The gift and the curse van Shy Rock

“Ik ben niet iemand die catert na de massa”

Maurice Kamps, ,

Shy Rock alias Rollarocka is een Nederlandse hiphoppionier, zoals aangehaald in Extince’s ‘Van Onze Verslaggever’: “En ik herinner mij Shy Rock, Yo de hele tent ging uit z’n dak, Jong geleerd is oud gedaan.” 3VOOR12/LIMBURG nam met hem zijn C.V. door, backstage in Fenix tussen twee sets als MC met reggae / dancehall dj Waxfiend. “Zo, dat is een pil hoor!”

“Ik ben niet iemand die catert na de massa”

Shy Rock alias Rollarocka is een Nederlandse hiphoppionier, zoals aangehaald in Extince’s ‘Van Onze Verslaggever’: “En ik herinner mij Shy Rock, Yo de hele tent ging uit z’n dak, Jong geleerd is oud gedaan.” “Hiphop is mijn generatie, dat viel precies binnen mijn straatje, breakdance vooral. Ik was toen een jaartje of zeven, acht”, herinnert Shy Rock zich. “Op een gegeven moment ontstaat hiphop en weet je dat dat het is waarmee je bezig bent, maar je leeft gewoon die levensstijl.” “Ik was altijd de jongste, heel mijn leven hing ik al met oudere mensen, ook omdat ik lange tijd enigs kind was. Ik hing met gasten die vier, vijf, zes jaar ouder dan mij waren, ik werd overal meegenomen en zag dingen die ik soms niet mocht zien”, lacht hij. Misschien is het the gift and the curse: Ik ben er vaak snel bij, ik ben niet iemand die catert na de massa.” Shy was al een gevestigde mc in de vaderlandse rapscene, toen hij tien jaar geleden ineens landelijk bekend werd met Postmen… als zanger. “Heel veel mensen denken dat ik zingen heb geleerd bij Postmen, maar ik wist het toen al. Mijn eerste grote les in muziek was toen ik als zestienjarige jongen met Gotcha! door heel Nederland toerde.” Hij gebruikte de ervaring voor het refrein van ‘Cocktail’ van Postmen. De rest is geschiedenis: de groep bewandelde het strakke koord tussen artisticiteit en commercie, onderwijl losjes jonglerend met reggae, rap, r’n’b en rock. Postmen zette met Extince de deur ver open voor een hele generatie hiphophits. “We wisten dat wij goede muziek aan het maken waren, dat het wat ging doen, maar we wisten niet dat het zó zou hitten, daar waren wij helemaal niet op voorbereid”, kijkt hij terug op die tijd. “Binnen anderhalf, twee jaar tijd was het madness man! We waren jong en op een gegeven moment ben je elke dag op de televisie, je zit naar jezelf te kijken, het lijkt wel een film.” “We zijn de enige hiphopgroep in Nederland die een platina LP hebben, zelfs gasten als Ali B. of Opgezwolle redden het niet. Dat was in de tijd dat je vijftigduizend moest verkopen om goud te krijgen en honderdduizend om platina te gaan, later werd dat teruggebracht.” Na een serie hitsingles en een drietal albums kwam er plots een einde aan het Postmen tijdperk. “Laat ik het zo zeggen: er is nooit een verklaring geweest, dit is mijn eerste interview sinds ik uit Postmen ben gegaan”, vertelt hij. “Mis heeft bepaalde statements gedaan en er zijn bepaalde dingen gebeurt waarvan ik dacht huh? In mijn hoofd heb ik van alles, maar dat ga ik niet zeggen. Ik weet en hij weet hoe het zit, maar ik hoef het niet in de media te hebben, als hij dat wel doet, dat is aan hem, maar voor mij hoeft het niet. Er is geen beef, hij heeft het veranderd in Postman, cool.” Wat vond hij van Postman’s ‘Green’? “Ik heb het album niet geluisterd, ik heb het een stuk of twee keer gehoord, maar niet uit wrok ofzo.” In de auto naar het optreden van vanavond luistert hij naar 3VOOR12XL dat, ondanks de immense populariteit van hiphop, haar laatste uitzending beleeft. Rollarocka stond aan de wieg van het genre in Nederland, maar is al weer een station verder: Tegenwoordig is hij voornamelijk in de weer met dancehall en reggae. “De hiphopcultuur werd steeds groter en het staat gewoon steeds verder van je af”, legt hij uit. “In het begin is het je kindje, maar dan realiseer je je: het is van iedereen, het is niet van jou. Reggae pakt mij meer op het ogenblik, ik kon niks meer uit hiphop halen, het is wat oppervlakkig geworden. Hiphop heeft bijna maar één of twee thema’s. Men gaat niet meer de diepte in, ik hoor alleen maar vierkwarts maten en die hoor ik al twintig jaar. Ik vind het cool, want ik hou van die vierkwartsmaat, maar doe 'ns lauw man! Ga eens in een vijfachtste maat, doe eens gek en hou het nog steeds zo dope. Hiphop bleef in één bepaald tempo: Negentig, vijfennegentig beats per minute, ik mis energie in hiphop.” “Het grappige is, het is bij mij niets eens begonnen met hiphop, maar met reggae, mijn vader komt uit Engels Guyana en speelde vroeger thuis reggae, ik ben opgegroeid met Bob Marley en Burning Spear. Hoe het nu hier (in Limburg-M.K.) is met dancehall en reggae, zo was het vroeger met hiphop. Geef dancehall nog vijf of tien jaar, laat het zich echt ontwikkelen.” Aan Shy Rock en dj Waxfiend zal het niet liggen: ze maken zich onder de noemer Jamrock sterk voor de muziek met een wekelijkse radioshow op Lijn 5 en een avond in de Brasil Bar in Amsterdam en regelmatig optredens tot ver buiten Nederland. Hoewel hij ook nu weer een vroege vogel is, is het genre ook in ons land langzamerhand haar kinderschoenen aan het ontgroeien. “Wat wij in tweeëneenhalf jaar hebben neergezet heeft ons ook verbaasd. In Amsterdam en de grote steden is het aan het gebeuren, dancehall and reggae is runnin’ tings! Het is de nieuwe hiphop voor mij. Het is the full circle: Want hiphop komt van reggae.” Shy Rock staat bekend als een multifunctionele collabokoning, hij werkte met iedereen van Extince tot het Metropole Orkest, de lijst is eindeloos. “Er komen er ook heel veel nieuwe aan; dit jaar komt Uniq’s nieuwe LP uit, daar doe ik iets op, ik ben bezig met Amo-Lab en met Waxfiend.” In het verleden maakte hij een aantal solosingles, maar een album heeft hij nooit uitgebracht. “Ja, dat vraagt iedereen. Je zult mij altijd horen want ik heb genoeg, ik doe heel veel verschillende dingen. Ik doe gekkere dingen dan je denkt. Ik doe gewoon muziek, als ik het heel clichématig moet zeggen: zie mij als een instrument, het gaat mij om die muziek, laten we eerst maar die dope tune maken, die gruweltune, die wereldhit en dan praten we wel verder.” “Ik heb dingen die totaal niet in het reggae of hiphop plaatje passen, maar als ik dat uit zou brengen, dan worden mensen helemaal confused.” Wijzend naar Waxfiend: “Híj wordt al confused! Ik heb projecten klaar, maar iedereen denkt in kaders: Shy is nu dancehall, dus hij zal hiphop achter zich hebben, nee.” “Ik ben gewoon blij: Ik leef nog steeds, ik heb het niet slecht en ik doe nog steeds wat ik wil doen, ik ben tweeëndertig. Dit is wat ik heel mijn leven doe, het gaat mij er niet om om een superster te worden, ik lever mijn bijdrage en ik haal er mijn genot uit, dan is het mij al goed.”, vertelt hij, terugkijkend op zijn carrière. “Over drie maanden kan ik hier zitten en tegen jou zeggen: Het album is klaar. Dan luister je het en zeg je: Maar het is geen reggae Shy? Dan zeg ik: Ja, kut hè”, lacht hij, “Wat gaan we ermee doen? Muziek is er sowieso, ik heb genoeg muziek. Er zijn plannen om dit jaar een reggae album op te nemen, dat zal de eerste zijn, die anderen doen we gewoon onder obscure projectnamen, net als die housedjs.” Dan is het weer tijd om op te treden. Dj Waxfiend is al begonnen, maar Shy gaat nog eerst even naar het toilet en staat dan weer naast mij: “Maar het kan ook zijn dat je als eerste een hiphopalbum van mij hoort. Of bossa nova, ik ben bezig met een Japanner, die komt een paar keer per jaar bij mij langs en we hebben negen tracks opgenomen.” Zingt hij dan of rapt hij? “Zingen én rappen!“, roept hij, terwijl hij het trapje naar het Fenixpodium oploopt.