Zoek dekking bij Municipal Waste

Toxic Holocaust is goede opwarmer

Dyon Schlebos, ,

Muziek hoeft natuurlijk niet altijd vernieuwend en fris te klinken om goed uit de bus te komen. Zo staan er vanavond twee bands in de Kleine Zaal van 013 die juist teruggrijpen naar vroeger. Dit ‘vroeger’ zijn de jaren tachtig van de vorige eeuw. Een tijd waar trashmetal en crossover in New York werden geboren en waar Municipal Waste en Toxic Holocaust hun inspiratie uit putten.

Toxic Holocaust is goede opwarmer

Muziek hoeft natuurlijk niet altijd vernieuwend en fris te klinken om goed uit de bus te komen. Zo staan er vanavond twee bands in de Kleine Zaal van 013 die juist teruggrijpen naar vroeger. Dit ‘vroeger’ zijn de jaren tachtig van de vorige eeuw. Een tijd waar trashmetal en crossover in New York werden geboren en waar Municipal Waste en Toxic Holocaust hun inspiratie uit putten. TOXIC HOLOCAUST De huismuziek van 013 wordt abrupt onderbroken door een met blond haar getoupeerde man die wild wat snaren van zijn gitaar laat trillen. Het blijkt zanger Joel Grind van Toxic Holocaust te zijn die hiermee het startteken geeft voor vanavond: welkom in de trashmetal jaren tachtig! De Kleine Zaal is tot de nok toe gevuld met volgepatchde spijkerjacks, (zwarte) bandshirts, petjes, veel haar en leren jasjes die een muffe geur en hier en daar een zure vlaag zweetlucht met zich meebrengen. Toxic Holocaust mept er flink op los en Joel Grind, die zijn achternaam waarschijnlijk ontleent aan het muziekgenre, kotst zijn teksten zonder moeite uit op de voorste rijen van de zaal die al flink losgaan. Teksten over het duivelse nummer 666, de Apocalyps, dood en verderf en meer in dat genre. Dit in combinatie met de trashdeathmetalpunk die het drietal tegen je hoofd aansmijt. Er is weinig interactie met het publiek, dat voor het merendeel voorzichtig meeknikt en zich afvraagt of de band een nieuwe patch op de spijkerjas waardig is. Dit misstaat de band niet, die vooral een harde strakke show wil weggeven. Helaas weet Toxic Holocaust niet tot de laatste powerchord te boeien en gaan de gedachten van ondergetekende al uit naar Municipal Waste. MUNICIPAL WASTE "Municipal Waste is gonna fuck you up!" Zo klinkt het vanuit het hongerige publiek wanneer de backdrop van de band omhoog wordt getakeld. Niet veel later komt het viertal uit Richmond Virginia het podium opwandelen om vervolgens weinig over te laten van de Kleine Zaal. De eerste riff wordt ingezet en voor ik met mijn ogen knipper, staat er al iemand naast zanger Tony 'Guardrail' Foresta klaar om te stagediven. Armen, benen en plastic bekers bier vliegen de lucht in en de circle pit vooraan in het midden is voor de rest van de show een feit. Het laatste album van Municipal Waste heet The Art Of Partying en deze titel is hen op het lijf geschreven. De Kleine Zaal is non-stop in beweging om vervolgens tussen de nummers door even wat kleren recht te trekken of de buurman van de grond te plukken. De band speelt strak en laat bijna geen steek vallen, afgezien van de zanger die met zijn wat ietwat ijle stem soms lastig boven de band uitkomt. Foresta is goedgehumeurd en de interactie met het publiek is uitstekend, al zijn het vaak losse woorden als ‘bier’ en ‘tieten’ wat het publiek meer dan begrijpt. Bij de bar is het wat rustiger, waar een aantal bierbuiken met een tevreden glimlach na elk nummer hun testosteron de zaal ingrommen. Terwijl het stagediven, pitten en crowdsurfen onafgebroken doorgaat, wordt de gebruikelijke wall of death er ook nog maar tegenaan gesmeten. Invloeden van post-harcore bands als D.R.I., S.O.D. de begintijden van Suicidal Tendencies en Anthrax smeden dit geheel samen tot een potje lekkere trash die zeer goed te verteren is. Al is het lastig om als trashmetal revivalband uit de jaren tachtig de songs nog origineel te houden, het lijkt Municipal Waste toch te lukken. Menig bezoeker heeft er in ieder geval een leuke herinnering aan over gehouden, zij het in de vorm van een paar blauwe plekken.