Vorig jaar vond Jera On Air voor de eerste keer plaats op de huidige locatie aan de Agrobaan in Ysselsteyn die goed zichtbaar is vanaf de N270. Eigenlijk is deze locatie voorbestemd om dienst te doen als industrieterrein, maar gezien de economisch slechte tijden wil het met deze plannen nog niet vlotten. Dat komt prima uit voor de organisatie van Jera On Air. Via een pad is het sportpark van de plaatselijke voetbalclub namelijk ook goed bereikbaar. Op een van de velden is daar de festivalcamping ingericht en het clubgebouw doet dienst als ontvangstruimte en backstage voor de bands. Ideale omstandigheden voor het geheel door vrijwilligers gedragen maar daarom niet minder professioneel georganiseerde festival.
Jera On Air vierde dit jaar alweer haar 20 jarige bestaan. In 1992 begon het festival onder de naam Jera Open Air en met een vrachtwagentrailer als podium. Sindsdien groeit het festival jaarlijks stukje bij beetje. In vergelijking met vorig jaar is er met Boomshakalak bijvoorbeeld weer een podium bijgekomen. Eigenlijk is Boomshakalak zelfs een geheel met houten objecten ingerichte chill-outruimte waar de bezoekers tot tien uur door de Boomshakalak DJ’s werden vermaakt met relaxte reggae en skamuziek. Goed toeven voor bezoekers die al het hardcore en punkgeweld even wilden ontvluchten.
Vroeg op de middag is er echter nog geen ontvluchten aan. De Belgische post-hardcoreband Set Things Right laat met een strakke set horen waarom zij de terechte winnaars waren van Jera’s bandcompetitie Guts & Glory en daarmee de main stage in de grote tent mogen openen. Op de Rockhand-stage in de nog mager gevulde kleine tent trakteert Feed The Rhino, afkomstig uit het Engelse Kent, het publiek op een strakke bak zelfgenaamde noise ’n roll, een furieuze mix tussen metal en rock ‘n roll. Het is nog vroeg en het publiek beweegt nog niet veel, waarop zanger Lee Tobin besluit om tijdens een van de laatste nummers tussen het publiek te gaan staan zingen. Tijdens het laatste nummer trekt de bebaarde frontman zijn zwarte hemd uit. Een teken dat de band, ondanks het feit dat ze nog maar aan het begin van een intensieve Europese tour zijn, vol gas heeft gegeven. Dit wordt door het publiek dan misschien niet beloond in beweging, maar wel met een royaal applaus en gejuich. Voorin de kleine tent is overigens te aan het vertrapte gras te zien dat het de avond ervoor gezellig is geweest bij het jubileumprogramma met bands als No Turning Back en Mark Foggo.
Straightaway uit Frankrijk komen in de grote tent op met een intro van een absurde speech uit de film Team America: World police. Zoals veel bands in het genre gebruiken zij blijkbaar ook puberale humor in de vorm van flauwe poep, plas en sexgrappen. De snelle skatepunk afgewisseld met originele grooves wordt strak gespeeld en wat opvalt is dat de aankondigingen tussen de nummers door in accentloos Engels gedaan worden. De band wordt echter geteisterd door een veel te schelle geluidsmix wat hun optreden niet ten goede komt.
De DJ-stage werd twee jaren geleden voor het eerst provisorisch ingericht op de oude locatie. Inmiddels is het uitgegroeid tot een volwaardig podium met een line-up van regionale maar ook gevestigde nationale en internationale dj’s en acts in de genres electro, dubstep en drum ’n bass. De stage wordt geopend met dubstep door het dj-collectief met de nietsverhullende naam: Horst aan de Massive. Hierna warmen twee acts van het regionale en flink aan de weg timmerende management bureau Grip Music het publiek verder op. De uit Oirlo afkomstige dj Lucky Done Gone bouwt zijn set lekker op waarmee hij met hulp van de opzwepende mc van het podium, Mster, de eerste beweging in het publiek krijgt. Lephen en Thirteen, afkomstig uit Venray, kunnen hier met hun back-to-back set lekker op voortbouwen.
Ondertussen maakt de Amsterdamse band The Charm The Fury, ondanks hun nog maar korte bestaan, indruk in de kleine tent. De band klinkt en oogt fris en straalt dat over op het in beweging gekomen publiek. Een aanwinst voor het genre, metalcore, waarin The Charm The Fury opereert. Daar draagt de ijzersterke frontvrouw Caroline Westendorp, bij wiens vocalen menig mannelijke strot verbleekt, een flinke steen aan bij. Na het laatste nummer ‘Dirty South’ merk je aan het publiek dat het zin heeft in meer. Met de vijfnummerige debuut-ep ‘The Social Meltdown’, die eind mei verschijnt, kan de honger misschien een beetje worden gestild.
Bij de opkomst van Attack! Attack! klinken loeiende sirenes die dienst doen als intro. Veel vooral jonge vrouwelijke fans zijn speciaal voor deze band naar Ysselsteyn gekomen en hebben zich massaal vooraan tegen de hekken verzameld. Vanaf het eerste nummer krijgen de Welshmen dan ook de handjes in de lucht. Wat opvalt is dat zanger Neil Starr tijdens de eerste twee nummers nog zijn gitaar moet stemmen. Dat ze trots zijn op hun afkomst laten ze met een knipoog merken door het publiek in het Welsh ‘whohohoho’ mee te laten zingen. Met het spelen van cover ‘My Sharona’ van The Knack, dat in hun eigen gelikte poppunk-jasje gegoten is, is het feestje compleet.
Gelikt is in ieder geval niet het juiste woord om This Is Hell te omschrijven. Al draagt zanger Travis Reilly een jack met een beeltenis van Noël Gallagher op zijn rug. Waarschijnlijk met een knipoog, want met het relatief keurige britpop heeft deze band ook niks te maken. De band uit Long Island brengt een ouderwetse pot New York-hardcore, compleet met een rondspringende spierbundel van een gitarist met een zweetdoek en vol tattoos. Ook voor deze band zijn speciaal wat fans gekomen die vooraan door de voorgehouden microfoon voortdurend een schreeuwkoortje vormen.
Authority Zero speelt in de grote tent een enthousiast gebrachte mix van ska, reggae en punk en in de kleine tent krijgt het zeskoppige P.O. Box, compleet met trompet en trombone, het publiek lekker aan het skanken op hun skapunk. Het Engelse Young Guns speelt makkelijk in het gehoor liggende alternatieve rock die zowel op plaat als live in Ysselsteyn lekker klinkt. Zeker met de singles ‘Weight Of The World’ en ‘Bones’, van het gelijknamige laatste album, is helemaal niets mis. Maar dan is er ook nog zoiets als uitstraling. Blikvanger van de band is vanaf het eerste moment zanger Gustav Wood die met zijn poses en aanstellerige armzwaaien snel op de zenuwen gaat werken. De jonge meisjes vooraan zullen het waarschijnlijk prachtig vinden, prima. Voor anderen is het een reden om snel de grote tent te ontvluchten. Ook opvallend was dat de band met een vervangende drummer speelde. De originele drummer, Ben Joliffe, stond vanaf de zijkant wel zijn zangpartijen te doen. Het kon waarschijnlijk niet anders, maar het zag er wel knullig uit.
Zangeres Cindy van der Heijden van de hardcore band All For Nothing bekende zich te schamen dat ze voor dit optreden nog nooit van het festival Jera On Air hadden gehoord. Blijkbaar was het festival nog niet bij iedereen in hun thuisstad Rotterdam doorgedrongen. Daar kan de band dan vanaf nu een mooie bijdrage aan leveren. De kleine tent was minder gevuld dan bij de vorige optredens, maar dat krijg je als je net voor het afscheidnemende de Heideroosjes geprogrammeerd staat. All For Nothing laat zich er niet van weerhouden met zichtbaar plezier een overtuigende show weg te geven.
Aan de volgepakte grote tent te zien, heeft een groot deel van het publiek uitgekeken naar het zevende (!) en laatste optreden van de Heideroosjes op Jera On Air. Presentator Ferdi Seuren zegt het dan ook heel treffend: "Dit is de band waar heel veel van jullie, hardcore-punk kids, op hebben leren pogoën en stagediven. Need I say more?" De Roosjes spelen overal tijdens hun afscheidstour waarschijnlijk een reeds vooraf gewonnen wedstrijd, zo ook hier. Met een zoals altijd energieke show gevuld met klassiekers als ‘I’m Not Deaf, I’m Just Ignoring You’ en vaste afsluiter ‘United Scum’ schreeuwt en beweegt het publiek van begin tot einde mee. Bijzonder is het spelen van de in een punkjasje gegoten Rowwen Hèze-cover ‘De Peel In Brand’, de ode aan The Ramones en de medley van eigen Nederlandstalige klassiekers als ‘Punica’, ‘Goede Tijden, Slechte Tijden’ en ‘Teringtyfustakketrut’. Dit is echter nog niet het laatste optreden van de band in Limburg. Na Egopop in Egchel volgt ook nog een slotconcert op 7 september in de Bondszaal in America georganiseerd door OJC Cartouche, waar het voor de Heideroosjes ooit allemaal is begonnen.
Na het optreden van de Heideroosjes is een groot deel van het publiek even uitgeblust. Vandaar dat het bij het optreden van Larry And His Flask in de kleine tent helaas niet zo druk is. Het feest was er echter niet minder om. Ook op een snelle mix van folk, gypsy en country blijkt er gestagedived te kunnen worden tot groot plezier van de Amerikanen die er hierdoor aangemoedigd nog een schep bovenop doen. Eigenlijk een ideale band om een festival feestelijk af te sluiten.
Voor wat het bandgedeelte betreft is die eer echter weggelegd voor Lostprophets. Deze gevestigde internationale naam heeft de organisatie dit jaar toch maar mooi als enige festival in Nederland kunnen boeken. Zeker net na het uitbrengen van het weinig vernieuwende doch sterke vijfde album ‘Weapons’ zou je zeggen dat de band gewild is op de festivals dit jaar. De band opent met de sterke eerste single van het nieuwe album ‘Bring ‘Em Down’. Het nummer knalt er op zich meteen lekker in, maar tegelijkertijd staat het geluid wel erg hard. Dit blijkt het hele optreden helaas een beetje een verlammende werking op het publiek dat hierdoor nooit echt los wil komen. Op het podium gebeurt er qua presentatie te weinig om het publiek op te zwepen. Zanger Ian Watkins lijkt flink aan gewicht gewonnen te hebben en lijkt, aan zijn slome bewegingen te zien, niet echt fit voor de tour door Europa, Canada en de Verenigde Staten. Jammer, want met het inmiddels opgebouwde sterke repertoire, met prijsnummers als ‘Burn Burn’ en ‘Last Train Home’ zou ieder festival voor de bijl kunnen gaan.
Op weg naar de uitgang van het festival blijven veel mensen toch nog maar even plakken om nog een keer los te gaan bij de DJ-Stage waar de Engelse dj High Rankin’ het festival definitief in het slot gooit met een geweldige portie beukwerk uit de genres dubstep en drum ’n bass. Tot volgend jaar!
[Meer foto's volgen nog.]