Obits vat pas in de tweede helft vlam

Union Town is theatraal maar onevenwichtig

Robin Geurts ,

Indiegroep Obits wachtte in Cul de Sac met haar optreden tot de stonerhelden van Masters Of Reality hun publiek lieten gaan uit de Dommelsch Zaal van 013. Waarschijnlijk terecht, want voorprogramma Union Town speelde haar indiehardcore voor een vrij lege zaal.

Union Town is theatraal maar onevenwichtig

Indiegroep Obits wachtte in Cul de Sac met haar optreden tot de stonerhelden van Masters Of Reality hun publiek lieten gaan uit de Dommelsch Zaal van 013. Waarschijnlijk terecht, want voorprogramma Union Town speelde haar indiehardcore voor een vrij lege zaal.

UNION TOWN

Deze Tilburgs-Amsterdamse band kwam, net als het hoofdprogramma, dit jaar met een debuutalbum waarop ze haar intrigerende mengsel van hardcore en rauwe indierock a la Sonic Youth presenteerde. Live neigt Union Town erg naar die Sonic Youthkant van het verhaal, met uitgerekte hypnotiserende riffs en herhaalde baslijnen. De band blijkt helaas niet helemaal goed gebalanceerd: naast een zeer sterke drummer en gitarist staat een minder overtuigende bassiste, die wel een heel toffe Kim Dealachtige uitstraling bezit, maar door de slechte geluidsmix heen niet kan laten horen wat ze kan.

Frontman Hein is een verhaal apart. Zijn theatrale aanpak en energie op het podium doen enorm denken aan Rene van Lien van Feverdream, maar zijn stem haalt helaas niet hetzelfde niveau. Juist de zanger probeert het geheel nog de hardcorekant op te trekken, maar vocaal is het net niet rauw genoeg en soms zelfs een beetje pathetisch. Door iets te vaak clichématig in een hoek van 45 graden tegen zijn microfoon aan te leunen, gaat het theatrale ook iets teveel op een trucje lijken. Ondanks deze afleidende factor halen deze (soort van) lokale helden gewoon een voldoende.

OBITS
Rick Froberg wordt in bepaalde kringen gezien als een gitaargod. De man achter illustere bands als Drive Like Jehu en Hot Snakes (google die shit, jongens en meisjes) begint echter tegen zijn muzikale pensioen aan te hikken. Met het uit Brooklyn afkomstige viertal Obits, pakt hij het wat rustiger aan: wel onstuimige indierock, maar dan op een behapbaar tempo voor deze 41-jarige en zijn eveneens wat oudere bandleden. Cul de Sac begint pas halverwege het optreden van Obits echt vol te lopen, net op het moment dat de band een beetje warm is gedraaid. De eerste helft gaat het nog wat houterig. Waar de meeste bands iets sneller spelen dan op plaat, speelt Obits juist wat slomere versies van nummers van haar debuutalbum I Blame You.

Het vuur is te zien in de ogen van Froberg, maar zijn houding verraadt net iets teveel onverschilligheid. Muzikaal klopt het allemaal, maar Obits weet op dit moment nog niet op te winden.


Iets later is de band duidelijk op stoom gekomen en hebben de oudere jongeren er ook duidelijk meer lol in. Tweede frontman Sohrab Habibion (een voormalig lid van de band Edsel) zingt een paar nummers en doet dat heel verdienstelijk. Op een gegeven moment klikt het gewoon bij de band en loopt het ineens gestroomlijnd. Nummers als het stonerachtige Pine On en het scherpe Two-Headed Coin klinken zoals ze horen te klinken. Froberg klinkt ouderwets agressief en Obits lijkt ineens een eenheid. Van publieksparticipatie of goede grappen is geen sprake, maar sommige bands hoeven zich daar niet aan te wagen om in de smaak te vallen.

Mooi om te zien dat een grote groep Tilburgers waardering heeft voor deze voormalige Eredivisiespelers. Maar wie had verwacht dat deze recreanten nog op hoog niveau kunnen meespelen, komt enigszins bedrogen uit.