Na het uitstapje naar het metalgeweld van onder andere Opeth en Pain Of Salvation op Symforce II vorig jaar, bewoog de derde aflevering van het symfonische feest zich afgelopen zondag in aanzienlijk kalmer vaarwater, in lijn met de oorspronkelijke opzet van het festival. In een intieme setting genoot een overwegend vergrijsd publiek vooral van de nostalgische klanken van Moon Safari en het aan The Flower Kings gerelateerde tandem Agents Of Mercy en Karmakanic. Muzikale nieuwlichters The Sedan Vault en Long Distance Calling konden op minder belangstelling rekenen, maar gaven eveneens kwalitatief hoogwaardige optredens.
THE SEDAN VAULT
De Vlamingen van The Sedan Vault openen Symforce III in de Kleine Zaal (of ‘Green Room’) met een verrassende noot. De band brengt opvallend modern klinkende, niet zozeer symfonische als wel experimentele rock, waarin onder meer de invloed van de Britse alternatieve rock uit de jaren negentig klinkt. Dat deze groep zowel qua muziek als qua uitstraling en coiffure nogal afwijkt van de norm van het festival, is duidelijk op te maken uit de al snel halflege zaal. Toch rechtvaardigen de tegendraadse ritmes en onconventionele liedstructuren van deze jonge honden zeker een plaats op een festijn dat zich aan progressieve muziek wijdt. Deze unieke, soms zeer luide en dissonante, dan weer uiterst ingetogen muziek, krijgt tegen het einde van de set ook een waardevolle aanvulling door sfeerbevorderende filmbeelden: eveneens een aangename uitzondering vandaag.
MOON SAFARI
Hoewel de verschillen met de vorige editie van Symforce groot zijn (met het ontbreken van de grote zaal en de aanwezigheid van een aanzienlijk kleiner en gerijpter publiek), is er toch één verbindende schakel: net als vorig jaar is Zweden hoofdleverancier van het muzikale aanbod. Naast het headlinersduo van vandaag komt ook Moon Safari daar vandaan. Organisator John ‘Bobo’ Bollenberg draagt het optreden van dit vijftal op aan de eerder dit jaar gestorven 013-medewerker John van den Buijs, vanwege de hemelse klanken die de groep produceert. Het sterk op The Beatles en Beach Boys geënte, progressieve geluid van deze knapen lijkt inderdaad recht van boven te komen. Al die opgewekte liederen over liefde en bloemen herinneren uw verslaggever op een gegeven moment wel aan een opmerking van Frank Zappa over de saaiheid van films met enkel ‘good guys’. Maar dat schijnt niemand in het publiek verder te hinderen en deze jongens blinken zonder meer uit in de mooie en brave muziek die ze graag maken.
LONG DISTANCE CALLING
Met het Duitse Long Distance Calling dat vervolgens in de Bat Cave aantreedt, betreden we duidelijk een duisterder muzikaal domein. Net als The Sedan Vault vertegenwoordigt deze band de nieuwe lichting binnen de progressieve muziek. Waar die eerste groep echter meer richting alternatieve of indierock gaat, daar haalt Long Distance Calling vooral inspiratie uit postrock en psychedelische stoner. Ook hier blijkt weer dat de (het moet gezegd: behoorlijk vastgeroeste) doorsnee symfofanaten niet bepaald liefhebbers zijn van verandering en vernieuwing. Een groot deel van hen lijkt dan ook te hebben besloten dat het de hoogste tijd is voor een avondmaaltijd. Wederom is dat jammer, want het dreigende geluid van deze langzaam naar verpletterende climaxen toewerkende heren mag zeker gehoord worden. Tussen Symforce en Roadburn blijkt voor het merendeel van de aanwezigen echter nog een wereld van verschil te bestaan.
AGENTS OF MERCY/KARMAKANIC
De dubbele afsluiter in de Green Room is dan weer duidelijk een kolfje naar ieders hand. Agents Of Mercy en Karmakanic zijn twee verschillende groepen, maar ze delen bassist en drummer met elkaar en zijn bovendien beiden wat bezetting betreft innig verbonden met de gerenommeerde Zweedse progrock-act The Flower Kings. Daarom hebben ze speciaal voor deze gelegenheid besloten om gezamenlijk op te treden: eerst met materiaal van Agents Of Mercy en vervolgens met Karmakanic-composities. Zowel de stem als de theatrale inborst van Agents Of Mercy-zanger Nad Sylvan doen sterk aan het vroege Genesis denken (hoewel hij fysiek niet op Peter Gabriel lijkt) en ook de muziek van de groep valt grotendeels in dat straatje. Zoals gebruikelijk in dit genre zijn alle betrokkenen muzikaal prima onderlegd, waarbij met name het uiterst virtuoze toetsenwerk van Lalle Larsson opvalt. Interessant is ook dat de opgewekte en enthousiaste zangeres Inger Ohlen-Reingold in dit project voornamelijk achtergrondvocalen voor haar rekening neemt, terwijl ze in Karmakanic (waar ze eigenlijk niet in hoort) een veel prominentere rol krijgt toebedeelt.
Haar stem blijkt trouwens ook goed te mengen met die van Karmakanic-vocalist Göran Edman. Deze laatste is veel bescheidener aanwezig dan Sylvan, maar doet vocaal gezien absoluut niet voor hem onder. Veel werk van Karmakanic doet dankzij hem en Ohlen-Reingold dan ook tamelijk soulvol aan, zeker voor progressieve begrippen. Na de twee reguliere sets van de ‘supergroep’ gaat de bende zich nog stevig te buiten aan een jazzrock-achtig extravaganza, waarbij alle leden stuk voor stuk ruimte krijgen hun niet geringe virtuositeit aan het publiek te tonen. Tot slot worden de aanwezigen getrakteerd op een ingetogen nummer dat bassist Jonas Reingold schreef naar aanleiding van de dood van zijn ouders bij een ongeluk twee jaar geleden en een reeks exclusieve toegiften, waaronder een cover van de Beatles-klassieker I Am The Walrus. Daarmee wordt het cliché van de progressieve rockband die maar niet van ophouden weet op schitterende wijze bevestigd, maar daar zal niemand in het publiek rouwig om zijn. Integendeel.
Symforce keert terug naar haar wortels
Rustige en kleinschalige derde editie van progfestival
Na het uitstapje naar het metalgeweld van onder andere Opeth en Pain Of Salvation op Symforce II vorig jaar, bewoog de derde aflevering van het symfonische feest zich afgelopen zondag in aanzienlijk kalmer vaarwater. In een intieme setting genoot een overwegend vergrijsd publiek vooral van de nostalgische klanken van Moon Safari en het aan The Flower Kings gerelateerde tandem Agents Of Mercy en Karmakanic.