Podiumvrees voorronde 2

Oudgedienden maken weer de dienst uit

Ernest Poelma, ,

Podiumvrees in Ernesto’s, dat betekent: volle bak, goede sfeer, enthousiast publiek en vooral niet teveel op de tijd letten.

Oudgedienden maken weer de dienst uit

Was Ernesto’s vorig jaar nog het decor voor de wat meer popgeoriënteerde podiumvreezers, deze keer biedt het Mexicaans restaurant onderdak aan vier bands in de wat hardere genres. Een uurtje later dan de bedoeling is gooit ‘Harlequins Deceit’ de boxen open. Deze band heeft al haar, vooral jonge, fans opgetrommeld. Deze staan trouw voor het podium mee te klappen, maar de mensen die niet bekend zijn met de band lopen er niet echt warm voor. Het muzikale gedeelte zit goed in elkaar, met vloeiende gitaarsolo’s en strak bas- en drumwerk. Helaas zijn de vocalen weer eens onverstaanbaar, maar goed, dat hoort bij het genre en schreeuwen kan de zanger in ieder geval wel. Hij heeft vrij veel interactie met (de bekenden in) de zaal en er straalt een flinke portie energie van de band af. Jammer genoeg is het bedtijd voor de meeste fans, dus na het laatste nummer is de zaal alweer halfleeg. Tweede band van de avond is het doorgewinterde ‘Salto Del Muerto’. Deze mannen hebben duidelijk vaker met het optreed-bijltje gehakt, dus podiumvrees is ze onbekend. ‘Salto Del Muerto’ klinkt een stuk spannender en dynamischer dan ‘Harlequins Deceit’, de nummers zitten goed in elkaar en de band beperkt zich niet tot één genre, hoewel het geheel rock met een grote R uitstraalt. De dubbele stemmen komen goed over en tillen de nummers op een hoger plan. Daarnaast durft de band op sommige momenten de nadruk op de ritmesectie te leggen en passeert zowaar een ‘Riders on the Storm’-basriff de revue. ‘Salto Del Muerto’ is duidelijk de betere band van de avond en ziet haar optreden met een finaleplaats beloond worden, maar de vraag rijst of deze band wel thuishoort in een wedstrijd met de naam ‘Podiumvrees’. Mighty v Kaput valt direct op door de aparte verschijning van een aantal bandleden. Het gaat natuurlijk om de muziek, maar deze band maakt meer indruk door haar uiterlijk: een saxofonist met de vetste bril in jaren, terwijl een kruising tussen ‘ZZ-top’ en ‘the Mama’s and the Papa’s’ de zang voor hun rekening neemt. Muzikaal gezien is het minder spannend: de zangmelodie (2-stemmig, maar vrijwel unisono) volgt letterlijk de instrumenten. Dit kán heel leuk uitpakken, maar als het té consequent wordt toegepast, voegt het vrijwel niets toe. Op de één of andere manier kloppen beeld en geluid niet: door het instrumentarium en het kleurrijke gezelschap on stage verwacht je een funky geluid, maar een lekkere groove is niet echt te ontdekken. Alsof je naar een slecht nagesynchroniseerde film zit te kijken. Puur op basis van de bezetting (drums, bas, gitaar, toetsen en zang) zou je verwachten dat er heel goede dingen uit kunnen komen, maar geef die sax meer ruimte! ‘Onefix’, de afsluiter van de avond, draait ook al een tijdje mee en ze spelen dan ook een strakke set. De nummers klinken wel weer allemaal als eenheidsworst. De rustige stukken, die sporadisch in de muziek te ontdekken zijn, klinken helemaal niet verkeerd, maar er wordt niets mee gedaan. ‘Onefix’ is in het genre misschien één van de betere bands, maar met iets meer afwisseling tussen de nummers zouden ze een groot deel van het Ernesto’s publiek een groot plezier doen. Op zich is het podium in Ernesto’s wat aan de krappe kant en het kan je behoorlijk beperken in je bewegingsvrijheid. Maar om nou het gehele optreden in het publiek te blijven staan is misschien wat overdreven. De mensen achter in de zaal vragen zich ook af wie de man achter de stem is, of zou hier toch sprake zijn van een portie onvervalste podiumvrees?