,,Grappig dat je dat zegt. Na de albums Ooit - met Paul de Munnik – en 40 hoopte ik dat ik weer een leveltje hoger zou komen. Dat mensen zien dat je hard werkt en dat dingen in de business dan misschien iets makkelijker zouden gaan. Maar in mijn ogen kreeg ik dat niet voor elkaar. Midlife crisis klinkt meteen wel heel heftig misschien, maar inderdaad ja, ik ging wel twijfelen: is dit het? En moet ik hier net zoveel tijd en energie in blijven steken als ik de afgelopen jaren al doe?”
Hij lijkt DIY te hebben uitgevonden: ook alles rond de release van zijn nieuwe album ‘Liedjes in mineur’ doet rapper Engel weer helemaal zelf. Op 7 februari ziet de plaat het daglicht en het is zijn meest persoonlijke en kwetsbare werk tot nu. “Dit is geen album van ‘handjes in de lucht’.”
Je vorige album heet ‘40’. En wat volgt, is een album van een man die aan bijna alle aspecten van zijn leven lijkt te twijfelen. Zit Engel in een midlife crisis?
Wat was het antwoord op die vragen?
,,Dat was eigenlijk deze plaat, op een of andere gekke manier kon ik daar mijn energie wel weer in kwijt. Liedjes in mineur vind ik namelijk eigenlijk het leukste om te maken. Het is zeker niet zo dat ik dit album jankend heb geschreven, maar het laat wel zien waar ik op dat moment stond als mens.”
Op het album twijfel je of mensen wel op je muziek zitten te wachten. Maar ben je niet al relevant als je als muzikant één mens weet te raken?
,,Ja, dat is zeker zo. De eerste single van dit album, Weg, gaat over dat ik bepaalde OCD-trekjes heb (Obsessive Compulsive Disorder – dwanggedachten en/of - handelingen, red.). Toevallig kreeg ik gisteren nog een mailtje van iemand die dat ook had en zei: ‘Het is net alsof ik dit zelf heb geschreven’. Dat is natuurlijk mooi. Mensen praten hier niet vaak over, ook een beetje uit schaamte.”
Jij nu wel. En dan ook nog openlijk met je publiek. Je hebt ook een liedje gemaakt over dat je hiervoor in therapie ging.
,,Klopt. Mijn maatje Just verwerkt zijn therapiesessies en zijn sores erg mooi in liedjes. Toen ik zelf naar een therapeut ging, vond ik dat ik dat ook maar eens moest doen. Toen ik daar de eerste keer in die wachtkamer zat, vond ik dat wel een leuk idee voor een liedje. Dat werd uiteindelijk Niks Voor Mij.”
Bij ‘Voorschot Op Verdriet’ spreek je de voicemail in van je moeder…
,,Ja, dat nummer gaat over de dood. Dat vind ik nog een moeilijk onderwerp. Ik kom oorspronkelijk uit Hoorn, Westfriesland. En Westfriezen zijn niet de meest open mensen. Ik bedoel: we houden van elkaar, maar we spreken het misschien niet altijd uit. Ik ook niet. Maar in dat liedje zeg ik haar wat ik eigenlijk nooit uitspreek.”
Heeft ze het nummer al gehoord?
,,Nee, nog niet. Ik heb het wel aan mijn broer laten horen, die hield het niet droog. Maar ze krijgt het honderd procent te horen en sowieso natuurlijk voordat het publiek het te horen krijgt. Mijn ouders hebben me altijd verschrikkelijk gesteund in de muziek. Ze vinden het ook wel knap, hoe ik het allemaal doe: leven van en voor de muziek, terwijl je geen bekende artiest bent, zeg maar.”
Eerst was je mijn liefde, nu ben je een liedje…
,,Precies, die komt uit Breek van het album Schatgraven (2018). Op dat liedje ben ik nog steeds wel trots, eigenlijk.”
Als soloartiest werk jij graag samen met anderen op je albums. Een van de meest opvallende samenwerkingen op ‘Liedjes In Mineur’ is die met Elsa Birgitta Bekman (o.a. Popronde 2024) – ogenschijnlijk iemand die muzikaal aan de andere kant van het spectrum zit. Hoe hebben jullie elkaar gevonden?
,,Ja, ik zeg wel ‘het is een soloalbum’, maar stiekem hebben er 25 mensen aan gewerkt. Elsa komt ook uit Hoorn en ik ken haar gewoon uit de kroeg. Ik wilde al best wel lang met haar werken, want ik vind haar verschrikkelijk goed in wat ze doet. Vooral in haar Franstalige liedjes is ze groots en meeslepend en het leek me heel vet als zij iets Frans zou kunnen doen op Liedjes In Mineur. En dat is dus gelukt! We hebben wel ieder een heel andere manier van schrijven: zij is meer van het voelen, ik meer van het werken. Dat was wel een ontdekkingstocht waarin ik me iets relaxter moest opstellen. Zo van: wat voel jij hierbij? Ik versta geen Frans, maar van wat zij maakte, voelde ik wel dat dit het moest zijn.”
Ook Paul de Munnik speelt op deze plaat weer mee. Na de comeback van Acda & De Munnik is hij waanzinnig populair. Heeft dat ook effect gehad op jouw streams en verkopen?
,,Haha nee, ik had dat eerlijk gezegd misschien wel een beetje verwacht, maar dat valt tegen. Kennelijk zijn de mensen die Acda & De Munnik leuk vinden ook echt mensen die Acda & De Munnik willen horen. Ik heb ze gezien in de Ziggo en met mijn moeder in Ahoy. Dat vind ik wel fantastisch, dat ze voor zoveel mensen staan. Toch stonden wij samen twee jaar geleden ook in een klein tentje op De Parade. En dat doet Paul met evenveel enthousiasme. Als wij samen aan een liedje werken, heb ik nooit het gevoel dat hij het een belangrijker vindt dan het andere.”
Je vraagt jezelf op deze plaat openlijk af wat of wie je zou zijn zonder de muziek. Betekent dit dat ‘Liedjes in mineur’ wel eens de laatste plaat van Engel zou kunnen zijn?
,,Ik vind het altijd een beetje slap als mensen zeggen: ‘Dit is mijn laatste plaat’ en dan komen ze er later op terug. Vooral rappers hebben daar een handje van. Maar ik denk dat iedereen die volle bak voor zijn passie gaat, zich wel eens afvraagt wat hij is zonder die passie. Omdat het zo’n onderdeel is van je ‘zijn’ en dat geldt dus voor mij ook. Maar nu ik zie dat de tickets van de shows goed verkopen, voel ik me wel weer gesterkt om door te gaan. Ik ben ook best trots op die tour, het is een aardig lijstje geworden. Ik ben dus over dat twijfelheuveltje heen, maar ik ben misschien nog wat zoekende.”