De thermometer gaat richting het vriespunt, maar wie denkt dat Maastricht zich onder dekentjes en met een goed glas rood opsluit, heeft het mis. De stad is met vlagen een (gezellige) chaos in deze feestmaand: kerstmarkten, schaatsbanen en een slakkengang door overvolle straten. Parkeren is al een avontuur op zich, maar met wat geluk vinden we een plekje. Geen kerstmarkt voor ons vanavond, wél een portie oorverdovende rock. In de goedgevulde Muziekgieterij staat DOOL, de band rond Raven van Dorst, klaar om Maastricht een avond te geven die harder verwarmt dan glühwein.

Je zult altijd zien, is de auto net opgewarmd, ben je al gearriveerd op de plaats van bestemming. Zo ook nu: we parkeren onze auto terwijl de shuffle-functie heeft bepaald dat Pommelien Thijs met ‘Het Beste Moet Nog Komen’ het laatste nummer mag brengen voor we de kou ingaan. Gelijk heeft ze, want DOOL vormde afgelopen zomer op Pinkpop een van de absolute hoogtepunten. "Een ode aan onze ongrijpbaarheid" noemde Van Dorst het. En die ongrijpbaarheid staat ook vanavond centraal. Te beginnen bij support-act Habitants, die we dit jaar al verschillende keren aan het werk zagen. De band, een tijdje geleden opgericht door The Gathering gitarist René Rutten, brengt de Muziekgieterij een set die afwisselend genoeg is om te blijven boeien. Die afwisseling brengt ook enkele ingetogen momenten met zich mee, wat het gepraat in de zaal geen goed doet. Een groepje pal achter ons presteert het zelfs om het volledige halfuur te vullen met gebrabbel over de line-up van Pinkpop, de kerstversiering en tv-programma’s. Ga dan naar de kerstmarkt, zou ons advies zijn. Dat gezegd: we weten intussen dat Habitants kan betoveren, maar vanavond blijft die magie helaas achterwege en dat valt zeker niet volledig te wijten aan de podiumprestatie.

Habitants

Habitants

Als DOOL stipt om negen uur het podium betreedt verstilt het kletsende publiek. ‘Venus in Flames’ trekt meteen de volle aandacht en de geluidsmuur wordt direct opgetrokken. Meteen is ook de kracht van DOOL hoorbaar: de band weet keiharde rocknummers op een dusdanige manier te brengen dat zowel een Q-Music luisteraar als een Samhain bezoeker er gading in zou kunnen vinden. DOOL houdt niet van hokjes en dat voel je. Het is muziek die even goed werkt op Roadburn als op Pinkpop of Paaspop, telkens met lovende kritieken als resultaat. En geef nu toe: als bij ‘Hand of Creation’ gitaristen Nick Polak en  Omar Iskandr laten zien wat ze in hun mars hebben, kun je niet anders dan met open mond staan kijken. Hoewel iedereen zijn plek mag hebben bij een DOOL-concert (en eigenlijk bij ieder concert), voel je aan alles dat niet iedereen helemaal weet hoe zich te gedragen. Bij vlagen valt het angstvallig stil na een nummer en ook de participatie tijdens de songs is minimaal te noemen. Van Dorst grapt tussendoor ook meermaals over het opvallend ‘lieve’ publiek: “zijn jullie bij het verkeerde concert ofzo?”, brengt de frontpersoon heerlijk ongenuanceerd, zoals alleen hen het kan zonder dat iemand er iets kwaads achter zoekt.

DOOL

DOOL

Dat anderhalf uur rock voorbij kan vliegen, bewijst DOOL vanavond. Net als je oren dreigen te bezwijken onder het spervuur van gitaren, weet de band perfect gas terug te nemen. Bij ‘House of 1000 Dreams’ bijvoorbeeld, een prachtig nummer over de dromen van kinderen. “Het is niet makkelijk om nu als kind op te groeien en niet te weten of je je dromen ooit kan waarmaken”, vertelt Van Dorst, een moment van bezinning na een eerder hilarisch onderonsje met de kok van de Muziekgieterij, die vanop het balkon zichtbaar meegeniet. Tijdens het nummer valt eens te meer op hoe sterk Van Dorst vocaal is geworden, zowel in de hoge als lage regionen. De zaal, zojuist nog bulderend van het lachen, hangt nu doodstil aan hun lippen. DOOL weet perfect de balans te vinden tussen humor en intensiteit en dat is precies waarom ze blijven boeien. Het slotstuk vormt ‘Oweynagat’, waarin de band laag voor laag opbouwt tot een absoluut waanzinnige climax. DOOL bewijst dat het tot de top van de Nederlandse rockscene behoort, zonder dat het zich in een hokje laat stoppen. De ‘ode aan de ongrijpbaarheid’ blijft fier overeind en ook vanavond is het witte doek dat achter de band schittert met vlagen gehuld in alle denkbare kleuren.

DOOL

DOOL

DOOL

DOOL