Aanstormend Brabants talent bewijst zichzelf bij B-Stage Showcase

The Sheep, Overgrown, Johnny Stardust en The 101’s overtuigen

Twan Spierts ,

De vier uitverkoren acts van B-Stage 2009 presenteerden zich woensdag in de Kleine Zaal van 013. Helaas was het niet erg druk, maar dat was vooral spijtig voor de thuisblijvers. Zij misten namelijk een aantal puike optredens van talentvolle bandjes. Zonder uitzondering bewezen deze bands dat ze terecht deelnemen aan het begeleidingstraject van B-Stage.

The Sheep, Overgrown, Johnny Stardust en The 101’s overtuigen

De vier uitverkoren acts van B-Stage 2009 presenteerden zich woensdag in de Kleine Zaal van 013. Helaas was het niet erg druk, maar dat was vooral spijtig voor de thuisblijvers. Zij misten namelijk een aantal puike optredens van talentvolle bandjes. Zonder uitzondering bewezen deze bands dat ze terecht deelnemen aan het begeleidingstraject van B-Stage. 

THE SHEEP 
Zet drie mannen met lang, blond, krullend haar op een podium en noem ze The Sheep. Succes verzekerd. De band met de meest geniale naam van de avond verzorgt de aftrap van B-Stage Showcase. De naam is niet het enige dat leuk is aan deze band. Ook muzikaal zit het wel snor bij deze Tilburgse retro-rockers. Ze spelen energieke sixties-muziek, met een echt Hammond orgel. Als je de band hoort spelen, is het moeilijk te geloven dat er slechts drie mensen op het podium staan. De sound is lekker vol. Dat komt vooral door de organist, die tegelijkertijd op een synthesizer de baspartijen voor zijn rekening neemt. Van die redelijk unieke sound moeten de mannen het hebben. Tekstueel is het allemaal niet bijster origineel en ook de zang kan beter. Niet dat het vals is, maar erg sterk klinkt de zanger niet. The Sheep opende al voor onder andere Ilse DeLange en ging op tour met The Dandy Warhols. Om zelf een volledige show te kunnen spelen zullen de heren toch nog moeten groeien, want na een half uur beginnen de liedjes een beetje op elkaar te lijken. Maar de vette sound maakt veel goed. Heel veel.

OVERGROWN
Om maar meteen met de meest negatieve kritiek te beginnen: jammer dat de zang niet goed overkomt. Ook als het niet nodig is, forceert de zanger zijn stem. Daardoor zijn de teksten vaak maar half verstaanbaar en klinkt de muziek nog harder dan ze bedoeld is. Want harde muziek maken, dat kunnen de mannen van Overgrown zeker. Ze omschrijven zichzelf als een combinatie van rock ‘n’ roll met een snufje punk en een grote lepel hard rock. Of zoals de zanger halverwege het optreden zegt: “Men zegt wel eens dat onze muziek te hard is, maar we kunnen gewoon niet rustiger.” Om vervolgens weer een snoeihard nummer in te zetten. Dat is de charme van de band: ruige muziek maken. En dat doen ze verder gewoon goed. Overgrown heeft een paar lekkere nummers, zoals de single Chill Before Serving. Eén nummer bevat zelfs een la-la-la-deuntje à la The Fratellis. Door de minder goede zang klinkt het live allemaal net iets minder dan op de plaat, maar de stage performance is dik in orde. Met een beetje zangles voor de zanger, rockt Overgrown ook live het dak van de zaal af.

JOHNNY STARDUST
Over deze band schreef 3VOOR12/Tilburg eind vorig jaar: “Britpop uit Brabant. Het kan en het is nog goed ook.” En goed, dat is het zeker. Soms lijkt de muziek van het trio op een melodieuze versie van Arctic Monkeys. Soms doen de meezingdeuntjes meer denken aan The Kooks. Gevarieerde Britpop dus. De zanger zingt met een sterk Brits accent. Als je niet beter zou weten, zou je denken dat Johnny Stardust ook echt van de andere kant van het Kanaal komt. Niets is minder waar. De bandleden zijn gewoon middelbare scholieren uit Oosterhout, die zeer sterke muziek afleveren voor hun leeftijden. Minpuntjes? Ja, die zijn er ook. De tweestemmige stukjes zang zijn soms een beetje vals. En soms lijkt het een one man show te worden van de frontman, die zorgt voor de zang en het gitaarwerk. Zeker is dat Johnny Stardust een band met potentie is. Met de juiste begeleiding kunnen de jongens nog wel eens gaan verrassen in de toekomst. Met zomerse nummers als Closing Time (hitpotentie!) en Blue Doesn't Fit You is de band perfect voor op zomerfestivals. 

THE 101’S
Presentator Joost the Host kondigt The 101’s aan als zijn favoriete act van de avond. De toch al niet zo volle Kleine Zaal is inmiddels half leeg gelopen. Jammer, want een woeste band als The 101’s verdient een volle zaal die totaal uit zijn dak gaat. Dat uit zijn dak gaan beperkt zich nu tot twee headbangende mannen. De rest van de toeschouwers, vooral muzikanten van de andere bands, staat erbij en kijkt er naar. Zelf omschrijft de band haar muziek als 'hard rockin’ smokin’ sweet punk ’n’ roll' en dat dekt de lading goed. De muzikanten van The 101’s zitten vol energie en passie en dragen dat met verve uit. Schijnbaar vinden ze het stoer om collectief met een voet op de monitors te gaan staan, want dat doen ze veelvuldig. Wat opvalt is dat de band zeer strak speelt. De muzikanten zijn duidelijk goed op elkaar ingespeeld. De zang is oké, maar wordt soms een beetje schreeuwerig. Knallen doet The 101's zeker, maar daardoor ontbreekt de nuance soms een beetje. Muzikaal zit het allemaal lekker in elkaar, hoewel het nooit heel ingewikkeld wordt. Ook voor deze band geldt: als ze zich blijven ontwikkelen, kunnen ze iets heel moois neer gaan zetten.