Harmonieorkest verrijkt After Forever

Volume bepalend voor intensiteit van orkestmetalconcert

Bas Verbeek, ,

Een harmonieorkest samen met een metalband. Een gewaagde combinatie. Op papier bleken de arrangementen van Koninklijke Harmonie Orpheus en After Forever zich mooi te verenigen. Gisteren op het podium van 013 waren er regelmatig botsingen in plaats van verenigingen. Hoewel het orkest en band op zichzelf prachtspel leverde, vormde het volume en de symfonische geluiden uit een doosje regelmatig een belemmering voor het luistergenot.

Volume bepalend voor intensiteit van orkestmetalconcert

Verschillende groepen uit compleet verschillende muziekculturen samen op een podium. Volgens After Forever en harmonieorkest Orpheus was het gisteren een unieke gebeurtenis dat een harmonieorkest met een metalband optreedt. Een vergroot podium met meer dan zestig muzikanten erop, een volle grote zaal van 013, een enthousiaste band en enthousiast publiek. En een nieuw geluid. ROCKGESCHIEDENIS Voordat de samenwerking in de praktijk wordt gebracht, maakt het Tilburgse orkest Orpheus zich eerst thuis in de rockmuziek door een zestal covers te spelen samen met een paar popmuzikanten van Factorium, het instituut dat dit hele project mede mogelijk heeft gemaakt. Uitvoeringen van ‘Nothing Else Matters’ van Metallica, ‘Sunday Bloody Sunday’ van U2 en ‘Smoke on the Water’ van Deep Purple bijvoorbeeld. Soms worden de uitvoeringen wat saai omdat ze te gewoon worden uitgevoerd, maar verrassende partijen grijpen regelmatig weer de aandacht. Een toegevoegde opvallende melodielijn of een geweldige saxofoonsolo bijvoorbeeld. De rocksessie wordt afgesloten met Skunk Anansie’s ‘Brazen Weep’ waarbij Floor Jansen van After Forever meezingt. GEEN VOLLE GLORIE Weg orkest en plaats voor After Forever. Voordat de gezamenlijke set begint speelt de band acht nummers. Zoals de initiatiefneemster van het orkest al in de aankondiging vanavond zei, zijn er After Forever-fans uit verschillende landen aanwezig en dat is te merken. De mensen die voor het harmonieorkest komen, kunnen nu een kijkje nemen in de echte metalcultuur. Achteraan staan ze geboeid te kijken terwijl fans vooraan meegaan in het enthousiasme van After Forever. Niet overdreven veel, maar de gehoornde handen gaan de lucht in en er wordt wat geheadbangd. Maar de techniek staat niet toe dat de band in volle glorie kan rocken; al bij het eerste nummer begeeft de versterker van gitarist Sander het. Er wordt geprobeerd het probleem te verhelpen, wat gedurende het complete optreden niet lukt. Gevolg is een groot gat in het geluid, een gemis voor de kracht van de band. Bovendien maakt het de situatie rommelig. WEGGEMOFFELD Als het grote moment daar is, is het gitaarprobleem gelukkig verholpen. De orkestleden komen op en krijgen van velen middels geschreeuw een onthaal als popidolen. Na het intro van de vorige cd gespeeld door het orkest kan het concert beginnen. Een lastige klus voor de geluidsman, want een orkest is in tegenstelling tot een band niet gewend om met volume te werken. Daarom wil het nogal eens gebeuren dat de metalgitaristen de blazers wegblazen en dat is jammer. Vooral omdat als de band meer de ruimte biedt aan het orkest blijkt dat er fijn uitgewerkte partijen aan hun repertoire zijn toegevoegd. De volumeknoppen hadden in 013 sowieso omhoog gemogen om de intensiteit meer tot zijn recht te laten komen. Er valt nog meer te zeiken: After Forever is namelijk gewend om een hoop symfonie mee te laten draaien op band en de symfonie aan te dikken via de toetsenpartijen. Ook met orkest doet de metalband dat waardoor het orkest wat wordt weggemoffeld op de achtergrond en je ook niet meer weet waar welk geluid vandaan komt. Want ook het orkest heeft gesmokkeld. In tegenstelling tot aankondigingen en de definitie van een harmonieorkest staat er toch een strijker op het podium, op contrabas. VOLUIT Om te voorkomen dat dit ten onrechte een zeikstuk wordt, valt er gelukkig ook nog wat positiefs te melden. Allereerst is After Forever zo’n band die ondanks het vele optreden in de buurt niet verveelt vanwege indrukwekkend strak spel en unieke prachtvocalen. Het orkest weet dat en speelt daar knap op in. De dirigent maakt vaak hakkende bewegingen en daaruit komen behalve strak blaasspel ook nieuwe melodieën die een extra dimensie geven. In het ene nummer komt het alleen wat beter naar voren dan het andere. Vooral als de orkestleden met de zwaardere instrumenten voluit mogen, spitsen de oren van de luisteraar en is er ruimte voor kippenvel. Een symfonisch nummer als ‘Forlorn Hope’ wordt ook lekker vol ingevuld door de harmonie. Het mag duidelijk zijn dat er een professioneel orkest op het podium staan, maar dat is het dus niet helemaal. Gewoonweg door het volume en symfonische verwarring. Want eerlijk is eerlijk, een symfonieorkest op volle sterkte achter After Forever heeft meer kans op succes. Mocht er een tweede concert komen, dan is te hopen dat iedere blazer zijn eigen microfoon krijgt zodat de tuba tot diep in de buik van de bezoeker doorklinkt.