Mathijs Leeuwis presenteert nieuw album met verve

Jeroen Kant leidt zaal naar juiste stemming

Thomas van Geelen ,

Afgelopen donderdagavond presenteerde Mathijs Leeuwis zijn nieuwe album Klei, Stront En Zand in Zaal 16. Met dit tweede album bezingt hij het leven voor het eerst in zijn moedertaal. Aangezien een handjevol van Leeuwis’ nieuwe brouwsels al een tijdje op zijn MySpace te vinden is, was het geen primeur. Maar het publiek was niettemin getuige van een fantastische avond folk en blues.

Jeroen Kant leidt zaal naar juiste stemming

Afgelopen donderdagavond presenteerde Mathijs Leeuwis zijn nieuwe album Klei, Stront En Zand in Zaal 16. Met dit tweede album bezingt hij het leven voor het eerst in zijn moedertaal. Aangezien een handjevol van Leeuwis’ nieuwe brouwsels al een tijdje op zijn MySpace te vinden is, was het geen primeur. Maar het publiek was niettemin getuige van een fantastische avond folk en blues. JEROEN KANT De show wordt geopend door singer/songwriter Jeroen Kant. Met zijn wilde blonde haren brengt hij kalme en eerlijke liedjes, waarvan met name Liza een rillinkje losmaakt. Zijn onopgesmukte stem en tot de verbeelding sprekende teksten stralen alle eerlijkheid uit. Ze brengen de zaal alvast in de juiste stemming voor de hoofdact, die deze kunstjes ook kent. Bij het tweede en het derde lied komt er steeds een muzikant bij waarvan de toegevoegde waarde aanvankelijk onduidelijk is, maar die even later wel een mooi plekje weet te vinden. Vooral het slide-werk op de pedal steel draagt bij aan de dromerige sfeer. Helaas blijft het allemaal wat aan de oppervlakte en al kun je nog zo’n eerlijke stem hebben, indruk wekken is een tweede. MATHIJS LEEUWIS En dat is juist iets wat Mathijs Leeuwis haast onafgebroken komt doen. De hoofdact, die vanavond zijn cd-presentatie houdt, laat er geen twijfel over bestaan: wat een onmiskenbaar talent! Turend door zijn kingsize bril, op zijn MySpace min of meer zijn logo, brengt hij met zijn kekke arrangementen en rake teksten het publiek in vervoering. Leeuwis zingt over verbitterde oude mannen, angstige meisjes, moeite met opstaan, het Brabantse land en een veelheid aan drank. Daarbij neemt hij flinke wandelingen over het genrespectrum: van volbloed country naar knappe slidegitaar uit de Mississippi Delta blues en van vrolijke uptempo rockabilly naar triestige Ierse folk. Stuk voor stuk in een prachtvorm. En met een Brabantse vertrouwdheid die je doet afvragen of we hier met een moderne en wat meer flamboyante Gerard van Maasakkers te maken hebben. Ook technisch is er weinig op af te dingen; Leeuwis heeft zich laten omringen door een viertal kundige musici, grotendeels studerend aan conservatoria en de rockacademie. Met de geweldige en virtuoze Niels Broos op piano, Guus van Mierlo op bas, Dave Menkehorst aan het drumstel en de duizendpotige sidekick Alex Akela (viool, mandoline en elektrische gitaar) kan er een eind in de verte worden geïmproviseerd. Hoewel een performance als deze zich eigenlijk louter voor lof leent, een klein minpuntje: jammer dat de bassist live geen contrabas hanteert. Al is het maar voor de uitstraling. Als Mathijs Leeuwis zingt geloof je je ogen of je oren niet. Met een rauwe stem als die van een ouwe, doorgewinterde bluesmaniak en een inlevingsvermogen van datzelfde figuur contrasteert hij sterk met zijn feitelijke leeftijd van pas drieëntwintig. Misschien in het begin even wennen, maar zijn stemgeluid verveelt vervolgens ook niet gauw. Ondanks de rauwheid is er nog veel warmte in te horen. De titelsong van het album, een pure lofzang op het Brabantse land, zou geen modderfiguur slaan in de inmiddels geluwde strijd om de status van Brabants volkslied. De oprechtheid ervan gaat door merg en been, meer nog dan bij – met alle respect – Brabant van Guus Meeuwis, de huidige favoriet voor deze titel. Bovendien laat het zich prima meezingen. Het lijkt hem alleen te ontberen aan die immense populariteit, maar dat is een kwestie van tijd. Houdoe Guus Meeuwis, hallo Mathijs Leeuwis! Dankbaar voor de aandacht die hem vanavond terecht gegeven wordt, vertelt de singer/songwriter dat hij blij is dat “er eindelijk een keer geluisterd wordt”. Hij heeft dan ook een flinke schare fans meegenomen. Maar het is ook bijna een misdaad tegen de goede smaak er doorheen te ouwehoeren. Zelfs de hond, naast ondergetekende in het publiek, kreunt weemoedig bij de aanhef van een introvert lied. En ook Leeuwis zelf geniet er zichtbaar van. Zittend op zijn stoel stampt hij vrolijk de maat mee, soms met beide benen. Zijn enthousiasme doet zijn biertje trillen, wat doet denken aan de legendarische scène uit Spielbergs Jurassic Park. Grappig dat de vergelijking verder voert: ook hier komt een gigant aan, zij het in de bluesscène.