeemanslied, deinend in melancholie en prachtig uitgebalanceerd in breekbare klanken en vurige uithalen. Na ruim een uur spelen, worden El Pino en gabbers nogmaals het podium op gevraagd. Deze mannen zien we hier vast nog een keer terug.

RUMMELSNUFF
Op het podium slechts een kruk met daarop een CD-speler en een bodybuilder met een opa-petje op zijn hoofd. Tijdens een eerder optreden in de stad – op het Incubate festival in 2009 – maakte de Berliner Rummelsnuff een zodanige indruk dat hij nu nog een keer mag aantreden. Als de eerste klanken uit de speakers schallen, barst het feest pas echt los: het publiek danst, deint, roept, zingt, lacht en drinkt. De enorme Rummelsnuff beweegt mechanisch, robotachtig mee. Met grommende zang brengt de Duitser zijn diepste gevoelens ten gehore, in een absurde mix van electro, new wave en schlager. Mensen die zomaar even de Cul binnenlopen, krabben zich op het hoofd en wrijven zich in de ogen. Moeten we dit heel serieus nemen? Misschien niet, maar een grandioos feest is het in ieder geval zeker.