Niemand ontkent het als je de EP beluistert van MØDI. De gelijkenissen met de stem van frontman Jasper Kaldenbach en Thom Yorke zijn er, maar verschillen, want MØDI heeft wel degelijk een eigen geluid. Het gaat meer de ‘progressive’ kant op. Dat komt ook door de stevige elektro die op de hele EP door is te horen. Een vierkoppige band met naast de elektro ook nog eens gitaren en drums. Het is niet alleen ‘standaard rock’, zoals de band zichzelf omschrijft, maar het is veel meer dan dat. MØDI maakt misschien wel filmmuziek, alleen moet er dan nog wel een filmregisseur daar het lef voor hebben om deze muziek in een passende film te zetten. Hoewel in de creatieve sector bijna alles mogelijk is.
De Amsterdamse band MØDI hebben hun gelijknamige debuut EP gepresenteerd. Eerder hebben ze al de nodige optredens gedaan, zoals eerder dit jaar tijdens de derde voorronde van de Rob Acda Award. Tijdens die avond valt al de gelijkenis op met Thom Yorke op van Radiohead. Dat is bij de releaseshow in de Amsterdamse Nieuwe Anita op 27 mei niet anders.
Filmmuziek
Progressieve songs
Verschillende muziekachtergronden
Alternative geluid
Een ‘alternative’ geluid klinkt wel degelijk door in de muziek die MØDI maakt. Het is vooral muziek die een bepaalde stemming verwoord, wat weer komt door de vette synthesizers. Om de band ‘een bij elkaar geraapt zooitje’ te noemen gaat wel te ver. Wat het geluid van de band uniek maakt, heeft vooral te maken met de verschillende achtergronden van de bandleden. Thom Schotanus die deel van de band uitmaakt, heeft bijvoorbeeld een verleden bij het illustere Jagd. Met dit alles heeft het de Amsterdamse band daarmee al de nodige opgeleverd in de vorm van optredens, voordat ze deze EP hebben uitgebracht waarop vijf tracks zijn terug te vinden.
Afwisseling van gitaar en synthesizer
Mix van melancholie en symfonie
Alleen de opening met 5/8 is inderdaad sterk te vergelijken met Radiohead, maar eigenlijk ook weer niet, want de synthesizers en het enorme bombastische elektro geluid maakt het progressief. Before gaat weer totaal een andere kant op en daar komt meer het gitaargeluid naar voren. Het nummer heeft een deinend karakter in het eerste deel, om vervolgens te ontaarden in haast een symfonische track in het tweede deel. Floating heeft weer iets melancholisch. Siren is dan vergelijkbaar als filmmuziek die je in een Dick Maas film kan verwachten. De intro is sterk aangezet met een synhesizer. Het slotstuk Most Intense Love Around is zoals in de titel als meegegeven een intens nummer. Echt een song die lang na resoneert.