Apocalyptica middelmatig in 013

Cellometal is strak maar statisch

Bas Verbeek, ,

Eergisteren was Apocalyptica in het land om te spelen in een uitverkocht 013. Dat was leuk, want: deze Finse cellisten spelen altijd strak en hun muziek is uniek. Dat was minder leuk, want: een bandlid was ziek, dus was er een muzikaal gat, de band speelde statisch, de band speelde veel covers en de band speelde nieuw minder herkenbaar werk.

Cellometal is strak maar statisch

Een violist, cellist, toetsenist en zangeres. Het lijkt een geschikte bezetting om te dienen als voorprogramma voor een cellistenband. Muziek als Apocalyptica maakt niemand, maar met de klassieke tint heeft Angelzoom een connectie. Claudia Uhle is de frontvrouw die eerder succes boekte met X-perience. Vandaag profileert ze als een zangeres a la The Gathering’s van Giersbergen met een gotisch klassieke instrumentatie achter zich. Een smakelijke opzet, probleem is echter dat niks gedurfd is. Iedere zanglijn is hetzelfde en drumloops en samples die het geluid vol maken zijn wat knullig. Als je denkt dat alle saaiheid wordt doorbroken door een hoge zangpartij, snap je waarom de stralende zangeres niet van haar standaardpatroon afwijkt. Haar weinig veelzijdige stem bevindt zich hoorbaar in de gevarenzone bij deze hoge zang. Terug in het oude patroon zingt ze het statische optreden met statische muziek uit. Jammer. Apocalyptica. Het begon allemaal als ode aan Metallica. Vier metalfans die cello speelden toverden Metallica nummers om in strakke beukende cellonummers. Dat was in 1996. Bijna tien jaar later is het cellistengroepje geëvolueerd tot bijna ‘normale’ band. Drummer erbij, en op het nieuwe album zijn bekende zangers ingezet om nummers te voorzien van vocalen. ZIEK Daarmee zijn de Finnen een stuk populairder geworden bij het publiek, wat ook vandaag in 013 te merken is. De band verkoopt de zaal uit mede doordat een jongere generatie de band heeft gevonden, zelfs kids die de band zien als idool en dan ook spandoeken hebben meegenomen zijn aanwezig. Zowat ademloos, in ieder geval bewegingsloos, kijkt iedereen naar het strakke spel van de twee Apocalypticacellisten, drummer en huurling. De vierde cellist verliet namelijk een paar jaar geleden de band en is bij live optredens vervangen door een huurling. De andere cellist is vandaag ziek. Mensen die de band nog nooit hebben gezien verbazen zich over het strakke spel. Mensen die ze al eerder zagen merken dat het zieke bandlid zeker niet overbodig is. Een cello minder betekent een hap uit het Apocalypticageluid. COVERKILL Daarmee alleen al kunnen ze niet tippen aan het overdreven gave optreden van twee jaar geleden in dezelfde zaal. Destijds spetterden de vonken alle kanten op. Vandaag zit het drietal vrij rustig op hun ijzeren tronen. Alleen de monsterdrummer zit niet stil. Verbazingwekkend is dat de band een groot eigen repertoire heeft opgebouwd en toch nog een groot aantal Metallica-covers speelt. De drummer verlaat het podium zo nu en dan om het ouderwetse Apocalyptica idee tot zijn recht te komen, bij het repertoire uit de drummerloze tijd klinken de drumpartijen vaak nog steeds onwennig. Soms ook misplaatst als je net opgaat in zweverige partijen en je even later met beide benen op de grond wordt gezet door de drummer. KLAPONZIN Ook misplaatst is dat de band denkt dat ze interactief moeten doen door signaal af te geven om mee te klappen. Dat loopt ritmisch gezien meestal in de soep, en meeklappen bij Apocalyptica? Het is bijna een doodzonde, het is immers geen band die doorsnee popliedjes maakt. De volgende reden dat dit optreden middelmatig maakt, is dat het nieuwe album minder toegankelijk is. Met zangers van The Rasmus en Him lijkt het op een popliedje als je naar het album luistert. De instrumentale versies vandaag zijn moeilijk te volgen en grijpen je niet bij je strot zoals het materiaal van een (drummerloos, tot nog toe beste) album als Cult. Pas tegen het eind komen de cellisten van hun stoel af en daarmee doen ze zichzelf zichtbaar een plezier en daarmee het publiek. Nu pas komt de echte passie los. Tactisch natuurlijk, want het laatste gedeelte van een optreden onthoudt men het meest. Dat het een voorbedachte tactiek is bewijst ook dat fotografen pas op dat bewogen einde van de set foto’s mogen maken van de band. Nog even spetteren de conservatoriumgeschoolden dan toch, maar de extase zoals die in 2003 was te beleven wordt bij lange na niet geëvenaard.