Zomerparkfeest Venlo dag 2

Camping vol belevenissen

tekst: Stan Steeghs, Ben Stam, Ruud Everaerts foto's: Anke Delissen, Pascal Lemlijn ,

Zwijmelende pubermeisjes bij een singer-songwriter, zwijmelende mannen bij een pianomeisje, ongebruikelijke Ethiopische geluidstexturen met een groove, ingetogen folk uit Utrecht, een pikante entertainster, en een jaren 50 rock 'n' roll combo om helemaal op los te gaan. Er was heel wat te zien en te beleven op de camping van ZPF 2013 deze tweede dag.

Een van de revelaties van Nederlandse popmuziek van de afgelopen tijd is Mister & Mississippi. De band opent vandaag in het Circus. De Utrechters zijn al redelijk populair in Nederland en dat is ook vanavond meteen te zien: de grote tent staat goed vol. Met het debuutalbum en onder andere een 3FM Award als beste nieuwkomer braken ze meteen door op Nederlandse bodem. Vanavond beginnen ze heel ingetogen en weten ze vanaf het eerste moment te boeien. Het folk/pop kwartet staat (en zit) op een lijn op het podium. Wat Mister & Mississippi zo goed maakt zijn de harmonieën tussen zanger Samgar en zangeres Maxime. Hier krijg je geen genoeg van. Muzikaal is het goed, maar het geluid is vanavond niet optimaal. Vooral de schuiven van de gitaren hadden wel wat omhoog gemogen. Hierdoor kan de band vanavond in het Julianapark niet alles laten zien wat ze in huis hebben. Ondanks dit blijft ieder bandlid vol geconcentreerd en weten ze de harten van het publiek te veroveren. Vooral het blokje met 'Nemo Nobody', 'Same Room, Different House' de tweede single en de laatste, toepasselijke single 'Follow The Sun' is erg sterk. Zanger Samgar is bescheiden: "Wij zijn een bandje uit Utrecht". Maar vanavond laat Mister & Mississippi horen meer te zijn dan een bandje. Het afsluitende nummer is 'Northern Sky', de eerste single waarmee ze het grote publiek bereikte. Ook dit nummer wordt prachtig uitgevoerd. De aanstekelijke, dromerige folk van het viertal opent de tweede festivaldag op mooie wijze. Het slotakkoord van 'Northern Sky' doet zelfs een klein beetje denken aan Sigur Ros. De tweede festivaldag is geopend! (SS)

Om half negen is op het hoofdpodium het woord aan Nielson. De jongen die hoge ogen gooide bij het programma "De Beste Singer-Songwriter van Nederland" is absoluut iemand om in de gaten te houden. Net niet uitgekozen als de winnaar van die talentenjacht, maar wel degene die met zijn zelfgeschreven gladde popliedjes de meeste kans maakt op hitparade-succes. Gladde popliedjes heb je in soorten en maten, maar momenteel richt Nielson nogal sterk op de feelgood niets-aan-de-hand-thema's van het huiselijke leven en de liefde die hij voelt voor zijn vriendin. Het gaat erin als koek bij de zwijmelende pubermeisjes die massaal op het optreden van Nielson zijn afgekomen.

"Het voelt goed" is het Leitmotiv in zijn werk, én in zijn podiumpresentatie. Nielson is een podiumbeest dat in mum van tijd een band met zijn publiek opbouwt. Af en toe laat hij wat nieuwe nummers horen, werk dat misschien op zijn debuut-cd gaat komen. Dat album zal er wel komen, daar hoeven we niet bang voor te zijn. 3voor12 limburg is meer benieuwd naar zijn tweede album. Benieuwd of hij die meer tragische, diepmenselijke kant van het bestaan ook in catchy hits kan stoppen. Dat het potentieel daarvoor aanwezig is, blijkt uit het liedje dat ontstond toen "De Beste Singer-Songwriter" hem pushte om eens zijn versie te schrijven van een protestsong. Dat leverde "Je Kent Me Niet Eens" op. Een a-typisch nummer, een agressieve rap, met een enorm pakkende hook, en absoluut een hoogtepunt uit zijn werk. (RE)

Vandaag bestaat Trio Kazanchis uit vier muzikanten. Behalve Gabien Duscombs (drums) en Jeroen Visser (baritonsax, toetsen) heeft de Ethiopische frontman Mèssèlè dit keer ook een mannetje op de Afrikaanse éénsnarige viool. Zelf bespeelt Mèssèlè de krar, een Ethiopisch instrument dat een soort kruising is tussen een gitaar zonder hals en een harp. Hij heeft dit instrument versterkt met een gitaarelement en gebruikt ook gitaareffecten om de meest wonderlijke klanken uit zijn instrument tevoorschijn te halen. De krar is blijkbaar geen makkelijk instrument om te bespelen, niet elk idee lijkt uit de verf te komen. Hij improviseert erop los, net als de rest van de band, trouwens. Na verloop van een paar nummers legt Visser, die je wellicht nog kent van The Ex, zijn sax neer en schakelt over naar toetsen. Daarmee verzorgt hij meteen een solide baspartij. Samen met drummer Duscombs legt hij zo duidelijke grooves neer, waaroverheen de 'krarrist' en de violist naar hartelust hun gang gaan. Dat werkt, dat geeft de luisteraar een beetje houvast. De eerste mensen beginnen een dansje voor het podium. Na Visser, zoekt ook Mèssèlè contact met het publiek. Hij laat de inmiddels aardig aangegroeide menigte 'Tsjé, Tsjé' meegillen. Vanaf dat moment zingt de frontman ook wat vaker. Het lijken bijna wel liedjes. Dit is zeker een interessant optreden. Je wilt toch weten waar al die ongebruikelijke geluidstexturen vandaan komen. Maar als Mèssènè wat minder zou freaken en meer in dienst van de groove zou spelen, zou Trio Kazanchis meer mensen aan het dansen krijgen. (BS)

Het is de warmste dag van het jaar en die slaat ook toe in Venlo. Vrouwelijke rapper Gnucci komt iets later dan gepland het podium op samen met haar dj. Het Zweedse duo is vanavond met deze temperaturen op de juiste plek: het is bloedheet en dus komt de Tropical Bass van deze dames vanavond goed te pas. Bij het begin van het optreden staan er slechts vijftien mensen in de tent. Veel mensen kijken vanuit buiten naar het podium. Naarmate de eerste beats klinken stappen de eerste mensen voorzichtig naar binnen. Wat moeten we verwachten van deze Zweedse vrouwen?

Nou, goed is het allerminst. Het is niet van een hoog niveau: de dj draait plaatjes en Gnucci zingt, of ja, rapt zo af en toe mee. De entertainmentwaarde is echter erg hoog. De pikante Gnucci danst over het hele podium en springt van het podium op om de mensen op te zwepen. Dit lukt haar erg goed en er wordt dan ook gedanst op de mix van balkan, jungle, house en electro. Het wordt naarmate het optreden duurt steeds drukker en dit is op het conto te schrijven van de frontvrouw: ze trekt alle aandacht naar zich toe. Het is zweten geblazen op de Tropical Bass van Gnucci en haar vriendin. Zweten met Zweden in Venlo. (SS)

Laura Jansen brak door met haar versie van 'Use Somebody' en tegen de tijd dat ze die troef uitspeelt, eet het publiek uit haar hand. Maar ook de hitjes Bells, Single Girls, Same Heart (het duet dat ze opnam met Keane-zanger Tom Chaplin) en Queen Of Elba zijn door de uitgebalanceerde set heengestrooid. Je komt er achter hoeveel muziek je van deze Nederlands-Amerikaanse singer-songwriter eigenlijk al kent. De zangeres zoekt direct contact met het publiek, verklaart ons na drie nummers al de liefde en zingt als een nachtegaal. Haar band is aanwezig, maar trekt nooit de aandacht weg van de leading lady, die afwisselend voorop het podium achter haar microfoon staat en dan weer links op het podium achter haar keyboard plaatsneemt voor een gevoelige pianosong. En dat is prettig, er gebeurt altijd wel iets op het podium. Lichte herkenning bij het publiek bij Smalltown Boy (Bronski Beat). Petje af voor drummer, bassist en toetsenist/gitarist, die loepzuivere koortjes verzorgen onder Jansens soepele zanglijnen. En net als op haar onlangs verschenen album Elba, klinken af en toe samples en beats, die de meer uptempo liedjes een modern tintje meegeven. Waarmee bijvoorbeeld het nummer Golden ('We are golden') een beetje naar dance lonkt. Aan het eind van het optreden verlaat de band het podium en zit Jansen alleen achter haar piano. Ze vraagt het publiek om mee te helpen om de techno in een naastgelegen tent te overstemmen. En iedereen zingt dan ook mee met Use Somebody. Hier heeft Laura Jansen naartoe gewerkt. Het is 'af'. Niemand die er dan ook een probleem mee heeft dat de laatste vijf minuten speeltijd onbenut blijven. Knappe show! (BS)

De avond is gevallen, de temperatuur is gedaald tot 30 graden Celsius, en dit is precies waar het in groten getale opgekomen publiek naar snakt: simpele rock 'n' roll en hillbilly waarop gedanst kan worden. Doghouse Sam and the Magnatones is de juiste band op de juiste plaats. Het publiek is dolenthousiast. Wat brengt Doghouse Sam? Muziek die zo uit de jaren vijftig had kunnen komen, met als frontman een sympathieke Belg, die zijn instrument, de elektrische gitaar, uit de kunst beheerst. Er kan gedanst worden, en dat laat het publiek zich geen tweede keer zeggen.

Doghouse Sam and the Magnatones bestaat uit drie instrumentalisten. Naast de drummer, speelt de bassist op een grote contrabas, zo een als uit zo'n combo dat Elvis Presley ooit had. De frontman, in de eerste plaats gitaarspeler, zorgt zowel voor het akkoordenwerk als de solo's daaroverheen. En, naar eigen zeggen, "daar probeer ik bij te zingen". Oprechte bescheidenheid op dat vlak dus en terecht, maar de vocale bijdragen voldoen aan hun doel: adequaat een stukje rock 'n' roll neerzetten.

Vernieuwend is het allemaal niet, maar de band zet er de zaak mee op de kop. Af en toe wordt geëxperimenteerd. Drumsolo's, bassolo's, gitaarsolo's, een heel prominent stuk mondharmonica-hogeschoolwerk. Ach, het nodigt voldoende uit tot dansen zoals op blues gedanst kan worden. Maar nooit gaat de muziek over de lijn waardoor je denkt: hier gebeurt iets unieks. Maar dat was misschien ook helemaal niet de bedoeling. (RE)