Geen vlam in de pan bij Jan Akkerman

Nummers van gitaarvirtuoos moeilijk verteerbaar

Hans Dehing, ,

Jan Akkerman, de enige Nederlander die ooit werd uitgeroepen tot beste gitarist ter wereld. De gitaarvirtuoos speelde zondag in de Kleine Zaal van 013. Jan bluesde, Jan jazzde, Jan funkte en Jan rockte, maar echt knetteren deed het nergens. Niet alle nummers waren makkelijk verteerbaar en het publiek liet dit merken door slechts uit beleefdheid te klappen.

Nummers van gitaarvirtuoos moeilijk verteerbaar

Wanneer uw recensent zich aan de ticketbox van 013 meldt, komt ook net de crew van Ministry aangelopen om zich te melden. Mooi, kunnen die alvast aan het werk aan de loading docks om de show van vanavond voor te bereiden. Om de tijd tot die show te overbruggen is er een optreden van de enige Nederlander die ooit werd uitgeroepen tot beste gitarist ter wereld. Het is zo rond vier uur als Jan Akkerman met zijn band het podium van de Kleine Zaal oploopt. Iedereen is netjes in bedrijfskleding gestoken; een Jan Akkerman tourshirt. Jan voelt zich thuis want hij staat erbij alsof we met zijn allen gezellig thuis bij hem op de bank zitten met een bakje koffie. Hij is goed geluimd en relaxt to the bone. Het publiek dat naar 013 is getogen voor een paar uurtjes gitaarvirtuositeit bestaat uit dertigers, veertigers en vijftigers die in verrassend veel gevallen zijn vergezeld van hun partner en soms zelfs de kinderen meegenomen hebben. Toch is Jan Akkerman niet alleen voorbehouden aan de oudere jongeren, dat blijkt wel uit het redelijke aantal jongere jongeren dat is op komen dagen. Jan stelt de band voor en zegt er meteen bij dat het eigenlijk een hele slechte band is. Gelukkig zien bassist Wilbrand Meischke, toetsenist Coen ‘papa’ Molenaar en drummer Marijn van den Berg er de humor van in. Dat is ook niet zo moeilijk want Jan grijnst van oor tot oor. De gitaarkoffers slingeren over het podium en Akkerman vist ergens een Gibson uit, onderwijl nog wat mopperend over Guus Hiddink. Als hij de gitaar omhangt opent hij “met wat Focus nummers. Hebben we dat maar gehad.” Meteen wordt alweer duidelijk dat Akkerman een gitarist is die al jaren zijn sporen verdient. Hij speelt met hetzelfde gemak waarmee u en ik ons omdraaien in onze slaap. En behalve benijdenswaardig is dat misschien ook wel beetje een manco. Het spel is natuurlijk trademark Jan Akkerman maar het heilige vuur wil maar niet ontvlammen. Jan bluest, Jan jazzt, Jan funkt en Jan rockt maar echt knetteren doet het nergens. Misschien komt dat doordat de nummers eigenlijk geen echte kop en staart hebben, geen coupletten en refreinen als het ware. Dat maakt de muziek niet makkelijk te verteren. Blijkbaar hebben meer mensen daar moeite mee want het applaus dat opstijgt na de liedjes is slechts uit beleefdheid. De zweetdruppels die onder Jan’s onafscheidelijke cap vandaan parelen zijn dan ook niet het resultaat van grote inspanning, maar meer omdat het gewoon warm is in de Kleine Zaal. Het optreden voltrekt zich een beetje als een voetbalwedstrijd: drie kwartier spelen, kwartiertje voor een peuk (in het geval Akkerman) en weer een stief uurtje spelen. En het commentaar bij de wedstrijd komt van Jan zelf, al gaat dat over de wedstrijd van Oranje tegen Rusland: “zoals Cruijf zei: het veld is niet groter of kleiner geworden en ook het aantal spelers is hetzelfde gebleven, dus daar heeft het niet aan gelegen.” Om even terug te komen op het heilige vuur: pas tegen het einde van de show trekt Jan een paar effectendoosjes open waardoor zijn gitaar ineens een stuk feller en wat gemener klinkt. Het stuk Urban String (of De Arrestatie Van Willem Holleerder zoals Jan het zelf noemt) houdt dan ineens de aandacht een stuk beter vast. Het nummer wordt begeleid door ritmes uit een laptopje dat bestuurd wordt door de toestenman. Aan het eind van het nummer stoppen alle muzikanten maar de MacBook gaat door om de strijd aan te gaan met de drummer van vlees en bloed die aan een drumsolo begint. Wie doet dat nou nog in 2008? In ieder geval wint het laptopje de strijd, want de twee ritmes lopen ver uit elkaar en wij weten dat computers onverwoestbaar zijn. Het moet dus wel de vleselijke drummer zijn geweest die er naast ging. Er resteren nog een paar nummers waarin nog een paar geinige stukjes Focus voorbij komen (Jan speelt de jodel van Hocus Pocus gewoon op de gitaar!). Toch doen ook deze nummers de bezoekers niet uit de virtuele stoel opveren en wederom is het applaus slechts beleefd. En dan is het toch alweer zes uur geweest. Tijd om als een speer naar huis te karren, een frietje naar binnen te slaan en de danskleren aan te trekken voor Ministry.