Het Limburggevoel van… Markan

“Het eigen dialect werd onbegrijpelijke 'slang' “

Maurice Kamps, ,

De Pikkatrillaz zijn met Rowwen Hèze en Gé Reinders de belangrijkste ambassadeurs van het Limburgs dialect boven de grote rivieren. De ‘original Sjengstaz’ wonnen de Prijs Voor Het Limburgse Lied en werkten met onder andere Frans Theunisz en Neet Oet Lottum. Toch was het ‘Limburggevoel’ van rapper / producer Markan’s ooit van "een niet noemenswaardig gehalte".

“Het eigen dialect werd onbegrijpelijke 'slang' “

“Tegenwoordig voel ik me inderdaad op en top Limbo. Trots ende fier zeg maar. Dat gevoel kwam echter wel pas met de jaren. In de tijd van tienertour, jaren tachtig, ontvluchtten we zo snel mogelijk het dorre Limburgse land om ons te laven aan de hiphop bron van de Randstad ofwel Amsterdam. Wisten wij veel. High van alle indrukken, rolletjes vol met de nieuwste Waterlooplein pieces en zakken vol nieuwe kleren kwamen we triomfantelijk weer terug in het achterstandsland, we konden er weer even tegenaan. Want voor de hiphop liefhebber van toen was er niets, maar dan ook he-le-maal niets in Limburg te vinden. Nog geen petje dames en heren. Niks nakkes nada. Vandaar dat mijn 'Limburggevoel' in die tijd van een niet noemenswaardig gehalte was. 'Er is niks dus het wordt niks', zeg maar. Dit is eigenlijk zo gebleven. Tot 1999. Daarna werd alles anders voor mij. Met het ontstaan van de Pikkatrillaz en hun dialect rap zag ik het eens zo dorre landschap veranderen in vruchtbare, onontgonnen grond en begon het mij te dagen dat het gras in Limburg toch wel eens groener zou kunnen zijn dan in de Randstad. Ik had eindelijk mijn draai gevonden, hij lag notabene al die jaren recht onder mijn neus. Alle verhalen van mijn vader en opa over het café van onze familie in de oude Stokstraat waren opeens reden tot trots zijn op je roots, de 'achterstand' op de Randstad niet meer reden tot klagen doch reden tot schrijven. 'Er komt meer uit de provincie dan carnaval en vlaai' was het decreet. De platen van Johhny Blenco, De Straotzengers, Thei Menten en Beppie Kraft bleken goudaders om van te samplen. Het eigen dialect werd onbegrijpelijke 'slang' voor rapacts van buiten Limburg en het bleek zowaar mogelijk om zalen buiten Limburg in het Limburgs plat te spelen. Ongehoord. Tegenwoordig zijn de outlines van een Limburgse scene al zichtbaar. Maastricht, Heerlen, Roermond en Sittard werken regelmatig samen. We hebben nu zelfs internet hiero… Mijn eens halfslappe, levenloze Limburgse Leeuw brult de laatste jaren voor twee!”