Zomerparkfeest dag 4

Bo Saris, Decennium en Thomas Azier

Ruud Everaerts ,

De laatste dag van het Zomerparkfeest in Venlo heeft te kampen met regen, maar dat belet het publiek niet te genieten van de prachtige muziek. We lichten er drie uit, waarvan twee met een nadrukkelijk Venloos tintje.

Dat begint al met de band die rond 16.45 in de grote tent staat. Decennium is door en door Venloos en heeft een roemrucht verleden. Veertig jaar geleden, in de tijd van flower power en de hippies, namen ze de LP "Song of the Sad Times" op en ging hun naam door het hele land. En nu zijn ze weer bij elkaar. Het is een reünie, van bandleden en publiek, dat ook voor een groot deel uit vijftigplussers bestaat. Dit is de muziek van hun jeugd. Maar wat geeft het. Mijn eigen motto is al jaren: "niets mooiers dan ouwelullenmuziek". In de jaren zestig en zeventig is muziek gemaakt voor de eeuwigheid.
Zelf refereert de band met humor aan de tijd waar zij vanaf komen. Als het inzetten van het volgende nummer wat langer duurt: "We draaien nu de plaat om. Even de naald er goed opzetten."
Het typerend geluid van gitaren en hammondorgel en de combinatie van folkrock en westcoast doen hun werk. Wat we horen zijn afgestofte pareltje. En ze blinken als vanouds.

Het regende en daarom werd Thomas Azier ineens geconfronteerd met onverwacht veel publiek. Een groot gedeelte van het publiek was niet zozeer geïnteresseerd in de muziek als wel in de beschutting van de tent waar het optreden plaatsvond. Dat is lastig spelen, maar ook een uitdaging. De kans om je te laten horen aan een groot publiek.

Thomas Azier doet daar wat weinig mee. Het contact maken met het publiek zit er bij dit duo niet heel erg in. Wat ook bevreemding wekt is dat de muziek voor een groot gedeelte uit een voorgeprogrammeerde synthesizer komt. Het blijft onduidelijk wat de mannen nu echt live doen. Geen basgitaar te zien, en toch vormt de baslijn een belangrijk bestanddeel van wat je hoort. De mannen geven soms wat extra percussie, bovenop een basistrack, en soms geven ze een synthesizersolo weg. Maar wat is echt, en wat is playback?

Wat we zien is een voorgeregisseerde show, met rook en lichteffecten. Mooi en goed in zijn genre. De zanger is ook niet bang voor wat toneelspel met theatrale gebaren. Maar of hij onder regenvluchtelingen fans wint, blijft de vraag.

Qua muziek is er gelukkig wel genoeg te beleven om dat niet uit te sluiten. De show is wat onpersoonlijk, maar dat neemt niet weg dat er menig sterke song voorbij komt. Veel van de nummers hebben iets ongrijpbaar pakkends. Absoluut aangenaam.

Wat een jongensdroom moet dat zijn. Barstend van het talent uit Venlo vertrekken, talentenjachten winnen, Paradiso in Amsterdam uitverkopen, North Sea Jazz platspelen, opnames maken in een studio in Engeland onder auspiciën van het beroemde Decca label en na een Europese tour door Frankrijk, België, Oostenrijk en Wales weer arriveren in je geboortestadje Venlo. We vroegen ons af of hij nog Venloos kon spreken.

Bo Saris liet er al vanaf het allereerste begin met zijn aankondigingen in het "plat" geen twijfel over bestaan: hij heeft Venlo nog steeds hoog in het vaandel en is gruëts op zijn stedje. En Venlo is gruëts op hem.

Hij strooit een prachtige collectie songs over het Julianapark uit. Goede nummers die geschreven zijn op zijn fantastische stem. Nee, hij heeft de afgelopen jaren absoluut niet stilgezeten. Gekleed in colbertje, geruggesteund door een band waaraan alles klopt, levert hij soul en funk van de hoogste plank. Bonuspunten voor het gedistingeerd do-wopkoortje van twee man, dat voor een prachtige vocale bedding zorgt. Het was genieten. Bo Saris is terug in Venlo en iedereen, Bo zelf niet in de laatste plaats, geniet van elke seconde.